zaterdag 13 november 2010

De kers die op geen antizionistische taart zou mogen ontbreken

 
Geëmotioneerd zegt Sluizer tegen de comateuze Sharon "ik denk dat de wereld, allereerst de Palestijnen en ikzelf beter af zouden zijn geweest als u in Auschwitz was gestorven, zoals de meesten van mijn Hollandse familie". Zo had de Endlösung in de beleving van Sluizer een steentje bij kunnen dragen aan de "algehele vredesoplossing" voor het Midden Oosten.
 
Een film waar dit fragment in voorkomt wordt geselecteerd voor het IDFA film festival, terwijl een film als Precious life van Shlomi Eldar niet wordt vertoond. De vooringenomenheid druipt er weer eens vanaf.
 
RP
-----------
 
De kers die op geen antizionistische taart zou mogen ontbreken
 
 
In de Volkskrant van afgelopen zaterdag zat al weer een vooraankondiging van het IDFA internationaal documentaire festival.

Ooit heb ik van een Israelische producer vernomen dat zijn collega's het IDFA onder elkaar het international Idhbah festival noemen. Idhbah is in het Arabisch de imperatief voor slacht, verwijzend naar de veel gebruikte Arabische strijdkreet Idhbah al Yahud. Slacht de Joden.

De perfiditeit van de zionistische staat is bij het IDFA al jaren het favoriete terugkerende thema. Elke keer weer komt er een batterij Israelische filmmakers langs met films die de bezetting of andere uitwassen van het uitverkoren volk aan de kaak stellen. Maar eenmaal gearriveerd op het IDFA zijn velen toch enigszins beduusd door de gretigheid waarmee hun werk ontvangen wordt. Het is dan ook niet verwonderlijk dat sommigen tijdens de opgewonden debatten (mits zij van hun Arabische collega's toestemming krijgen om aan te schuiven) ergens nattigheid voelen en doorkrijgen dat hun films wel zeer voortvarend worden ingezet om het bestaansrecht van hun land te ontzeggen. Maar als progressief en kritisch ingestelde filmmaker dien je met enig masochisme jezelf te onderwerpen aan het internationaal idhbah festival wil je in je carrière verder komen. Zo vertelde de Israelische Noa Ben Hagai in Haaretz over haar ervaringen op het IDFA: "Het was duidelijk dat zij (internationale producers) iets heel extreems en bloederigs over de Israelische realiteit wilden. Het liefst iets met apartheid vermengd met de Holocaust. Ik besefte dat wil ik slagen in deze wereld ik door moet gaan met zulke politieke onderwerpen,"

Dit jaar is het maar mondjesmaat bedeeld met Israelische filmmakers en degene die de gewenste ingrediënten apartheid en Holocaust volgens wens weet te vermengen is dit keer geen Israeli maar onze eigen George Sluizer, beroemd van Spoorloos.

George Sluizer is de Palestijnse zaak al jaren toe gedaan. Hij heeft sinds de jaren '70 een aantal producties aan dit onderwerp gewijd. Dat heeft hem een ereburgerschap opgeleverd van de nog niet bestaande Palestijnse staat. Op het IDFA is nu zijn laatste docu Homeland te zien. De film is op het Abu Dhabi filmfestival al in de prijzen gevallen voor de beste documentaire. Desondanks mag Homeland ondanks strenge voorwaarden voor Nederlandse deelname op het IDFA aan de competitie meedoen.

Uit het interview in de voorbeschouwing door Harmen Bockma, blijkt Sluizer met een geklapte aorta op het randje van de dood te hebben gebalanceerd. Kans op overleven was volgens hem zo goed als nul en toch is hij uit de dood herrezen. "En wie tot de levenden terugkeert neemt geen blad meer voor de mond", zoals hijzelf zegt. De hernieuwde kans heeft hij aangegrepen om een kroon op zijn werk te zetten. De definitieve ontmaskering van de zionistische staat. Aan de hand van de lotgevallen van twee gevluchte families, gelardeerd met allerlei confrontaties in de bezette gebieden. Het zijn de twee families die ook in zijn eerdere films over de Palestijnse zaak figureren, zoals "Gooi een atoombom op de Palestijnen" uit 1982.

Ik heb Homeland niet gezien maar in de voorbeschouwing vertelt Sluizer een opmerkelijke anekdote over een ontmoeting met Sharon in 1982 bij de ingang van Sabra en Chatila. Voor zijn docu had hij reisdocumenten nodig om vanuit Libanon naar Israel te komen. Onder Sluizers neus haalt Sharon doodleuk zijn pistool te voorschijn en schiet zomaar een paar spelende peuters van twee en drie jaar oud, dood. "Alsof het om konijnen ging" Een verschrikkelijk moedeloos stemmend verhaal.

De vraag alleen is het waar? Ik ben er niet bij geweest dus ik kan het niet zeggen. Maar van alle horror verhalen die er over Sharon de ronde doen, is dit toch nieuw voor mij.
Als je Robert Fisk leest over Sabra en Chatila of de getuigenissen die zijn gebruikt voor de aanklacht tegen Sharon voor misdaden tegen de menselijkheid is er niets te vinden over het lukraak neerknallen van peuters door Sharon in hoogst eigen persoon. Sterker nog, zijn niet te missen lijfelijke aanwezigheid ontbreekt nagenoeg in alle verhalen over de verschrikkingen van Sabra en Chatila.
En waarom komt Sluizer er nu pas mee. Het is toch letterlijk een smoking gun, de kers die op geen antizionistische taart zou mogen ontbreken. Maar Sluizer had het dus bijna in zijn graf meegenomen. Je zou daar nog tegen in kunnen voeren dat Sluizer het allemaal heeft moeten verwerken wat hij met zijn eigen ogen heeft gezien. Volgens Anja Meulenbelt verkeren mensen ten aanzien van het Israel Palestina conflict in drie of vier paradigma's van waan voor zij bereid zijn haar waarheid onder ogen te zien. Maar Sluizer bevond zich in de jaren zeventig al overduidelijk in paradigma drie terwijl Anja nog een beetje in paradigmaatje twee was blijven hangen. Dus dat kan het probleem niet zijn.

Uit Sluizers film "Gooi een atoombom op de Palestijnen" die in zijn geheel op internet is te zien, kan je concluderen dat Sluizer klaarblijkelijk met succes bij Sharon de papieren heeft geregeld nadat deze de peuters als konijnen heeft dood geschoten. Moeiteloos glijdt hij vervolgens met de Moeder van de Palestijnse familie vanuit Libanon haar geboorteland binnen. Op zoek naar de uitgewiste sporen van haar vroegere dorp. Wat dat betreft een nogal traditionele documentaire over het lijden van het Palestijnse volk waarvan wij door de jaren heen eindeloos veel variaties hebben gezien. Inhoudelijk is er sindsdien niet veel veranderd, maar Sluizer was er wel relatief vroeg bij. Opvallend is vooral de titel. Geen quote of verwijzing in die film rechtvaardigt die atoombom. Het voorval met Sharon had er niet in misstaan maar ontbreekt. Al die jaren heeft Sluizer er mee gewacht totdat hijzelf uit de dood herrees om definitief met Sharon af te rekenen. Je zou bijna denken dat Sluizer in een constante staat van delirium verkeert.

De film Homeland mondt uit in een inmiddels veel besproken apotheose, een bezoek van Sluizer aan Sharon die sinds 2006 in een coma ligt. Geënsceneerd natuurlijk, hoewel Sluizer claimt daadwerkelijk op de kamer bij Sharon te zijn geweest in zijn huidige toestand. "Als het moet kom ik overal binnen, dat heb ik vroeger bij de contra-inlichtingendienst geleerd."
Geëmotioneerd zegt Sluizer tegen de comateuze Sharon "ik denk dat de wereld, allereerst de Palestijnen en ikzelf beter af zouden zijn geweest als u in Auschwitz was gestorven, zoals de meesten van mijn Hollandse familie". Zo had de Endlösung in de beleving van Sluizer een steentje bij kunnen dragen aan de "algehele vredesoplossing" voor het Midden Oosten. Dat een dergelijke ontboezeming van iemand die zich beroept op zijn joodse vader wiens familie in Auschwitz is vermoord, in Abu Dhabi in de prijzen valt, is helaas voorspelbaar. Maar dat het hier op een net zo enthousiast ontvangst kan rekenen als in de Arabische wereld en dat het begeleidende commentaar van de maker klakkeloos wordt geslikt als zoete koek, is het zoveelste teken aan de wand.

Opmerkelijk is dat het IDFA een ander veel besproken film niet heeft geselecteerd. Precious life van Shlomi Eldar. Terwijl die toch perfect in het festivalthema van dit jaar past: Radicalisme.

Barry Oostheim
 
 

Israelische veiligheidshek redt levens tegen terrorisme

 
Het Palestina Komitee is bezig met een landelijke actie tegen de 'Apartheidsmuur', zo las ik zojuist op Twitter. Het hek (minder dan 10% is muur) heeft weinig met 'Apartheid' te maken, maar alles met de golf aan zelfmoordaanslagen die het land tot een paar jaar geleden overspoelde. De route is overigens verschillende keren aangepast (vanwege uitspraken van het Israelische hooggerechtshof) ten gunste van de Palestijnen. Uiteraard kan de route in het kader van een definitief vredesverdrag opnieuw worden aangepast.
 
RP
----------
 

Israelische veiligheidshek redt levens tegen terrorisme

CIDI / Fri 12-11-2010
 

Op 3 december 2003 werd de 30 jarige Palestijn, Munir Ravia op de Westelijke Jordaanoever gearresteerd, terwijl hij op weg was een aanslag te plegen op de middelbare school van het Israelische plaatsje Yokneam. Ravia, was vanuit Jenin op de Westelijke Jordaanoever vertrokken, maar werd door een tip op het laatste moment door Israelische veiligheidstroepen gearresteerd. Als het Israelische veiligheidshek er niet geweest zou zijn, had hij zijn doel bereikt.

Door het hek (dat voor ca 10% uit een muur bestaat) werd de Fatah strijder gedwongen naar het noorden van de Westelijke Jordaanoever te reizen, waar een stuk gebied lag dat nog niet afgesloten is. Dat bood de Israelische veiligheidstroepen precies genoeg tijd om Ravia in zijn nek te grijpen, toen hij in de moskee zijn laatste gebed aan het opzeggen was.

Sinds de aanleg van het veiligheidshek begon, is het aantal Palestijnse terreuraanvallen in Israel met 90% gedaald. In 2002 wisten Palestijnse terroristen nog 220 Israeli's te doden. In 2007 was dit aantal teruggebracht tot 3.

De leider van de Islamitische Jihad organisatie, Ramadan Abdallah Shalah, bevestigt hoe effectief de barriere is. In een interview met de krant Al-Sharq in 2008 zei hij het hek "vermindert de mogelijkheid van het verzet diep door te dringen om zelfmoordaanslagen uit te voeren.".

In tegenstelling tot wat anti-Israel organisaties beweren, is het redden van levens de enige reden voor dit dure, niet-gewelddadige middel tegen terrorisme. Het gaat niet om het "inpikken van Palestijns grondgebied'' maar om een tijdelijke veiligheidsmaatregel, die gemakkelijk weer kan worden opgeheven als er een echte vrede tot stand komt. Het is een maatregel die ieder land zou nemen (en neemt), ondanks het niet-bindende advies van het Internationale Hof van Justitie in Den Haag in 2004, dat het hek als illegaal betitelde.

Intussen heeft het Israelische Hoogegrechtshof verschillende keren het leger bevolen de loop van het hek te wijzigen om de last van de Palestijnse bevolking te minimaliseren. Het is echter onmogelijk om de loop van het hek precies te laten samenvallen met de oude grens van Israel. In de Westelijke Jordaanoever wonen nu 300.000 Joden. Ook als tegen de Israelische nederzettingenpolitiek bent, en CIDI is dat, kan het niet zo zijn dat die Joden een schietschijf voor terroristen worden. Geen van hen verdient de doodstraf. Dat is de reden waarom enkele grotere nederzettingen binnen de loop van het hek zijn geplaatst. Terwijl een hek bij vrede gemakkelijk kan worden verplaatst, is de dood als gevolg van een terreuraanslag onherstelbaar.

Zij die claimen dat Israel geen recht heeft een veiligheidsbarriere te bouwen, ontzeggen dit land zijn fundamentele recht op zelfverdediging.

 
Lees verder (met interessante statistieken):
 
 
 

Polisario en de Palestijnen: zoek de verschillen

 

IMO Blog, 2010

Het late NOS journaal had dinsdag een reportage over gewelddadigheden in een tentenkamp in de door Marokko bezette Westelijke Sahara. De reportage week in een aantal opzichten af van de manier waarop men bericht over gewelddadigheden op de door Israël bezette gebieden. Hieronder een beschrijving van de reportage en de verschillen met de berichtgeving over Israël.


Men begint de reportage met "op de Westelijke Sahara (niet de door Marokko bezette Westelijke Sahara) zouden Marokkaanse troepen een bloedbad hebben aangericht. Volgens de onafhankelijkheidsbeweging Polisario zouden er 11 doden en 700 gewonden zijn gevallen. Volgens Marokko was er alleen een dode burger door een aanrijding en 5 dode politieagenten."
Bij Israëlische gewelddadigheden is men zelden zo voorzichtig, en wordt wat Palestijnse bronnen melden doorgaans gewoon voor waar aangenomen.

Men omschrijft de Westelijke Sahara vervolgens als gebied dat Marokko in 1975 annexeerde en dat voordien aan Spanje toebehoorde. Het NOS journaal vermeldt er nooit bij dat de Westoever voordien aan Jordanië toebehoorde, of beter gezegd dat Jordanië dat zelf in 1949 annexeerde en het weer op de Britten had veroverd.

De reportage gaat verder met:
"Dit zijn beelden van de Marokkaanse TV van het optreden van de veiligheidstroepen" (men laat nogal vage beelden vanuit de lucht zien). De commentaarstem vervolgt:
"...zoveel is duidelijk, maar voor de rest zijn de feiten in nevelen gehuld. Duizenden mensen zaten sinds een paar weken in dit tentenkamp. Volgens Polisario om hun wens voor onafhankelijkheid kracht bij te zetten. Volgens de inheemse bevolking gaat het helemaal niet om een politieke kwestie." Daarna wordt uitgebreid de versie van Polisario in twijfel getrokken, en vervolgd met: "hoe dat ook zij, volgens de Marokkaanse autoriteiten werden er mensen tegen hun wil vast gehouden in het kamp, was het een broeinest van criminele activiteiten en vandalisme en was ingrijpen daarom noodzakelijk." Daarna komt een woordvoerder van Marokko aan het woord en legt nog eens uit waarom men de inval deed: men had van tevoren gewaarschuwd maar het geweld tegen de troepen ging door en daarom moest men wel optreden. Er werden auto's in brand gestoken en openbare plaatsen werden vernield. Niemand van Polisario komt aan het woord, en de woorden van de Marokkaanse woordvoerder worden ook verder niet in twijfel getrokken.

Daarna beelden van aanhangers van Polisario die in Spanje demonstreren. De commentaarstem meldt onder andere dat "ze de camera's weer eens op zich gevestigd wisten" en dat "de onderhandelingen die er momenteel worden gevoerd over de status van het gebied een rol spelen bij de gebeurtenissen in de Westelijke Sahara, net als bij de berichtgeving daarover", oftewel: het gaat om een doelbewust actie om de aandacht op zich te vestigen tijdens de onderhandelingen, en niet om een spontane woede-uiting vanwege de onderdrukking en het geweld door Marokko.

De hele reportage ademt een sfeer van onduidelijkheid. Ook wordt sterk de indruk gewekt dat Polisario bewust de publiciteit zoekt vanwege de onderhandelingen en er niet zomaar spontaan op de inwoners van het vluchtelingenkamp werd ingeslagen door Marokko. Je zou er zelfs uit kunnen halen dat Polisario de confrontatie heeft uitgelokt en haar dat op dit moment goed uitkomt. Opvallend is dat niemand van de kant van Polisario aan het woord kwam, noch een officiële woordvoerder uit het kamp, noch een Spaanse demonstrant. De opmerking over de camera's die zij weer eens op zich gevestigd wisten is bijna cynisch, en onderstreept de berekening. De versie van Marokko kwam daarentegen bijzonder duidelijk naar voren, terwijl onduidelijk bleef wat er volgens Polisario precies aan de hand was en waar al die mensen in dat kamp dan eigenlijk vandaan kwamen, en wat er met ze gebeurd is.

Net als bij Israël-Palestina werd er weinig duidelijk over de achtergronden van het conflict. Hoeveel vluchtelingenkampen zijn er in de Westelijke Sahara, en hoeveel vluchtelingen wonen daar? Waar komen die vluchtelingen precies vandaan en waarom zijn ze vluchteling? Wat is het verschil tussen deze mensen en de 'inheemse bevolking'? Wie waren die 'inheemse bronnen' eigenlijk die het verhaal van Polisario in twijfel trokken? Hoe staat de internationale gemeenschap tegenover de Marokkaanse annexatie? En in hoeverre worden deze mensen door Marokko onderdrukt?

De verschillen met de berichtgeving over Israël nog even op een rijtje:

* De Westelijke Sahara wordt niet standaard bezet genoemd, het wordt een keer uitgelegd en verder heet het gewoon Westelijke Sahara.

* Bij die uitleg vermeldt men de vorige eigenaar, Spanje, en doet niet alsof het toen onafhankelijk was.

* Men vermeldt meermaals dat zaken 'in nevelen zijn gehuld' of 'onduidelijk' zijn of er 'tegenstrijdige berichten' zijn.

* Men duidt de actie van Polisario als politiek en strategisch. Polisario is niet zielig en onderdrukt, maar een beweging die strategisch probeert in te spelen op zaken en bewust de publiciteit zoekt.

* Men geeft uitgebreid de Marokkaanse versie, zowel in eigen woorden als via een officiële woordvoerder.

* Geen beelden van zielige vluchtelingen die vertellen hoe wreed ze zijn mishandeld door het Marokkaanse leger.

* Men vermeldt niet dat de VN de annexatie heeft veroordeeld of dat die illegaal is. Men vermeldt alleen dat er over de status van het gebied wordt onderhandeld.

* Men geeft verder helemaal geen informatie over Polisario en over de vluchtelingen in het gebied. Het is een zakelijke, afstandelijke reportage zonder zielige beelden en zonder verwijzing naar eerdere Marokkaans geweld in het gebied.

Kortom: er wordt geen partij gekozen voor de zwakkere partij, Polisario en de vluchtelingen in de bezette Westelijke Sahara. Men erkent dat veel zaken onduidelijk zijn. En men besteedt relatief veel aandacht aan het Marokkaanse standpunt.

Ik vond de reportage stukken beter dan wat we meestal van Sander van Hoorn krijgen voorgeschoteld over Israël en de Palestijnen, juist vanwege die afstandelijkheid. Ik zit niet op emotionele verhalen van vluchtelingen en propagandapraatjes te wachten, maar wil snel een beetje een beeld hebben van wat er aan de hand is. Ik vond wel dat de Marokkaanse kant duidelijk meer ruimte kreeg dan de versie van Polisario, en het was beter geweest als een woordvoerder van Polisario even had mogen reageren op de Marokkaanse aantijgingen. Ik had het ook gewaardeerd als even was verteld hoeveel vluchtelingen er wonen en waar die vluchtelingen die speciaal naar dit kamp waren gekomen dan normaal leven. En men had wel iets meer over de internationale positie wat betreft de Marokkaanse annexatie van het gebied mogen zeggen.

Tot slot vind ik het prima dat het journaal duidelijk maakt dat zo'n onafhankelijkheidsbeweging bewust de publiciteit zoekt, en een wat kritischer houding wat dit betreft naar de Palestijnen toe zou zeer welkom zijn. Er zijn immers vele voorbeelden van 'Pallywood', van zaken die men in scene heeft gezet (Al Dura, Palestijnen die van brancards sprongen als de camera's weg zijn), van zwaar overdreven dodenaantallen (Jenin, Gaza strand, Gaza Oorlog) en het vertellen van een verschillend verhaal in het Arabisch als in het Engels. De Palestijnse organisaties zijn allang geen amateurs meer die niet weten wat een camera is, maar zijn gepokt en gemazeld in de strijd om de internationale sympathie.

Is het niet vreemd dat de ene bezetting zo verschillend wordt behandeld als de andere? Waarom kan het mensen zo weinig schelen wat Marokko in dit vele malen grotere gebied uitspookt? Waarom voelen de media niet de behoefte om de kant van de zwakkere partij te kiezen? Waarom roept het geweld van Marokkaanse veiligheidstroepen zo weinig verontwaardiging op? Het was voor het eerst sinds tijden dat de Westelijke Sahara weer eens in het nieuws kwam, en het bleef (vooralsnog) bij die ene reportage. Op de journaals van de dagen erna werd er niks meer over vermeld.

Onlangs gaf Hamas toe dat tijdens de Gaza Oorlog er veel meer van haar strijders waren gedood door Israël dan zij altijd beweerde, en bevestigde daarmee de Israëlische getallen over de verhouding tussen strijders en burgerdoden. Mensenrechtenorganisaties en de VN hebben altijd de Palestijnse cijfers klakkeloos overgenomen, en ook in het Goldstone rapport worden die gehanteerd. Op grond van deze cijfers is Israël internationaal fel veroordeeld. Vreemd dat ik helemaal niks ben tegengekomen over deze ontboezeming van Hamas. Het is maar een van de vele voorbeelden van belangrijk nieuws dat de media niet haalt, terwijl men wel meldt dat Wilders in december (!) weer eens in Israël zal spreken en dat Israël in haar eigen hoofdstad woningen bouwt.

Zie ook: Wat is het verschil tussen Israel en Marokko?

Ratna Pelle

Verontrustend rapport over antisemitisme in Groot-Brittannië

 
De uitkomsten van een rapport over antisemitisme in Groot-Brittannië klinken helaas maar al te bekend, al is het daar nog een graadje erger dan hier:
 
"Depicting the Jewish state as a uniquely racist or imperialist enterprise serves to threaten, isolate and demonize all those who believe that Jews have a right to statehood," the document reads. "Indeed, anyone who shows support for Israel or Zionism risks being defined and castigated for this behavior, rather than gauged by any of their other actions and beliefs.

"The use of "Zionist" as a pejorative description of any organized Jewish (or Jewish related) activity, such as the 'Zionist Jewish Chronicle' or the 'Zionist CST.' These bodies are then maltreated for being allegedly Zionist, rather than properly engaged with in their own right."
 
"The CST report is a shocking indictment of how so-called progressive news outlets such as The Guardian are mainstreaming the type of anti-Jewish hate speech that was once the province of the far-right," said Levick, whose organization particularly monitors The Guardian's "Comment is Free" blog.
 
RP
----------

Anti-Semitic themes found in mainstream British circles




Comparisons of Israel to Nazi Germany are becoming increasingly common, and anti-Semitic conspiracies being used more freely in conversation.
 
 
LONDON – A report published by a Jewish community organization on Thursday highlights how old anti-Semitic themes to depict Israel and Zionism have become more widespread in mainstream British circles during the past year.

Comparisons of Israel and its supporters to Nazi Germany have become increasingly common among the public, and anti-Semitic conspiracy themes are being used more freely in conversation, the "Anti-Semitic Discourse in Britain in 2009" indicated.

The 57-page report was published by the Community Security Trust, which monitors anti- Semitism and provides security for the Jewish community in Britain.

"As in previous years, the report examines public discussion of anti-Semitism, Jews and Jewish issues in mainstream media and politics," CST communications director Mark Gardner said.

"It is not the report's intention to brand those who feature in it as being anti-Semites. Nevertheless, old anti-Semitic motifs remain remarkably persistent, especially in relation to Zionism and Israel, and it is hoped that this report will help explain why CST, the Jewish community and many other observers note and fear the ongoing development of this trend."

At the heart of revived anti- Jewish sentiments, according to the study, is the "corruption and debasement" of the word "Zionism," which is found not only in extremist discourse but more commonly in mainstream circles. The overlap of the words "Zionist" and "Jew" also manifests such corruption and reflects modern-day anti-Semitism, according to the CST report.

"When mainstream journalists and politicians use the word 'Zionism' in a pejorative way, it can be very difficult to distinguish their words from those of actual anti-Semites who conceal their anti-Semitism by swapping the word 'Zionist' for 'Jew,'" the document states.

While the report emphasizes that the anti-Israel and anti- Zionist campaigns that exists in certain media outlets, liberal-left discourse and trade unions is not inspired by anti-Semitism, it says that such discourse often inadvertently has anti-Semitic effects.

"Depicting the Jewish state as a uniquely racist or imperialist enterprise serves to threaten, isolate and demonize all those who believe that Jews have a right to statehood," the document reads. "Indeed, anyone who shows support for Israel or Zionism risks being defined and castigated for this behavior, rather than gauged by any of their other actions and beliefs.

"The use of "Zionist" as a pejorative description of any organized Jewish (or Jewish related) activity, such as the 'Zionist Jewish Chronicle' or the 'Zionist CST.' These bodies are then maltreated for being allegedly Zionist, rather than properly engaged with in their own right."

The comparisons of Israel to Nazi Germany became more popular during and in the aftermath of Operation Cast Lead, according to the report. This, it says, represents "the deliberate abuse of diminishing the tragedy of the Holocaust and playing upon Jewish sensitivities in order to provoke."

The Nazi comparisons were seen during the often violent demonstrations that took place in London during the 22-day Gaza conflict. One of the main organizers, the British Muslim Initiative, produced placards saying "STOP the Holocaust in Gaza."

The placard of another organizing group, the Palestinian Forum in Britain, featured a swastika joined to a Magen David with the words, "History seems to be repeating itself."

Because of groups' connection to the Muslim Brotherhood, the report questions the alliance with far-left fringe groups such as the Socialist Workers Party.

Richard Seymour, a spokesman for the party, asserted that those attending a Jewish community rally for peace "ought to be shunned and treated as the moral and political degenerates that they are."

Meanwhile, anti-Israel activist and former MP George Galloway said at a demonstration, "Today the people in Gaza are the new Warsaw Ghetto, and those who are murdering them are the equivalent of those who murdered the Jews in Warsaw."

The publication also denounces the play Seven Jewish Children, written by British anti-Israel playwright Caryl Churchill, which it says typified the emerging trend to depict Israel and Zionism as a mass Jewish psychological reaction to the trauma of the Holocaust.

Citing a number of examples, the community report shows how Jewish conspiracy theories and secret-Jewish lobby charges have increasingly slipped into mainstream conversation. In 2009, two stories in The Independent newspaper assumed a Jewish conspiracy charge was valid. The suspected scheme surrounded the appointment of two Jewish academics to the British government's Iraq War Inquiry – Sir Martin Gilbert and Prof. Lawrence Freedman.

Commenting on the makeup of the panel, Independent columnist Richard Ingrams censured its inclusion of " two Jewish historians thought to have been in favor of the war" and who were "no military or legal experts."

"The association of 'Jewish' and supposedly 'in favor of the war' was a singling out of the Jews on the panel," the report says. "This followed the same pattern seen in other public controversies: where the religion of Jews is pointed out, but that of others goes unmentioned."

Former ambassador to Libya Sir Oliver Miles also wrote in The Independent, "Both Gilbert and Freedman are Jewish, and Gilbert has a record of active support for Zionism. Such facts are not usually mentioned in the mainstream British and American media, but The Jewish Chronicle and Israeli media have no such inhibitions, and the Arabic media both in London and in the region are usually not far behind."

The most insidious example used in the report is the Channel Four Dispatches program "Inside Britain's Israel Lobby" screened last year, in which presenter Peter Oborne said he had not identified any conspiracies while making the program.

"We haven't found anything even faintly resembling a conspiracy, but we found a worrying lack of transparency, and the influence of a pro-Israel lobby continues to be felt," Oborne said at the time.

Channel Four's website alluded to what the report sums up as "shady characters, with financial influence, underhand tactics and treacherous goals."

This message was repeated, the report shows, in The Guardian's news story about the program – titled "Pro-Israel lobby group bankrolling Conservatives, film claims."

The report also highlights how a medieval accusation, claiming that Jews steal children in order to use their blood, was also revived and frequently used last year in accusations that Jews and Israelis steal body parts. The London-based but Iranian-run Press TV revived the blood libel charge, according to the CST document.

One of the Press TV stories begins with the sentence: "An international Jewish conspiracy to kidnap children and harvest their organs is gathering momentum as another shock story divulges Israeli plot to harvest organs from Algerian children."

British media watchdogs, like Adam Levick of CiF Watch, praised the report for bringing to the surface rampant bias against Jews in daily publications.

"The CST report is a shocking indictment of how so-called progressive news outlets such as The Guardian are mainstreaming the type of anti-Jewish hate speech that was once the province of the far-right," said Levick, whose organization particularly monitors The Guardian's "Comment is Free" blog.

CST is the only organization in the UK that collects, analyzes and publishes statistics and incidents relating to anti- Semitism, including an annual Anti-Semitic Incidents Report.

The 2009 report, published in February, showed a record high number of incidents in one year since records began in 1984.
 
 

vrijdag 12 november 2010

Israel onder druk gezet, maar Palestijnen hoeven niets

 
vrijdag 12 november 2010

Israel onder druk gezet, maar Palestijnen hoeven niets

In een artikel in het Reformatorisch Dagblad wordt duidelijk uiteengezet dat alleen aan Israel eisen worden gesteld om de vredesonderhandelingen weer opgestart te krijgen.

Israel heeft meer dan 10 maanden inderdaad een bouwstop gehouden, maar pas na negen maanden was Abbas zover dat hij ook kwam praten. Hij gebruikte die onderhandelingsronde pas in de laatste maand.

Inplaats van onderhandelen over vrede misbruikte hij de gelegenheid  om een verdere concessie van Israel af te dwingen zonder daar zelf iets tegenover te (hoeven) stellen.

Daar ging Israel niet op in en dat is de reden dat Abbas weigert verder te onderhandelen.

Zoals te verwachten krijgt nu Israel de schuld, hoewel het bereid is zonder voorwaarden vooraf te onderhandelen.

Abbas daarentegen stelt eisen en weigert zonder inwilliging te onderhandelen.

Normaal gesproken stel je iemand aansprakelijk voor mislukken van onderhandelingen, die eisen vooraf meent te kunnen stellen.

Die onderhandelingen dienen over de eisen te gaan, daar zijn ze voor bedoeld.

In het geval van Israel gelden andere regels in deze wereld.

De Palestijnen verwachten met de armen over elkaar hun zin te krijgen en dreigen en passent anders met een volgende intifada.

 

Intussen wordt er een ander fraai staaltje van omkering van zaken geleverd.

De graven van de aartsvaders en twee aartsmoeders , Machpela,  zijn duidelijk van Joodse herkomst en belangrijk Joods erfgoed.

In de bijbel wordt beschreven hoe Abraham de grond kocht ondanks het feit dat het hem werd aangeboden.

Ook het graf van Rachel, een aartsmoeder, is natuurlijk van Joodse herkomst.

Op verzoek van de Palestijnen (ja die zijn bedereven in hun eisen!) heeft Unesco deze graven nu Palestijns erfgoed genoemd en er meteen maar moskeeen van gemaak.

Maar niet alleen dat:

Als Israel de graven nog langer Joods erfgoed noemt handelt het tegen internationaal recht volgens Unesco.

 

Protest tegen deze absurde bewering hoort men nergens.

Wanneer wordt men eens wakker en gaat men met inzien dat er duidelijk met twee maten gemeten wordt en zaken omgedraaid worden als het Israel betreft?

MS

=====================

Reformatorisch Dagblad 12/11/10

VS zetten Israël verder onder druk

http://www.refdag.nl/nieuws/buitenland/vs_zetten_israel_verder_onder_druk_1_514990

12-11-2010 10:54 | Mr. Richard Donk

NEW YORK – Urenlang spraken de Israëlische premier Netanyahu en de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Clinton, donderdag met elkaar over hervatting van het vredesoverleg tussen Israël en de Palestijnen. Van een doorbraak lijkt echter vooralsnog geen sprake.

De gesprekken waren „vriendelijk en productief", lieten Netanyahu en Clinton donderdag in een gezamenlijke verklaring weten. Beide bewindslieden onderstreepten de noodzaak van het hervatten van directe besprekingen tussen Israël en de Palestijnen en hun vastbeslotenheid binnen afzienbare tijd tot een definitieve vredesregeling te komen.

Het overleg tussen Israël en de Palestijnen ligt stil sinds september, toen een tijdelijke bouwstop in Joodse nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever afliep. De Palestijnen eisen een hernieuwde bouwstop als voorwaarde voor het opnieuw aanschuiven aan de onderhandelingstafel.

De regering-Netanyahu zit wat dat betreft in een lastig parket. De rechtse coalitiepartners van premier Netanyahu zijn faliekant tegen het afkondigen van een nieuwe bouwstop in de nederzettingen. En zonder de steun van deze partners is het huidige Israëlische kabinet geen lang politiek leven beschoren.

Minister van Buitenlandse Zaken Avigdor Lieberman herhaalde gisteren tijdens een bezoek aan de Golanhoogvlakte nog eens dat zijn Yisrael Beiteinupartij geen nieuwe bouwstop zal accepteren en dat het hoog tijd wordt dat de Palestijnen nu eens onder druk worden gezet om de vredesbesprekingen zonder voorwaarden vooraf te hervatten.

Washington lijkt vooralsnog vooral druk op Israël te zetten om tot een definitieve vredesregeling met de Palestijnen te komen. Daarbij gaat Washington ervan uit dat er een zelfstandige Palestijnse staat komt en Israël gegarandeerde, veilige grenzen krijgt.

De optimistische uitspraken die Netanyahu en Clinton donderdag deden, lijken dan ook, gezien de houding van de Palestijnen en de politieke constellatie in Israël, vooralsnog volkomen misplaatst.

Het is ook merkwaardig dat alleen Amerikaanse en Israëlische vertegenwoordigers over hervatting van de vredesbesprekingen onderhandelden. Alsof Israël de enige partij is die in deze kwestie concessies moet doen alvorens er over vrede kan worden gesproken.

De Palestijnen kunnen dus voorlopig rustig met de armen over elkaar het gesteggel tussen de Verenigde Staten en Israël afwachten.

Dat gesteggel is overigens niet meer dan ordinaire koehandel. Belangrijkste onderwerp van gesprek was donderdag de omvang van het pakket privileges dat Washington Israël kan bieden, in ruil voor een bouwstop in de nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever.

De zeven uur durende onderhandelingen in New York lijken vooralsnog verspilde energie. Want zelfs als de Verenigde Staten Netanyahu zo ver zouden krijgen dat hij akkoord gaat met een bouwstop in de nederzettingen, dan nog weet de Israëlische premier heel goed dat hij een dergelijke maatregel er in zijn coalitie niet door krijgt.

De sleutel tot hervatting van de gesprekken ligt momenteel bij de Palestijnen. Israël heeft herhaaldelijk verklaard dat het bereid is weer aan de onderhandelingstafel aan te schuiven. Maar dan wel zonder voorwaarden vooraf.

 

Israelische nederzettingen niet het hoofdprobleem

 
De nederzettingen zijn zeker een obstakel, vooral die ten oosten van het hek, maar het is goed eens een tegengeluid te horen tegen de totale fixatie hierop door de media. En het is goed te beseffen dat de nederzettingenbouw, vooral de nederzettingen dichtbij Palestijnse steden, een reactie waren op Arabisch geweld en compromisloosheid:
 
"However, the escalation of Palestinian terrorist attacks soon provoked an equally hard-edged Israeli response, which gave the settlement project a more ideological underpinning. In May 1974, Arab fedayeen kidnapped 90 schoolchildren and teachers in the northern Israeli town of Ma'alot. The Israeli rescue operation was a calamity, resulting in the deaths of more than 20 children. In October of that year, the Arab League summit held in Rabat, Morocco, formally recognized the Palestine Liberation Organization, which included the faction responsible for the Ma'alot attack, as the "sole legitimate representative" of the Palestinian people. A month later, PLO head Yasir Arafat, by then the public face of Arab terrorism, addressed the U.N. General Assembly in New York and received a standing ovation.
 
Not by coincidence, 1974 was also the year that Gush Emunim -- "Bloc of the Faithful" -- was founded by young Israeli activists from the National Religious Party. The movement, which was dedicated to the expansion of Israeli settlements, preached that the Jewish nation and its land were holy and given to the Jews by God. Gush Emunim's official policy with respect to the occupied territories was hitnahalut, which literally means "colonization" and, in practice, meant squatting on Arab territory regardless of state policy. By 1976, then Defense Minister Shimon Peres allowed Gush Emunim to "colonize" the Palestinian village of Sebastia, near Nablus. It was fast becoming clear that the interests of Messianic Judaism and Israeli security had merged."
 
RP
--------------
 

The Settlement Fixation

The Obama administration and the Western media treat Israeli settlements as the key to Mideast peace. In reality, it's the least of their problems.

BY MICHAEL WEISS
NOVEMBER 10, 2010

Of all the problems bedeviling Israeli-Palestinian peace talks, the status of Jewish settlements in the West Bank -- thrown into the spotlight again this week by Prime Minister Benjamin Netanyahu's visit to the United States -- has surely attracted the most attention. But that does not make it the most important or the most pressing issue.

Contrary to what many believe, Israelis are largely in agreement over the terms and circumstances under which they would compromise over the settlements -- a consensus that is surely larger than that which exists in Palestinian society over how to reconcile the feuding Islamist and secular nationalist factions in Gaza and the West Bank. While Palestinian Authority President Mahmoud Abbas has used settlements as an excuse to disrupt the latest round of peace talks, the open secret in today's Middle East is that the issue is one of the least problematic obstacles to a final-status agreement.

The settlement project was originally conceived as a response to Israel's national security concerns and was bolstered through an awkward marriage with the ambitions of Messianic Judaism. But as Israeli realpolitik and demographic calculations have turned against the settlers, the settlements have been emptied of their original ideological justifications and reduced to the status of a mere bargaining chip by even the country's most hawkish leaders.

The first settlements were built following Israel's capture of Gaza and the West Bank after the 1967 Six-Day War, but expansionism did not begin in earnest until after the 1973 Yom Kippur War. Although Israel prevailed in 1973, Israelis believed the war could easily have gone the other way. The Israeli security establishment reckoned that possessing the military buffer zone of the Israeli-occupied territories made the critical difference between victory and defeat. Territorial depth provided the Israel Defense Forces with the room to maneuver and time to recover from the surprise attack by Egypt and Syria. Jordan stayed out of the war, but Israelis worried that it would not have been so restrained if the Hashemite Kingdom still controlled the West Bank and was thus capable of launching an invasion from next door.

Shortly after the Six-Day War, Israel mooted a program for geographical deterrence which, in the wake of a far less confident victory in 1973, now seemed all the more compelling. Conceived by Yigal Allon, then the deputy prime minister, it suggested a plan for the strategic settlement of the West Bank. Although never formally adopted, the Allon Plan attained the level of de facto policy as it was fitfully implemented by successive left-wing Labor governments.

The mountainous rift above the Jordan River was to constitute the best bulwark against Arab invasion. A strip of 12 to 15 kilometers along the west bank of the river would therefore be annexed by Israel, and Israeli towns overlooking the predominantly Arab cities in the West Bank such as Jericho and Hebron would be developed.

The security motive for the Allon Plan was obvious, but there was also a second aspect of the plan's logic that was equally important: to prevent Israel from permanently acquiring any part of the West Bank that was home to large Arab populations. Allon envisioned that the land falling outside the 12-to-15-kilometer fortified strip would be governed by some form of Arab "autonomy." As Irish academic and politician Conor Cruise O'Brien observed in The Siege, his magisterial history of Zionism and the early decades of the state of Israel:

In those parts of it which were implemented, the Allon Plan was a document of annexationist tendency. But the questions it raised, or expressed, over the future of the densely populated Arab areas did have the effect, during most of the period between 1967 and 1977, of closing these areas to Jewish settlement. [Italics in the original.]

The goal, then, of the initial settlement project was minimal rather than maximal. The Israeli political class sought to forestall what veteran Israeli diplomat Abba Eban termed "superfluous domination" of Arab land.

However, the escalation of Palestinian terrorist attacks soon provoked an equally hard-edged Israeli response, which gave the settlement project a more ideological underpinning. In May 1974, Arab fedayeen kidnapped 90 schoolchildren and teachers in the northern Israeli town of Ma'alot. The Israeli rescue operation was a calamity, resulting in the deaths of more than 20 children. In October of that year, the Arab League summit held in Rabat, Morocco, formally recognized the Palestine Liberation Organization, which included the faction responsible for the Ma'alot attack, as the "sole legitimate representative" of the Palestinian people. A month later, PLO head Yasir Arafat, by then the public face of Arab terrorism, addressed the U.N. General Assembly in New York and received a standing ovation.

Not by coincidence, 1974 was also the year that Gush Emunim -- "Bloc of the Faithful" -- was founded by young Israeli activists from the National Religious Party. The movement, which was dedicated to the expansion of Israeli settlements, preached that the Jewish nation and its land were holy and given to the Jews by God. Gush Emunim's official policy with respect to the occupied territories was hitnahalut, which literally means "colonization" and, in practice, meant squatting on Arab territory regardless of state policy. By 1976, then Defense Minister Shimon Peres allowed Gush Emunim to "colonize" the Palestinian village of Sebastia, near Nablus. It was fast becoming clear that the interests of Messianic Judaism and Israeli security had merged.

The first and second intifadas -- Palestinian uprisings -- only reinforced this precarious dynamic. But following the 1991 Madrid peace conference, the settlements also acquired a role as a bargaining chip in Israeli-Palestinian peace talks. Israel accepts a "land for peace" arrangement premised on territorial concessions, while continuing to suggest that Jewish real estate in the West Bank knows no limits. It's a paradox with a point, as historian Walter Russell Mead recently noted: "Without the threat of more settlements, it's not clear what the incentives are for the Palestinians to accept a territorial compromise based on the 1967 frontiers." Fueled by this logic, the settlement population has tripled since the Madrid conference.

But the continued growth of the settlements and the international attention directed toward them obscures the fact that their original rationale has eroded. The prospect of Israel fighting a conventional war against another Arab army is outmoded, as both its recent conflicts with Hezbollah and Hamas attest. Terrorists, unlike tanks, are not deterred from crossing over rocky terrain. Moreover, the security wall that now physically separates much of Israel from the West Bank acts as its own buffer and has so far managed to radically reduce the number of suicide bombings in cities such as Tel Aviv and Jerusalem. Furthermore, the West Bank has largely been pacified since the Second Intifada due to the savvy partnership between Israel and the Palestinian Authority's security establishment, the training of a professional Palestinian gendarmerie by the United States, and the internal policing methods of Palestinian Prime Minister Salam Fayyad.

In Israel, settlements have also lost popular support. The 1995 assassination of Prime Minister Yitzhak Rabin by Yigal Amir, a Messianic rejectionist of the Oslo Accords, marked the beginning of the erosion of the settler movement's credibility. As recently as this March, a poll conducted by the Harry S. Truman Institute for the Advancement of Peace at the Hebrew University of Jerusalem found that 60 percent of Israelis support "dismantling most of the settlements in the territories as part of a peace agreement with the Palestinians."

In 2005, Israeli Prime Minister Ariel Sharon, judging that an indefinite occupation was destructive to Israel's long-term national interests, withdrew all settlements from Gaza. By Sharon's reckoning, Israel stood to become an Arab-majority state if its expansionist project in the occupied territories reached a level of de facto annexation. He feared that this would allow Arab inhabitants to vote away Israel's identity as a Jewish homeland, or force Israel to deny this population equal democratic rights and to establish a system of apartheid.

Netanyahu epitomizes the Israeli establishment's embrace of this hardheaded logic and the marginalization of Messianic Judaism in its mainstream political discourse. In his 2009 address at Bar-Ilan University, the current prime minister acknowledged the legitimacy of a Palestinian state. Although the speech was criticized as being insufficient by Netanyahu's leftist critics, it in fact ended the Likud party dream of a state of Israel lying between the Mediterranean Sea and the Jordan River and encompassing all of Gaza and "Judea and Samaria" (the biblical terms for the West Bank).

This speech, which came just four years after Netanyahu quit his post as finance minister in Sharon's cabinet to protest the Gaza withdrawal, certified a slow reorientation of Israeli politics away from a theological or security-based justification for the settlement enterprise. The prime minister's latest offer to extend the construction moratorium in exchange for the Palestinian recognition of Israel as a "Jewish state" has been roundly criticized as a diplomatic non-starter while the larger point -- that a conservative hawk sees the settlements as leverage and not a divine mandate -- is just as predictably elided.

So where does that leave the die-hard settlers? Perhaps bidding for renewed political relevance, the movement has itself begun to flirt with democratic integration -- except that its preferred model is the so-called "one-state solution," which envisions the Jewish and Arab polities in Israel, Gaza, and the West Bank merging into a single democratic state. This concept, however, is even more fraught with obstacles and the possibility of bloodshed than the two-state solution. Ethnic power-sharing would, at best, transform Israel into another Lebanon and invite the same wardrobe of calamity, including civil war and tribal assassinations.

If this is God's will then so be it, argues Uri Elitzur, Netanyahu's former chief of staff and a leading intellectual of the Israeli religious right. Elitzur recently endorsed the one-state solution in Nekuda, the settler movement's official magazine. Reuven Rivlin, the speaker of the Knesset, the Israeli parliament, said this year that he "would rather [have] Palestinians as citizens of this country over dividing the land up."

Wondrous though it undoubtedly is to imagine the religious Jewish right nodding in agreement with the New York Review of Books, the settlers' rethink on Greater Israel's political boundaries also demonstrates their divorce from mainstream Israeli thought and practical reality. It is all the more reason to see their movement for what it is: marginalized politically and curtailed in scope.

That is not to say that the existing West Bank settlements are destined to fall from Israeli control. Land swaps have long been part of the tool kit of final-status negotiations; in late 2008, Israeli Prime Minister Ehud Olmert and Palestinian President Mahmoud Abbas undertook a hypothetical map-drawing exercise that delineated the border between the two states. The end result allowed for large settlement blocs to be incorporated into the Jewish state, while according land currently inside Israel to the new Palestinian state. Ma'ale Adumim, for instance, which was a sticking point in the international debate preceding the construction moratorium, is home to some 36,500 Israelis who aren't likely to go anywhere, as most Palestinians acknowledge. Building new bathrooms or balconies there is hardly the fatal blow to peace that it has been made to appear.

Settlements should not be the top Mideast priority for the Obama administration. More critical issues will have to be resolved first, such as reconciling feuding Palestinian political factions, guaranteeing that security can be maintained in the West Bank without an IDF presence, and ensuring that Palestinian institutions now being built are stable enough to sustain a functioning democratic government, regardless of which party is elected. The settlement fixation is a convenient distraction from these obstacles, which have no easy remedy and continue to block the way to a two-state solution.

 

Abbas: sinds 1988 geen enkele eis opgegeven


Hetzelfde geluid uit Ramallah: geen vrede, geen onderhandelingen, geen erkenning.
 
He said that since 1988 the Palestinians haven't relinquished any of their main demands. He also reached out to the Israeli people, declaring: "Making peace is more important than everything else." In his speech, Abbas pledged to continue in Arafat's footsteps until the Palestinians achieve an independent Palestinian state with Jerusalem as its capital, the refugees return to their homes and lands and all prisoners are released from Israeli jails.
 
Dat noem ik niet 'to reach out to the Israeli people'. Hij geeft openlijk toe dat hij geen enkel compromis heeft gesloten en dat hij een einde wil maken aan de Joodse zelfbeschikking door de terugkeer te eisen van de miljoenen nakomelingen van de vluchtelingen. Ook herhaalde hij zijn weigering Israel als Joodse staat te erkennen.
 
"There will be no negotiations with settlements," Abbas announced. "The Arab city of Jerusalem, including the holy sites, is an integral part of the 1967 occupied territories. Everybody knows that Jerusalem was occupied in 1967 and that any solution that does not include Jerusalem is not a solution." He said that the issue of the refugees must be solved on the basis of UN resolutions and the Arab peace initiative of 2002.

Met andere woorden, het Arabische vredesplan en resolutie 194 gaan volgens hem uit van het zogenaamde recht op terugkeer van de inmiddels zo'n vijf miljoen nakomelingen van de vluchtelingen. Dat dat laatste een leugen is, wordt hier haarfijn uitgelegd. In de 'Arabische stad Jeruzalem' liggen de zeker ook Arabische Klaagmuur en de Joodse begraafplaats op de Olijfberg, evenals Mount Scopus en de oude Joodse wijk. Alllemaal heel Arabisch ja. Voor 1967 was dit niet Palestijns, maar illegaal geannexeerd door Jordanië (niet erkend door de VN) dat het had veroverd in 1948. Waarom het met geweld innemen van gebied wel geoorloofd is voor Arabische landen maar niet voor Israel ontgaat me.
 
RP
----------------
 
 
The Jerusalem Post
'Making peace is more important than everything else'
By KHALED ABU TOAMEH
11/11/2010 18:08
http://www.jpost.com/MiddleEast/Article.aspx?id=194971


PA president Abbas speaks at rally marking Arafat's death; private screening of film about Arafat raided by Hamas, journalists detained.

The Palestinian position remains unchanged - a Palestinian state free of settlements with Jerusalem as its capital and the right of refugees to return to their homeland, Palestinian Authority president Mahmoud Abbas declared Thursday.

Abbas, who was speaking to supporters during a rally in Ramallah marking the sixth anniversary of the death of his predecessor, Yasser Arafat, also repeated his opposition to return to the negotiating table with Israel as long as construction continued in the settlements.

Abbas added that he wouldn't recognize Israel as a Jewish state out of fear that such a move would harm the status of Israel's Arab minority and deprive the refugees of the right to return to their former homes.

Thousands of Palestinians from all over the West Bank attended the major rally in Abbas's presidential Mukata compound.

He said that since 1988 the Palestinians haven't relinquished any of their main demands. He also reached out to the Israeli people, declaring: "Making peace is more important than everything else." In his speech, Abbas pledged to continue in Arafat's footsteps until the Palestinians achieve an independent Palestinian state with Jerusalem as its capital, the refugees return to their homes and lands and all prisoners are released from Israeli jails.

"There will be no negotiations with settlements," Abbas announced. "The Arab city of Jerusalem, including the holy sites, is an integral part of the 1967 occupied territories. Everybody knows that Jerusalem was occupied in 1967 and that any solution that does not include Jerusalem is not a solution." He said that the issue of the refugees must be solved on the basis of UN resolutions and the Arab peace initiative of 2002.

Addressing Israel, Abbas said: "Making peace is more important than settlements. Comprehensive and just peace is more precious than everything else - more precious than the government coalition and [Foreign Minister Avigdor] Lieberman and narrow interests. Our children and your children must taste coexistence, stability, security and mutual respect before it's too late."

Nasser al-Qidweh, a relative of Arafat, addressed the crowd on behalf of the former PA leader's family. Al-Qidweh called on Palestinians to step up the struggle against settlements, which he termed a "big crime" that destroys any chance of achieving a two-state solution.

He blamed Israel once again for the death of Arafat and demanded an inquiry into the case. He said that the PA was continuing to work toward obtaining clear-cut evidence regarding Israel's alleged involvement in the "assassination by poison of martyr Arafat." Al-Qidweh said that the Palestinians were convinced from the beginning that Israel was behind the "assassination" of Arafat. "But we want clear evidence and we will get it," he stressed.

In the Gaza Strip, Hamas banned Fatah supporters from holding public rallies to commemorate Arafat.

In Rafah, Hamas policemen raided the offices of Fatah legislator Ashraf Jumaa and arrested scores of activists who had been invited to watch a film about Arafat.

Eyewitnesses said Hamas detained a number of journalists in Rafah during an "unlicensed" memorial event for Arafat.

The Foreign Press Association issued a statement strongly condemning Hamas for targeting journalists. It said that Hamas security authorities detained television crews and ordered them to turn over news footage.

"The total ban by the authorities on all stills photographers wanting to cover the same event is unacceptable," the association said. "This is the latest in what seems to be a systematic campaign by Hamas to harass and intimidate journalists. Our members are professional journalists working for respected global news organizations."

donderdag 11 november 2010

Gaza's gevangenis voor collaborateurs

Penitent ... Shadi Husseini, 21, admits spying for Israel, but is racked with shame. Photo: Jason Koutsoukis

 
Hamas heeft een luxe gevangenis gebouwd, waar de gevangenen hun eigen eten kunnen koken, TV op de kamer hebben en waar vrienden en familie vrijelijk in en uit lopen. De directeur vergelijkt het met een vijf sterrenhotel. Dat valt dan weer mee in 'concentratiekamp Gaza' waar aan alles een gebrek is.
 
With the Palestinian Centre for Human Rights and the US-based Human Rights Watch in the past noting serial human rights abuses inside detention facilities in Gaza, Suleiman is quick to absolve his own institution of such practices.
''We do not practice any torture here,'' he says. ''That takes place at the interrogation centre, before people are convicted.''
One inmate with experience of Hamas's interrogation techniques is Atta Najar, a 40-year-old father of four.
''When they questioned me I had my toenails pulled out with pliers and [they] ... hung me up overnight by my hands,'' Najar tells the Herald, with prison director's approval.
Charged with the almost unpardonable crime of spying for Israel, Najar spent six months in an interrogation centre before he was transferred to Suleiman's prison when it opened nearly four months ago.
 
RP
---------------

On the inside: Gaza's prison for collaborators

October 30, 2010
 
Inmates have surprising amount of leeway in a maximum security jail they built themselves, writes Jason Koutsoukis in Gaza City.

Naser Suleiman has what many Gazans can only dream of: a well-paid job that he loves.

The director of Gaza's new maximum security prison, Suleiman is proud of the facility that he says is the territory's first prison to be built by inmates.

''It's like a five-star hotel here,'' he says, pointing to the freshly painted architrave in his office.

The most striking aspect of the prison is the atmosphere of leeway. Friends and relatives of the inmates walk in and out of the main entrance unhindered, more like visitors to a hospital.

Also absent are the steel bars, razor wire and electric fences that are standard features in most modern prisons.

''Where would anyone escape to?'' Suleiman asks, explaining the laissez-faire approach. ''The Gaza Strip is ... a prison from which there is no escape.''

Casually brandishing the pistol he normally keeps stuffed in his trouser belt, Suleiman, 47, emphasises an atmosphere that is focused on rehabilitation.

''The prisoners here are treated with great respect,'' he explains earnestly. ''We allow the inmates to watch television and listen to the radio in their rooms and they can prepare their own food, in addition to what we provide them. We even allow prisoners who behave well weekend leave, so they can spend time with their families.''

Built for 150 inmates, the Central Rehabilitation and Reform Centre is home to the usual types of villains, including murderers, rapists and thieves. About 13 are on death row.

With the Palestinian Centre for Human Rights and the US-based Human Rights Watch in the past noting serial human rights abuses inside detention facilities in Gaza, Suleiman is quick to absolve his own institution of such practices.

''We do not practice any torture here,'' he says. ''That takes place at the interrogation centre, before people are convicted.''

One inmate with experience of Hamas's interrogation techniques is Atta Najar, a 40-year-old father of four.

''When they questioned me I had my toenails pulled out with pliers and [they] ... hung me up overnight by my hands,'' Najar tells the Herald, with prison director's approval.

Charged with the almost unpardonable crime of spying for Israel, Najar spent six months in an interrogation centre before he was transferred to Suleiman's prison when it opened nearly four months ago.

Najar, who adamantly declares his innocence, is now facing trial and, if convicted, a possible death penalty.

''Two weeks ago we have hanged two murderers,'' Suleiman says. ''The gallows are located in the prison basement.''

Since April, when Gaza's Hamas-run government began a savage crackdown on Israeli spies by executing two Israeli collaborators, there has been a surge in the number of men convicted of espionage.

''Over the past four months, our collaborators ... doubled to 40,'' Suleiman says.

Unlike most inmates convicted of spying for Israel, Shadi Husseini, 21, readily admits his guilt. Penitent and racked with shame, Husseini says early in 2008 he was walking near the security fence that separates Gaza from Israel and was knocked unconscious. When he woke up, he says, found himself in a room with men who said they were from the Red Cross. He says the men asked him a series of detailed questions and eventually let him go.

''One of the men gave me some money.'' At that point, he says, he realised the men not from the Red Cross but were most likely from an Israeli security service.

The Herald had received no response to this claim from the Israeli government or the Red Cross when it went to press.

Husseini says some time later the men phoned him and told him he had been filmed accepting the money and said to prevent the film getting into the wrong hands he should agree to provide information. Over the next 18 months, he says, he was in regular contact with his Israeli handlers, for which he received one more payment.

In mid-2009 he walked into a meeting of Hamas militants and was questioned for apparently suspicious behaviour.

''I admitted my guilt,'' he says. In return he received a relatively light jail sentence of seven years. With good behaviour, he could be released within three.

Even then, such is the stain in Gaza of collaborating with Israel, he believes his prospects for a happy love life are next to none. ''I wanted to ask the daughter of our neighbours to marry me. Now I know not to even ask because the family will say no.''

But Husseini reflects that things could be worse. ''I am lucky that my life is not over.'' For seven of his cellmates, another fate awaits: ''They know that it eventually goes into the basement.''

 

Kaffiyeh, radio en Koran tentoongesteld in Arafat museum in Ramallah

Photo by: Associated Press 
 
 
Verwacht hier geen kritische blik op Arafat en zijn corrupte vriendjes.
 
The museum isn't just about remembering Arafat, but telling the story of the Palestinians, foundation officials say. "It's about Yasser Arafat representing people, Yasser Arafat representing the nation, representing the struggle," Rafidi said.
 
... En de vertegenwoordiger van de dubbele tong, het schenden van afspraken, doorsluizen van grote sommen geld naar zijn vrouw, het actief ondersteunen van zelfmoordterrorisme en mede torpederen van het vredesproces. Maar dat is misschien wat teveel gevraagd. Opvallend overigens dat Hamas iedere medewerking heeft geweigerd en daarom zal de onverdiende Nobel prijs voor de vrede er niet te zien zijn.
 
RP
------------
 

Kaffiyeh, radio, Koran to be displayed at Arafat museum




Photo Gallery: Construction of $3.4 million museum started two months ago. New building connects to Arafat's old headquarters in Ramallah. Yasser Arafat had a knack for turning ordinary objects into symbols, including the black-and-white checkered headdress that came to represent the Palestinian quest for a homeland.

Six years after his death, the keepers of Arafat's memory are gathering thousands of objects — photographs, pistols, the trademark sunglasses and military-style suits he favored — for display in a museum under construction at his former West Bank headquarters, where Arafat spent the last three years of his life encircled by Israeli forces.

The Associated Press was given exclusive access to part of the collection, including the last kaffiyeh Arafat wore before being helicoptered out of his Ramallah compound two weeks before his death on Nov. 11, 2004. There was a transistor radio and a Muslim holy book, both said to have been left at a house where Arafat stayed during a secret foray into the West Bank during the Six Days War in 1967.

In his four decades as Palestinian leader, Arafat was a complex and often divisive figure — branded by some as an arch-terrorist and celebrated by others as the father of the Palestinian national movement.

The museum pieces, along with the recollections of bodyguard Emad Abu Zaki, affirm Arafat's image as frugal man who didn't spend much on himself, even though he controlled large sums of money, and he and his associates were accused of corruption.

The kaffiyeh Arafat wore during those final days is still streaked with yellow stains and has not been washed, said Tami Rafidi, a curator at the Yasser Arafat Foundation. "We decided to keep it this way," said Rafidi. "It represents the last days before he left."

The transistor radio and Quran were donated by 86-year-old Fayez Mohammed, who sheltered Arafat at his sister's home in the village of al-Auja during the Six Day War in 1967. The six days of fighting ended with the Israeli capture of the West Bank, Gaza and half of Jerusalem, the territories the Palestinians want for their future state.

Mohammed said Arafat knocked on his door one night, along with two other Palestinian fighters, both in civilian dress. Arafat — who was still relatively unknown — introduced himself as "Abu Ammar," a nom de guerre, and Mohammed said he didn't immediately know his guest's true identity.

Arafat stayed for two days before withdrawing as Israeli forces closed in, leaving behind the radio and Quran. Mohammed said he kept the radio hidden for years — Arafat's name was scratched inside the battery box and he feared Israeli retribution for sheltering the guerrilla leader.

Collecting and cataloging Arafat's belongings has been a slow process, in part because they are scattered across the Arab world, including in the Palestine Liberation Organization leader's shifting bases of operations in the 1970s and 1980s — Jordan, Lebanon and Tunisia. Most have yet to be delivered to Ramallah, said Nasser al-Qidwa, an Arafat nephew overseeing the work.

The Gaza Strip, where Arafat set up his self-rule government after returning from exile in 1994, is a treasure trove of Arafat memorabilia. However, curators said they have had no success in getting the Islamic militant Hamas, which seized Gaza from Arafat's successor Mahmoud Abbas in 2007, to hand over the pieces, including the 1994 Nobel Peace Prize that Arafat shared with Israeli leaders Yitzhak Rabin and Shimon Peres.

Hamas officials declined comment.

Construction of the $3.4 million museum started two months ago and it is to open within a year. The new building connects to a wing of the headquarters where Arafat was isolated in his final years. The wing has been kept sealed, though photos of Arafat's spartan bedroom were posted last year on the foundation's website.

The museum isn't just about remembering Arafat, but telling the story of the Palestinians, foundation officials say. "It's about Yasser Arafat representing people, Yasser Arafat representing the nation, representing the struggle," Rafidi said.

Mohammed Sobeh, a 30-year-old shopkeeper in Ramallah, said Palestinians are too busy worrying about survival to think much about the past.

"Arafat wasn't better than those in charge today because he brought us all those thieves of PLO," Sobeh said. "But despite all that, I love Arafat because he died while he was resisting" Israel and the United States.

Nieuwsbericht uit Iran: "Israeli's verkopen vrouwen in winkels"

 
Elder of Ziyon is scherp als altijd. Hier weer een Iraanse leugen ontmaskerd. Het werd, en dat is opmerkelijk, door een Iraanse blogger ontdekt die het Iraanse nieuwsstation dat het verhaal bracht, op de fout wees. Helaas hebben andere nieuwssites het overgenomen en daar is het nog gewoon te lezen.
 
RP
-------------
 

Iranian news reported Israelis sell women in stores

http://elderofziyon.blogspot.com/2010/11/iranian-news-reported-israelis-sell.html

Last month there was a Ha'aretz article:

Women go on sale at Tel Aviv shopping center

Window display at Dizengoff Center shows real women with price tags in provocative installation aiming to battle sex trafficking.

Shoppers strolling through Dizengoff Center mall in Tel Aviv on Tuesday were confronted with a shocking widow display of women for sale, with price tags attached to them.

Upon closer inspection, it became obvious that the display was part of an installation by the Working Group Against the Trafficking of Women, part of a widespread campaign.

Seven unkempt young women stood in front of shoppers passing back and forth under a sign that read "Women for sale according to personal taste." Some of the women were made up to appear as if they had been beaten, and all had price tags that listed details such as age, weight, dimensions, and country of birth.

The stated purpose of the installation is to solicit a large amount of signatures to submit to the Minister of Justice, in order to put forth a private member's bill by Kadima MK Orit Zuaretz to criminalize johns who solicit sexual services. Members of the Working Group believe that a law like this could eradicate the phenomenon of trafficking in women.
This was a nice publicity stunt to get an important message across.

But in Iran, they used the article to claim that women really were being literally sold in Israeli stores.

Rajanews, saying it was quoting Ha'aretz, wrote
In an evident case of promoting indecency and moral corruption in Zionist society, women are displayed for sale in Israel's chain stores… According to Haaretz, each woman has a label that includes her age, weight, dimensions and country of origin. Following pictures shed some light on modern slavery in Israel, the country which claims to be a democracy.

A blogger in Mideast Youth named  Mohammad Memarian noticed the deception and contacted Rajanews, which took down the article (you can still find it cached here.) But by that time, other Iranian news sites had picked up on the story, and those sites still show the false story today.

As Memarian wrote,
Given the frank, unambiguous article published in Haaretz, I can hardly imagine that this case could be a simple misunderstanding. Rather, it's fair to believe that the original news editor/translator distorted the story, assuming that no one would ever dare to find the truth. Such a bitter fact that awkward distortion of the truth is still considered a suitable instrument to manipulate the minds of the audience.

Second implication of the event, however, is far more important. Many Iranians had visited the page, found the story to be consistent with their preconceived perception of the Jewish state, thus related to it and cached it in their long term memory as another indication of Israel's brutality and corruption. The Israeli society I knew, however, could not be this wild and obscene. That is why I doubted the originality of the story, while many other people, even the educated and the elite, did not even give it a second thought. In other words, average Iranian perception of Israel is far different from the objective truth.
He then goes on to say "Unfortunately, the same point arguably applies to the Israeli side as well" which is largely false, showing that even the most enlightened Iranian doesn't know anything about how Israelis really think.

Even so, all credit to Memarian for noticing and acting on the falsehood.
(h/t Israelity blog)
 
 

Verenigde Naties geven Saudi-Arabië zetel in VN vrouwenraad


Het goede nieuws: Iran is er niet ingekomen. Maar het blijft verbluffend. Het valt zwaar de VN nog enigzins serieus te nemen.
 
RP
--------------
 

Verenigde Naties geven Saudi-Arabië zetel in vrouwenraad

http://www.elsevier.nl/web/Nieuws/Buitenland/280956/Verenigde-Naties-geven-SaudiArabie-zetel-in-vrouwenraad.htm

woensdag 10 november 2010 21:10

In Saudi-Arabië moeten vrouwen verplicht gesluierd over straat, mogen ze niet stemmen, niet autorijden en alleen onder mannelijke begeleiding het land verlaten. Toch is het Arabische land sinds woensdag lid van de VN-vrouwenraad.

De VN-vrouwenraad heeft als doel zich wereldwijd in te zetten voor vrouwenrechten en te strijden tegen vrouwendiscriminatie.

Ook het streng-islamitische Iran leek lange tijd af te stevenen op een zetel in de raad, maar het regime van president Mahmoud Ahmadinejad kreeg tijdens de verkiezingen net te weinig stemmen. Dit was mede te danken aan een lobbycampagne van Westerse landen en mensenrechtenorganisaties.

Kritiek
Saudi-Arabië ligt in een andere regio dan Iran en kreeg daardoor automatisch een zetel. De kandidatuur van beide landen had in de aanloop naar de verkiezing zware kritiek gekregen.

Saudi-Arabië staat, juist als het om vrouwenrechten gaat, bekend als het meest behoudende land van de Arabische wereld. In Iran is het voor vrouwen niet veel beter. Zo mogen dames, in tegenstelling tot mannen, niet met een niet-moslim trouwen, en wordt bij overspel alleen de vrouw gestenigd.



Woordvoerder Israel voor de VN Mensenrechtenraad


Je zal er maar staan, alleen, tussen al die vertegenwoordigers van landen waar Joden niet welkom zijn, waar mensenrechten zelfs op papier vaak niks voorstellen, waar de koning of de hoge moslim raad de kandidaten voor de verkiezingen moet goedkeuren, waar in sommige gevallen de regering minderheden opjaagt en in de gevangenis stopt. En allemaal wijzen ze met de vinger naar jou en noemen ze je de grootste schurkenstaat, de oorzaak van allerlei ellende en oorlogen en instabiliteit. Ze menen dat je niet democratisch genoeg bent, dat je rechters niet onafhankelijk zijn, dat je minderheden onderdrukt en dat je soldaten straffeloos en meedogenloos te werk gaan. En soms menen ze dat je uit bent op wereldmacht, dat je je gedraagt zoals de nazi's tegenover jou deden, en sowieso vinden ze dat je geen bestaansrecht hebt. Daar sta je dus. Lees hieronder wat de VN vertegenwoordiger voor Israel antwoordde op een speciale bijeenkomst van de Mensenrechtenraad over Israelische 'misdaden'.
 
RP
-------------
 

The loneliness of an Israeli UN representative

http://elderofziyon.blogspot.com/2010/11/loneliness-of-israeli-un-representative.html

The UN Fourth Committee met on November 8th to discuss, naturally, Israeli "crimes." Just as they did on November 1st, 2nd and 5th.

Here is a list of the countries whose representatives spoke: Egypt, Qatar, Tunisia, Malaysia, Morocco, Sudan, Bangladesh, Bahrain, Iran, Jordan, Libya, UAE, Algeria, Lebanon, Yemen, Nigeria, Tanzania, the PA - and Israel.

You have to admire any Israeli diplomat who can stand up to this uniform cast of hypocrites, day in and day out, whose own real human rights violations dwarf the worst lies that Israel has ever been accused of.

In this case, it was Amir Weissbrod, who is the Minister Counselor at the Permanent Mission of Israel to the UN, who had the task of defending Israel against the dictators and despots.

Here is the UN's synopsis of Amir Weissbrod's statement:

AMIR WEISSBROD (Israel), reaffirming the importance Israel placed on the preservation of human rights, said his country was a vibrant and open democracy that enjoyed an independent and highly professional judiciary, active civil society, and free press. Despite constant threats from terrorists, who sought to deny Israel's citizens their most fundamental rights, Israel upheld and pursued human rights as a sacrosanct ideal that was at the core of the values on which his State was built. It was unfortunate that the report of the Special Committee to Investigate Israeli Practices Affecting the Human Rights of the Palestinian People and Other Arabs of the Occupied Territories did not seek to advance the values of human rights, but rather a cynical political agenda with the goal of vilifying Israel and the right of its citizens to live in peace and security and denying them the very right it purported to cherish for others.

He said that the report offered another one-sided narrative, submitting a wide-ranging and harsh criticism of Israel, while failing to mention the simple fact that more than 8,800 rockets had been launched from the Gaza Strip against Israeli towns and villages since 2001. The report also completely ignored the current military build-up by the Hamas terrorist organization, which cynically placed its military installations near and inside civilian buildings, including in close proximity to United Nations facilities, endangering both civilians and international organizations in the region. The report also did not mention that, for more than four years, Hamas had held the kidnapped soldier Gilad Shalit, depriving him of his basic human rights, including any visit from the Red Cross.

Explanations that such discussion about Hamas or human rights violations committed by other Palestinian groups did not fall within the mandate of the report were convenient and excluded the Committee from its basic obligation to pursue impartial and objective fact-finding, he said. The Special Committee in its work predetermined its conclusion and findings. Israel refused - and would continue to refuse - to cooperate with a body that prejudged its culpability.

He went on to say that there had been many positive developments in the West Bank and in Gaza over the past year, as had been acknowledged by the diplomatic Quartet and other relevant bodies that sought to promote peace, instead of the predictable narrative of the Special Committee. Israel was engaged with several United Nations agencies, international organizations, and partner countries, to move forward and substantially improve the West Bank economy, including the removal of hundreds of roadblocks and checkpoints. Those significant steps should not be taken lightly.

It was absurd, he said, to hear condemnation and criticism of Israel's judiciary system and human rights record from several countries in the region and beyond - countries where the majority of human rights activists were in prison, where there was no freedom of press, and where there was no independent judiciary. For those countries to lecture Israel about the way to conduct itself in regards to human rights was cynical and reflected the nature of the Special Committee's work. He asked which of those countries had ever conducted, even once, a true investigation into its State's human rights practices as Israel did. He called on Israel's Arab neighbours to join in taking concrete steps to pursue peace instead of engaging in futile rhetoric. He hoped that the Palestinians would join Israel in direct negotiations without delay.