= IMO Blog =
Afgelopen dinsdag oordeelde de rechtbank dat de uitspraken van rapper Ismo niet strafbaar zijn. Hij had in een rap onder andere gezegd “Ik haat die focking Joden nog veel meer dan de Nazi’s” en “flikkers geef ik geen hand”. Daarop volgden verschillende aangiftes, onder andere van het CIDI en het COC. Uit het persbericht van het CIDI, dat het OM oproept in hoger beroep te gaan:
De rechtbank oordeelde 8 december dat de tekst over Joden “op zichzelf wel beledigend van aard” is, maar dat hij valt onder het recht op vrijheid van meningsuiting omdat hij werd gedaan in het kader van de “artistieke expressie”. Onnodig grievend vindt de rechtbank de tekst niet. De rapper is naar het oordeel van de rechtbank boos, doet de uitlating maar één keer in het lied, en overdrijven hoort bij rappen. Volgens de rechtbank ‘was uit de tekst niet duidelijk dat “flikkers geef ik geen hand” over homo’s ging’ en was de tekst bovendien niet beledigend.
CIDI en COC vinden dit vonnis verontrustend: het lijkt een vrijbrief voor discriminerende uitspraken als die maar in een rap worden gedaan. ‘Boos zijn’ mag geen excuus zijn voor het kwetsen van Joden en homo’s, die niets te maken hebben met ‘de woede van Ismo’.
Men wijst voorts op het feit dat de rap 4,7 miljoen keer is bekeken op Youtube en de vele antisemitische tweets van Ismo en retweets, ook juist van de gewraakte tekst. Dit soort beledigende teksten zouden de stemming tegen Joden en homo’s bovendien verder vergiftigen en vallen blijkbaar in vruchtbare aarde. Ismo is voor veel jonge Marokkanen een voorbeeld en een held.
Veel mensen zijn dan ook verontwaardigd over de vrijspraak. Terwijl Joden liever niet zichtbaar van buiten hun kaarsjes voor chanoeka branden, en Joodse instellingen en bijeenkomsten zwaar beveiligd worden, hitsen rappers als Ismo en Appa en ‘opiniemakers’ als Ouaali hun fans op om hun Jodenhaat, sorry, hun begrijpelijke woede en frustratie, openlijk te ventileren. En als zo’n tekst over Joden en homo’s niet beledigend is, wat dan wel? Het is natuurlijk altijd aan de persoon zelf of die zich door zo’n k*tmarokkaantje beledigd voelt, maar de tekst lijkt wel geschreven met het doel om grof en beledigend te zijn. Het lijkt me sowieso onnodig grievend, want waar is het voor nodig om dit te roepen? Als Ismo kwaad is, kan hij rappen over de problemen die hij om zich heen ziet in zijn eigen buurt, over onrecht in de maatschappij of discriminatie. Waarom daar Joden en homo’s bijhalen? Ik durf te wedden dat hij er zelden een heeft ontmoet. Bovendien zijn juist dit kwetsbare groepen die zoals gezegd zelf met discriminatie en bedreigingen te maken hebben. Ik vind het onbegrijpelijk dat de rechtbank dat niet zwaarder heeft laten meewegen.
Ismo kan buiten zijn eigen gemeenschap op tenminste één steunbetuiging uit onverwachte hoek rekenen. Annabel Nanninga neemt het op voor zijn recht om wie dan ook te beledigen. Zij noemde onlangs Natascha van Weezel een ‘naïef gordelkipje met masochistische redderscomplexen’ en verweet haar een mes in de rug van de Joodse gemeenschap te planten. Nanninga heeft minder moeite met grove, extreme meningen dan met genuanceerde. Van Weezel had haar mond moeten houden tegenover rabbijn Yanki Jacobs die bij Pauw uitlegde waarom hij tegen opvang van asielzoekers nabij de Joodse wijk in Amstelveen is, het CIDI moet ook niet zeuren en vooral niet aan de vrijheid van meningsuiting komen, maar Ismo en Wilders mogen naar hartenlust beledigen “want beledigen mag gewoon in een vrije, open samenleving. Wij hebben niet het recht om gevrijwaard te blijven van beledigingen, en gelukkig maar, want anders is het einde zoek.”
Beter staken het CIDI en het COC de juridische strijd en gaan zij een rap battle (snelgesproken, ritmische verbale belediging op beatmuziek, red.) aan met rapper Ismo, waarin zij lelijke dingen zeggen over de persoonlijke hygiëne, de moeder en/of het intellect van antisemitische homohater Ismo.
Zo vervolgt ze. Oftewel: word zelf even grof als Ismo, beantwoord beledigingen met nog ergere beledigingen. Waarop er geheid nog extremere beledigingen terug komen, want daar kunnen rappers en k*tmarokkaantjes wat van. Nanninga voelt zich in zo’n maatschappij wel thuis. Ze moet blijkbaar niks hebben van genuanceerde en doordachte meningen, van het respectvol met iemand van mening verschillen en je mening met feiten onderbouwen. Wilders (ze hint in haar stukje nog even subtiel op de aanklachten die tegen hem lopen) is een goed voorbeeld van deze houding. Hij gaat ieder inhoudelijk debat uit de weg, hij mijdt interviews waar hij met lastige feiten wordt geconfronteerd. Hij haalt uit, krachtig en snel, vaak ook op de persoon, de media springen er bovenop en hij heeft weer gescoord. Als andere politici dit zouden overnemen zouden debatten in de Tweede Kamer vol zitten met grof taalgebruik, journalisten zouden a la Rutger Castricum iedere diepgang vermijden maar hun onwelgevallige politici genadeloos afserveren. Lastige onderwerpen zouden worden gemeden, het zou alleen nog maar om effectbejag gaan en punten scoren. Soms is dat nu ook al het geval, en serieuze media en politici zijn in hun taalgebruik en stijl al een behoorlijk stuk richting Wilders, Castricum en Jan Roos opgeschoven. Daar hebben sociale media behoorlijk aan bijgedragen. Iedere halve gare kan anoniem met een paar muisklikken zijn gal spuwen, en het blijft maar al te vaak staan omdat dit nou eenmaal ‘vrijheid van meningsuiting is’.
Toen ik op internet veel begon te lezen over Israel-Palestina, kon ik mijn ogen vaak nauwelijks geloven als weer eens werd geschreven dat de Joden net nazi’s zijn, dat Hitler er een paar was vergeten, dat ze uit zijn op macht en geld en het logisch is dat ze werden vervolgd, etc. etc. Na klagen werd het soms na een paar dagen verwijderd. Verschillende blogs heb ik gewijd aan de grove reacties op doorgaans nette sites, het vaak nauwelijks verhulde antisemitisme. Ook op Facebook stikt het van de antisemitische pagina’s, en het kost vaak veel moeite ze uit de lucht te krijgen, terwijl men bij klachten tegen onschuldige pro-Israel pagina’s soms voortvarender lijkt te zijn. Maar Nanninga vindt dat blijkbaar allemaal prima, en besluit haar column met:
En laten zij de vrijheid van meningsuiting met rust, die gaan we natuurlijk niet beperken voor mensen die last hebben van kwetsgevoelens omdat een non-valeur provocatieve dommigheden debiteert.
Zij doet het voorkomen alsof het overgevoeligheid betreft wanneer je je gekwetst voelt door grove teksten, en dat moeten we allemaal maar verdragen. Feit is echter dat mensen dat niet eindeloos kunnen. Het maakt mensen ongelukkig, bang en gefrustreerd om telkens weer te worden beledigd en op je meest zwakke plek gepakt. Veel Joden hebben het gevoel in Nederland (en andere Europese landen) niet meer thuis te zijn, ze voelen zich hier niet meer veilig, ze denken dat het halve land antisemitisch is. Ik schrik soms wanneer goed opgeleide mensen met een flink netwerk dingen zeggen als dat het misschien tijd wordt om hun koffers te pakken. Of na in Israel geweest te zijn nog maanden op Facebook posten dat ze Nederland wel beu zijn en terug verlangen.
En wat zouden de antisemieten doen wanneer de Joden (en anderen die ervan balen) hun met gelijke munt zouden terugbetalen? Ze zouden dat niet op zich laten zitten. Natuurlijk zou het aantal bedreigingen en antisemitische incidenten fors toenemen. Als het CIDI die beledigende tegenrap zou maken zouden de bedreigingen binnenstromen, persoonlijke bedreigingen van mensen die weten waar men woont en waar de kinderen op school zitten. Dat is niet met politiebewaking op te lossen. Dat hakt erin, ook als de politie de zaak serieus neemt.
Ik wil niet in zo’n land wonen. De rechtstaat is er om iedereen te beschermen tegen geweld, tegen discriminatie, tegen oproepen tot geweld en ophitsing en tegen grove belediging. Want voor je het weet worden aan woorden daden verbonden. Daarom is het goed dat het CIDI naar de rechter stapt en niet terug gaat schelden. En wanneer het tot geweld komt men zich tot de politie went en niet zelf wraak gaat nemen. Dat werkt natuurlijk alleen zolang dergelijke zaken ook serieus worden genomen en er een goede afweging plaatsvindt.
Joden en homo’s moeten zich in Nederland thuis blijven voelen, ook (of misschien juist) nu er steeds meer mensen van Arabische komaf in ons land wonen, die – helaas – vaak het antisemitisme en de homofobie uit de Arabische wereld mee nemen. Dat is ook de enige remedie tegen verdere polarisering. Alle minderheden en kwetsbare groepen moeten zich in Nederland thuis voelen en beschermd weten. Dat kan niet als we erop los mogen beledigen.
Ratna Pelle