President Mubarak is niet weg, maar het ziet er wel naar uit dat het volksprotest tegen deze moderne farao op korte termijn zal leiden tot een democratischer Egypte. Om die ontwikkeling te stimuleren, moet het Westen Egypte dezelfde speciale relatie aanbieden, als nu al met Israël bestaat. Democratie - echte democratie en niet een slap aftreksel - garandeert immers welvaart en transparantie en zorgt voor grotere stabiliteit dan welk ander regeringssysteem ook. De gebeurtenissen in Egypte tonen aan dat hoe krachtig dictaturen ook lijken, ze niets meer zijn dan een kaartenhuis dat ieder moment kan instorten.
Deze ervaring ligt ten grondslag aan de speciale band die het Westen met Israël, als enige democratie in het Midden-Oosten, heeft. Het gaat daarbij niet alleen om gedeelde waarden en een gezamenlijke geschiedenis, maar vooral ook om de zekerheid dat een overeenkomst met de Israëlische regering een verbintenis is met het Israëlische volk. Dat kan geen enkele dictator bieden.
Buitenaf
De kans is klein dat er, zonder hulp van buitenaf, een volledige democratie zal verrijzen uit de as van Mubaraks regime. Het is in de eerste plaats onzeker of de komende presidentsverkiezingen echt eerlijk zullen verlopen, ook al doen Mubarak en zijn zoon niet meer mee.
Ook als dat wel zo zou zijn, biedt dat nog geen garantie voor een duurzaam democratisch Egypte. Er zijn namelijk te veel regimes die eerlijk gekozen zijn en die op deze manier hun dictatoriale bewind legitimeren. Ondanks het enthousiasme voor het volksprotest in Egypte moeten westerse regeringen dit niet uit het oog verliezen.
Hamas bijvoorbeeld, de Palestijnse afdeling van de Moslimbroederschap, geeft ons een verontrustend beeld van de werking van democratie in het Midden-Oosten. In 2006 won de organisatie de eerste en enige democratische verkiezingen in de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook. Die verkiezingszege wordt nu gebruikt om de onderdrukking van de bevolking in Gaza, onder meer door het verbieden van protesten en door willekeurige arrestaties, te rechtvaardigen. Hamas pleegde in 2007 een staatsgreep en nam het bestuur van Gaza over. Het feit dat de inwoners van Gaza nu geregeerd worden door de door hun gekozen partij maakt het gebied, met zijn shariarechtbanken en mysterieuze verdwijningen van politieke activisten, bepaald nog geen democratie.
Omwenteling
Wil Egypte een echte democratie worden, dan moeten degenen die deze omwenteling begonnen zijn, ervoor zorgen dat de Moslimbroederschap de wind uit de zeilen wordt genomen. De Moslimbroederschap is veruit de best georganiseerde politieke beweging in Egypte en de organisatie is al aan het meeliften op de politieke consequenties van het volksprotest. De leiders steunen de seculiere Mohamed ElBaradei, maar niet omdat zij het eens zijn met zijn politieke ideeën. Mensen zoals ElBaradei worden 'pakezels van de revolutie' (hamir al-thawra) genoemd: ze worden gebruikt en dan aan de kant gezet.
Als de Moslimbroederschap inderdaad aan de macht komt, zijn de consequenties voor de regio groot. In de laatste twee weken alleen al heeft de organisatie minstens drie keer laten weten dat het vredesverdrag met Israël ingetrokken moet worden. Een van de leiders, Mohammed Ghanem, ging verder en zei maandag 31 januari tegen het Iraanse tv-station Al Alam dat Egypte moet stoppen met het verstrekken van aardgas aan Israël en dat 'het Egyptische leger zich moet voorbereiden op een oorlog' met Israël.
Credo
Het credo van de Moslimbroederschap is niet veranderd sinds zijn oprichting in 1928: 'Allah is ons doel, de Koran is onze wet, de Profeet is onze leider, Jihad is ons middel en sterven voor Allah is ons grootste verlangen.' Democratie voor Egypte is wel het laatste dat de Broederschap wil.
De Egyptenaren, gesterkt door de kracht van internet en andere media, kijken vol verwachting naar het Westen. Dat biedt ons een kans hun alle steun te verlenen voor de totstandkoming van de eerste Arabische democratie. We kunnen hun helpen een getrapte machtsovername van de Broederschap, via verkiezingen of anderszins, te voorkomen en uitzicht bieden op meer samenwerking en investeringen. De economische en politieke band die het Westen met de enige andere democratie in het Midden-Oosten, Israël, heeft, kan daarbij als voorbeeld dienen.
Na zo veel jaren onderdrukking, mede mogelijk gemaakt met miljarden Amerikaanse dollars, is dat wel het minste wat we voor het Egyptische volk kunnen doen.
In 1985 was ik als tiener in Kenia een fanatiek aanhanger van de Moslimbroederschap. 17 jaar later, in 2002, deed ik in Nederland voor de VVD mee aan de verkiezingen. De combinatie van deze ervaringen heeft mij bepaalde inzichten opgeleverd die volgens mij relevant zijn voor de huidige crisis in Egypte.
- Ik denk dat het hoogstwaarschijnlijk is, maar niet onvermijdelijk, dat de Moslimbroederschap de verkiezingen in Egypte in september gaat winnen. Als kandidaat in een verkiezingscampagne heb ik een paar elementaire dingen geleerd:
- De partij moet een programma hebben waar alle leden achter staan en een visie op hoe het land geregeerd moet worden tot aan de volgende verkiezingen. Met onenigheid binnen de partij verlies je de verkiezingen zeker.
- Kandidaten moeten zich niet alleen uitspreken over wat zij voor het land willen doen, maar ook uitleggen waarom het programma van andere partijen rampzalig is voor het land.
- De partij moet in zoveel mogelijk gemeenschappen geworteld zijn, ongeacht maatschappelijke klasse, religie en zelfs politieke opvatting. Kandidaten moeten bij potentiële kiezers voortdurend hameren op de successen van hun eigen partij en de mislukkingen van de tegenstanders.
De seculiere democratische groeperingen en mensenrechtenbeweging in Egypte en in de rest van de Arabische wereld lijken deze harde politieke feiten niet te beseffen.
De Moslimbroederschap snapt daarentegen in elk geval de eerste drie heel goed. Ze hebben weliswaar nooit geregeerd, maar ze hebben wel een politiek programma en een visie die niet alleen tot de volgende verkiezingen reikt, maar in hun ogen zelfs tot in het hiernamaals.
En ze wijzen de Egyptenaren er voortdurend op dat het beleid van de andere partijen goddeloos is en daarom rampzalig voor Egypte. Het belangrijkste is echter dat ze erin zijn geslaagd zichzelf dermate in te bedden in de Egyptische samenleving dat dat wel eens de doorslag zou kunnen geven.
AanhangerToen ik 15 was en mezelf beschouwde als aanhanger van de Moslimbroederschap, waren er in Nairobi diverse niet-religieuze politieke groeperingen van Pakistanen, Jemenieten en Somaliërs die net als ons gezin als vluchtelingen in Kenia verbleven. Deze losjes georganiseerde groepen koesterden vage plannen voor de wederopbouw van hun landen tot vreedzame en welvarende naties. Het bleef bij dromen.
De Moslimbroederschap deed meer dan dromen. Met financiële steun uit Saoedi-Arabië en andere olierijke landen vestigden ze cellen in mijn school en andere instellingen in onze buurt. Ze organiseerden buitenschoolse activiteiten voor scholieren en bijeenkomsten met gebed en zang en gemeenschappelijke Koranlezingen.
We werden aangemoedigd om vrijwilligerswerk te doen, de behoeftigen te helpen, het woord van Allah te verspreiden. Er waren cursussen en activiteiten voor alle leeftijdsgroepen. Ze richtten liefdadigheidsorganisaties op waaraan we zakat (aalmoes) konden geven waarmee centra voor gezondheidszorg en onderwijs werden bekostigd.
BanksysteemDe Broederschap zorgde ook voor het enige functionerende banksysteem, gebaseerd op vertrouwen. Ze redden tieners van een leven van drugsverslaving en maakten ze enthousiast over een nuttige, rechtvaardige toekomst.
We moesten allemaal nieuwe mensen werven voor de Moslimbroederschap, in een campagne die nooit ophield. De moskeeën en centra voor moslims waren de belangrijkste plekken van samenkomst, maar wij werden ook thuis bezocht. Het belangrijkste was dat hun boodschap etnische identiteit, maatschappelijke klasse en onderwijsniveau oversteeg.
Het was ook een gewelddadige beweging, maar wij in het Westen hebben de neiging om te onderschatten hoe goed de Broederschap zich kan aanpassen en lering kan trekken uit ervaringen. Een voorbeeld hiervan is de voortdurende discussie binnen het netwerk over het gebruik van geweld. Daarin zijn twee stromingen te onderscheiden, die beide de profeet Mohamed als voorbeeld aanhalen.
JihadDegenen die onmiddellijk jihad willen, grijpen terug op de tijd toen de profeet kleine legers had die veel grotere tegenstanders versloegen, zoals in de veldslagen van Badr en Uhud. De geweldloze tak van de Broederschap benadrukt juist het doorzettingsvermogen en geduld van de profeet.
Zij richten zich vooral op da'wa (overreding door preken en het voorbeeld geven) en op een geleidelijk proces over meerdere generaties om de macht te veroveren en te behouden. Zij pleiten met name voor taqiyyah, een strategie waarbij je samenwerkt met je vijanden totdat de tijd rijp is om ze te verslaan of ze tot de islam te bekeren.
Waarom zijn de seculiere democratische krachten in Egypte zoveel zwakker dan de Moslimbroederschap? Daarvoor zijn een aantal factoren aan te wijzen.
SamenraapselIn de eerste plaats vormen ze een samenraapsel van zeer uiteenlopende elementen: stamhoofden, vrije-marktaanhangers, socialisten, gestaalde marxisten en mensenrechtenactivisten.
Ze hebben dus geen gemeenschappelijke ideologische binding zoals de Broederschap die heeft. Daarbij is er een diepgewortelde angst dat iedere oppositie tegen de Moslimbroederschap, die zodra ze aan de macht zijn de sharia willen invoeren, door de massa zal worden opgevat als een afwijzing van de islam zelf.
De seculiere groeperingen zouden met een boodschap moeten komen die 'ja' zegt tegen de islam maar 'nee' tegen de sharia, dus met een campagne die de nadruk legt op een scheiding van religie en politiek.
NoodlotAls Egypte en de andere Arabische landen willen ontkomen aan het noodlot van ofwel tirannie ofwel sharia, zullen ze een derde weg moeten zoeken die de religie gescheiden houdt van de politiek en toch zorgt voor een democratisch gekozen regering, een rechtsstaat en omstandigheden die handel, investeringen en werkgelegenheid bevorderen.
De seculiere groepen die zich nu verenigd hebben achter Mohamed ElBaradei zijn ontegenzeglijk moedig. Zij hebben de wereld verrast met hun succesvolle protest tegen een tiran. Mubarak kan zich wel doof houden, maar de boodschap is luid en duidelijk: hij moet vertrekken.
De volgende uitdaging voor de seculiere democraten is de Broederschap. Ze moeten het Egyptische electoraat er zo snel mogelijk van overtuigen dat een regering op basis van de sharia slecht voor hen is.
VoorbeeldIn tegenstelling tot de Iraniërs in 1979 kunnen de Egyptenaren kijken naar het voorbeeld van een volk dat voor de sharia koos − diezelfde Iraniërs van 1979 − en daar nu nog spijt van heeft.
De Groene Beweging in Iran keerde zich in 2009 niet tegen een sterke man, maar tegen de sharia. ElBaradei en zijn aanhangers kunnen er niet genoeg op hameren dat een op de sharia gebaseerd regime de eigen bevolking onderdrukt en zich agressief opstelt tegenover het buitenland. En nu de bevolking haar onvrede uit over de werkloosheid, de stijgende voedselprijzen en de corruptie, moeten de seculiere groeperingen van Egypte laten zien dat onder een op de sharia gestoelde overheid deze wantoestanden alleen maar zullen verergeren. De Moslimbroederschap zal roepen dat een stem op hen een stem voor de wet van Allah is. De machtsposities in de regering zullen echter niet worden bekleed door God en zijn engelen, maar door mannen die zo arrogant zijn dat zij op de stoel van Allah gaan zitten.
En zoals de Iraniërs in 2009 op pijnlijke wijze hebben ervaren, is het moeilijker om dergelijke mannen weg te krijgen dan op ze te stemmen.De regering van Obama kan de seculiere groepen helpen met het verkrijgen van de middelen en vaardigheden die nodig zijn om zich te organiseren, campagne te voeren en concurrerende economische en burgerlijke instellingen op te richten, zodat zij de Moslimbroederschap via de stembus kunnen verslaan. Ik heb door de jaren heen geleerd dat in de democratische politiek maar weinig dingen onvermijdelijk zijn, maar zonder effectieve organisatie zouden de seculiere, democratische krachten de ene tirannie weleens kunnen verruilen voor een andere.