http://www.israel-palestina.info/actueel/2015/02/01/karen-armstrong-en-arabisch-antisemitisme/
= IMO Blog =
Karin Armstrong beweerde in Buitenhof dat antisemitisme in de islam onbekend was en door christelijke missionarissen werd geïntroduceerd in de Arabische wereld, waar het pas zou aanslaan toen de Palestijnse kwestie opkwam.
In de 19e eeuw, lang voordat het politieke zionisme en Palestina een rol van betekenis speelden in het Midden-Oosten, verslechterde de situatie van de Joden in de Arabische landen en vonden met enige regelmaat pogroms plaats zoals Europa die al langer kende. Jewish Virtual Library schrijft:
The situation of Jews in Arab lands reached a low point in the 19th century. Jews in most of North Africa (including Algeria, Tunisia, Egypt, Libya and Morocco) were forced to live in ghettos. In Morocco, which contained the largest Jewish community in the Islamic Diaspora, Jews were made to walk barefoot or wear shoes of straw when outside the ghetto. Even Muslim children participated in the degradation of Jews, by throwing stones at them or harassing them in other ways. The frequency of anti-Jewish violence increased, and many Jews were executed on charges of apostasy. Ritual murder accusations against the Jews became commonplace in the Ottoman Empire.(10)
Zogenaamde blood libels (‘bloed laster’, beschuldigingen van rituele moorden) kwamen geregeld voor en leidden tot veel geweld tegen de Joden in de betreffende gemeenschap. Een bekend voorbeeld is de bloodlibel in Damascus van 1840, waarin 8 Joden ervan werden beschuldigd een monnik te hebben vermoord en sommigen tot de dood werden gemarteld. Hoewel de beschuldigingen van christenen afkomstig waren, vonden ze weerklank in de moslimgemeenschap: de synagoge van de voorstad Jobar werd door woedende moslims vernield en de Thorarollen verbrand. Dit was echter maar een van de vele libels die tot geweld tegen Joden in Arabische steden leidden:
Blood libel is the accusation that Jews capture gentile children and kill them for ritual purposes. This fable originated in pagan Egypt, with the anti-Jewish polemicist Apion, and was eagerly propagated by some of the sainted fathers of the Christian Church. It did not become a feature of Muslim society until the 19th century. Beginning with the Damascus blood libel of 1840, there was a series of blood libel persecutions in Arab and Muslim lands, some being initiated and carried out by Christians, others involving both Christians and Muslims, and some involving only Muslims. Massacres of Jews by Muslims were recorded in Aleppo (1850, 1875), Damascus (1840, 1848, 1890), Beirut (1862, 1874), Dayr al-Qamar (1847), Jerusalem (1847), Cairo (1844, 1890, 1901-02), Mansura (1877), Alexandria (1870, 1882, 1901-07), Port Said (1903, 1908), Damanhur (1871, 1873, 1877, 1891), Istanbul (1870, 1874), Buyukdere (1864), Kuzguncuk (1866), Eyub (1868), Edirne (1872), Izmir (1872, 1874) among others. The Shiraz Pogrom and Blood Libel was of especial interest because it did not involve any Christian influence apparently.
In Fez (Marokko) vond in 1912 een bijzonder wrede pogrom plaats, waarbij driekwart van de Joodse wijk is afgebrand, 1000 mensen dakloos raakten en zo’n 60 Joden werden vermoord.
Hoewel de blood libel beschuldiging vaak van christenen kwam, viel zij in de Arabische wereld, lang voordat de Palestijnse zaak speelde, duidelijk in vruchtbare aarde. Karin Armstrongs bewering dat moslims pas door de Palestijnse kwestie vatbaar werden voor antisemitische noties, is dan ook klinkklare onzin.
Vaak wordt op de anti-Joodse passages in de Koran gewezen. De Koran bevat sterk anti-Joodse (en ook tegen andere geloven en tegen ongelovigen gerichte) passages, maar ook milde uitspraken die Joden en christenen ‘people of the book’ noemden en hen relatief veel ruimte boden. Aangezien de negatieve teksten later werden geschreven, zouden die de meeste autoriteit hebben. Toch meende wijlen Ami Isseroff in “Arab and Muslim Anti-Semitism” dat deze passages geen weerklank vonden in de dagelijkse praktijk en de omgang met Joden in de Arabische wereld, en bij tijden namen Joden goede posities in, ook al bleven ze als niet-moslims wel tweederangsburgers. De Koran alleen kan niet het sterke moderne Arabische antisemitisme verklaren, net zo min als alleen de invloed van het christendom, Israel of westers antisemitisme dat kan. Isseroff onderscheidt een aantal wortels ervan, maar benadrukt dat dit geen oorzaken zijn die verklaren waarom het in de 20e eeuw zulke extreme vormen aannam:
Roots of Modern Muslim and Arab anti-Semitism
The roots of Arab and Muslim anti-Semitism, that is, the cultural and ideological sources are eclectic:
· Quranic injunctions against Jews
· anti-Semitic Hadiths such as the frequently quoted Hadith about the Jews hiding behind trees at the end of days, which appears in the Hamas charter.
· Dhimmi law and tradition, which denigrated the status of Jews
· Customs such as ada – stoning of Jews
· Christian anti-Semitism, which contributed blood libels, spurious Talmudic lore and the refrain “the Jews killed Christ”
· Nineteenth and early twentieth century European anti-Semitic themes, evident already in the ranting of Musa Khazem El-Husseini – “The Jews were responsible for the defeat of Germany, the Jews were responsible for the Bolshevik revolution” and evident today for example, in the popularity of the Protocols of the Elders of Zion, available with copious commentary throughout the Arab world and a best-seller.
· German Nazi anti-Semitism, introduced and perhaps developed in part by Hajj Amin El Husseini, Fawzi El Kaukji, the Baathists and other admirers of Fascism and Nazi ideology. Today it is evident in the numerous copies of Hitler’s Mein Kampf, a best seller in the Arab world and reproduced at Arab and non-Arab “anti-Zionist” Web sites as well.
· Russian and Soviet anti-Semitism, active particularly in the 60s, which mirrored older anti-Semitic themes and served as a “vector” for popularizing these themes into the Muslim world: the Jews as a world power, Jews as financiers and rich people.
All of these sources serve as a repository of ideas, folklore and cultural referents for development and dissemination of Jew-hate and “anti-Zionism.” . However, these different and opposing ideologies and religious ideas obviously cannot be the causes of anti-Semitism. If the causes had been religious, then Arab socialists would not be anti-Semitic. Were the causes in socialist ideology, then religious Muslims would not be anti-Semitic.
De oorzaak ziet hij vooral in de overgang van een traditionele naar een moderne maatschappij. Dit gaat gepaard met verlies van oude tradities en zekerheden, machtsposities, identiteiten etc., en schrijnende armoede terwijl via de moderne media en transportmiddelen voor iedereen zichtbaar is hoe de rijke bovenlaag leeft die de vruchten van de moderniteit en technologische vernieuwing plukt. Op zo’n moment is de behoefte aan een zondebok groot, en Joden zijn bij uitstek de buitenstaanders die voor van alles verantwoordelijk kunnen worden gehouden. Isseroff trekt een parallel met het eind 19e/begin 20e eeuwse Europa, met dit verschil dat de tegenstellingen nu nog groter zijn. Het voert te ver daar nu dieper op in te gaan, maar het is goed om, wanneer we het over oorzaken van antisemitisme hebben, even los te komen van het dagelijkse nieuws en de incidenten.
Dat er meer antisemitische incidenten zijn wanneer het geweld tussen Israel en de Palestijnen oplaait, wil natuurlijk niet zeggen dat daar de oorzaak ligt. Juist het feit dat specifiek bij Joden die link zo sterk wordt gelegd (en dit door velen ook als logisch, begrijpelijk of zelfs vanzelfsprekend wordt gezien) wijst op een diepere oorzaak. Bij veel grovere mensenrechtenschendingen door andere landen (Turkije, Marokko, Rusland, China etc.) werkt dit nauwelijks door naar de hier levende bevolkingsgroepen uit die landen. Waarom is die link bij Joden en Israel dan zo sterk? Waarom identificeren hier levende moslims zich zoveel sterker met ‘Palestina’ dan met Tsjetsjenië, Irak, Pakistan? Waarom roept geweld van Joden tegen moslims zoveel meer woede op dan geweld van niet-Joden en vooral ook van andere moslims?
Armstrong heeft gelijk dat er hier relatief weinig aandacht is voor het geweld van Boko Haram of de Pakistaanse meisjes die door de Taliban werden gegijzeld. Maar daar is in de moslimwereld evenmin veel aandacht voor. Wij nemen hun grieven niet weg door uitgebreide nieuwsuitzendingen te verzorgen over Nigeria, Mali of Soedan. Door de zaak zo voor te stellen wordt het werkelijke probleem gebagatelliseerd en zelfs ontkend. Een oplossing van het Israelisch-Palestijns conflict zal uiteraard de problemen van de rest van de regio niet oplossen. En zolang Israel als welvarend en succesvol land zal blijven bestaan terwijl de Arabische wereld op zowat alle gebieden sterk achterblijft, zal het gevoel van vernedering en minderwaardigheid onder moslims niet verdwijnen.
Ratna Pelle