zaterdag 16 januari 2016

Palestijnen zijn voor de media zelden terroristen (IMO)

 

 

 

http://www.israel-palestina.info/actueel/2016/01/16/palestijnen-zijn-voor-de-media-zelden-terroristen/  

= IMO Blog = 

Het is een bekend cliché: “de een z’n terrorist is de ander z’n vrijheidsstrijder”. Oftewel: het is maar net aan wiens kant je staat hoe je iemand noemt die een aanslag pleegt, mes trekt, zichzelf opblaast of een bom laat afgaan op een druk marktplein of in de moskee. Ja en nee. Het is duidelijk dat wanneer je aan de kant staat van de geweldplegers, je ze geen terroristen noemt. Maar kies je daarmee ook automatisch partij als je ze wel terroristen noemt? Als dat zo is, kiezen de media voortdurend partij. Afgelopen zaterdag stond er nog een artikeltje van het ANP in o.a. het Parool waarin werd gesproken van terroristen die gasten in een hotel in Egypte aanvielen. Beveiligers en de politie kwamen snel in actie waarbij een terrorist werd gedood en de ander gewond raakte, aldus het ANP bericht. Ook de man die in Parijs vorige week een politiebureau bestormde met een slagersmes was volgens sommige media een terrorist. Doorgaans noemen we geweld tegen willekeurige burgers vanuit een politiek of religieus motief terrorisme, soms geldt dat ook voor geweld tegen gezagsdragers. Dat dat een negatieve lading heeft klopt, geweld tegen burgers zien we doorgaans als ongerechtvaardigd. Hotelgasten, moskeegangers of mensen in een winkelcentrum zijn geen legitiem doelwit, ook al leven ze in een rotland met een vreselijk regime en ook al steunen ze dat regime misschien wel.

Naast het ANP artikeltje in het Parool stond een stukje van het AP over het doodschieten van een terrorist die een week eerder een aanslag pleegde in Tel Aviv. Hij werd echter geen terrorist genoemd maar achtereenvolgens een ‘schutter’, een ‘man’ en een ‘Arabische man’. Het ANP heb ik nog nooit kunnen betrappen op het gebruik van het woord’ terrorist’ wanneer Palestijnen in Israel burgers aanvallen uit nationalistische of religieuze motieven. Media noemen deze aanvallers ‘aanvallers’, ‘messentrekkers’, ‘schutters’, en heel vaak ook gewoon ‘een man’. Dan krijg je zinnen als ‘een man in Tel Aviv stak in op verschillende mensen waarvan er twee zwaargewond raakten.’ Of: ‘een man werd doodgeschoten nadat hij twee mensen aanviel met een mes’. Volkomen nietszeggend dus. ‘Een man die een man aanviel en vervolgens door een andere man werd doodgeschoten’, dat zegt niet veel behalve dat mannen wellicht gewelddadiger zijn dan vrouwen. ‘Een terrorist die instak op winkelend publiek en vervolgens door de politie werd doodgeschoten’ geeft al wat meer clous, en nog duidelijker is wanneer erbij staat dat het om Palestijnen/Arabieren ging die Israeli’s (doorgaans Joden, maar ze vergissen zich weleens) aanvallen, en vervolgens in Palestijnse media en door Fatah en de PA als helden worden vereerd. Het gaat om politiek gemotiveerde daden die worden gesteund door een groot deel van de Palestijnse maatschappij. Maar dat staat er nooit.

Bezettingsparadigma

Waarom zijn Palestijnen voor de media zelden terroristen? Omdat men beseft dat dat woord veel controverse oproept, vooral (maar zeker niet alleen) bij kijkers van Arabische komaf. En omdat het Palestijnen in de rol van daders plaatst, en dat past niet in het heersende paradigma over het conflict. Een IS strijder een terrorist noemen wil er nog wel in bij veel mensen, maar een Palestijn die voor zijn land vecht en wordt onderdrukt door het Israelische bezettingsleger? Dat is partij kiezen! Het heersende paradigma rond Israel-Palestina is steeds sterker dat geweld tegen burgers weliswaar fout is, maar de bezetting het hoofdprobleem is en dus oorzaak van veel ander geweld en ellende. En dat Israel veel meer burgers doodt, maar omdat dat een regeringsleger is heet dat geen terrorisme maar een ‘legeroperatie’.

De ‘kwaliteitsmedia’ komen hieraan tegemoet, of, beter gezegd, zij hangen dit paradigma ook aan en vinden het dus terecht om een Hamas terrorist geen terrorist te noemen ook al steekt hij op burgers in en een terrorist in Egypte of Frankrijk die precies hetzelfde doet wel. Het gaat de media blijkbaar niet zozeer om de daad, en ook niet om de ideologie van de dader maar om de precieze situatie en wie tegen wie vecht. Een aanslag in Tel Aviv vindt men ook erger dan een in een plaats op de Westbank, want daar horen Israeli’s (lees: Joden) niet te zijn volgens de media, en ook niet in Jeruzalem over de Groene Lijn (vaak ‘bezet Palestijns Oost-Jeruzalem’ genoemd).

Ik kan mij op zichzelf voorstellen dat je de politieke situatie ook mee laat wegen, al blijft het vreemd dezelfde daad zo anders te framen. Dat moet dan echter wel consequent gebeuren, en de motieven van de daders eerlijk weergegeven. Hamas (en Fatah, en alle andere Palestijnse gewapende groeperingen) wil niet de Westbank ‘bevrijden’ maar heel Israel dat in hun ogen bezet is, en daarmee is een aanslag van hen op de Westbank even erg als een in Tel Aviv. Bovendien hebben ze zelf ieder compromis afgewezen. De voortdurende bezetting is, zoals hier al zo vaak beschreven, niet in hoofdzaak Israels schuld maar voor een groot deel het gevolg van de Arabische weigering een compromis en vrede te sluiten. De meeste kolonisten zijn bovendien bereid naar Israel te verhuizen indien hun regering dat verlangt in het kader van een vredesregeling. Tot slot is het conflict ouder en veelomvattender dan de bezetting, en werd er lang voor de bezetting al gevochten. De eerste georganiseerde Palestijnse aanvallen gericht op Joodse burgers in Palestina dateren van rond 1920, waarna nog een reeks van dergelijke pogroms zouden volgen. In en rond Israels onafhankelijkheidsoorlog gebruikten beide partijen veelvuldig geweld tegen burgers. Het geweld van Israels kant is algemeen bekend en wordt door velen als genocide, terreur of etnische zuivering bestempeld, terwijl over de Palestijnse en Arabische aanvallen doorgaans wordt gezwegen.

Het paradigma van de bekende ‘kwaliteitsmedia’ klopt dus niet, er worden daarin een hoop zaken verdraaid weergegeven en weggelaten. Dit vertekende beeld wordt versterkt via terminologie als wie een terrorist is, maar ook het eerst melden van de dood van Palestijnen en pas daarna vermelden dat zij op Israelische burgers instaken. Israeli’s ‘komen om’, Palestijnen worden doodgeschoten. Wanneer Palestijnen de dader zijn wordt dit vaak helemaal niet direct gemeld. ‘Bij een aanslag kwamen .. mensen om’, maar ‘het leger schoot .. Palestijnen dood’. Dit versterkt uiteraard het beeld van de Palestijnen als slachtoffer en Israel als agressor. Ook het vermelden van het totaal aantal doden sinds het begin van de nieuwe geweldsronde aan het einde van ieder artikel draagt daaraan bij. Israel heeft meer Palestijnen gedood dan omgekeerd, maar daarbij is bepalend dat de meeste Palestijnen werden gedood toen zij Israeli’s aanvielen of dit wilden doen.

De maten van Van Hoogstraten

Vorig weekend maakte Monique van Hoogstraten het weer eens bont wat betreft kromme vergelijkingen. Ze bestond het te beweren dat:

Weer is een Palestijnse verdachte van een terreuraanslag gedood. Joodse verdachten worden opgepakt en berecht. Huizen van Palestijnse terroristen worden met de grond gelijk gemaakt. Huizen van Joodse terroristen niet. Meten met twee maten? Ja, zeggen sommigen: Palestijnse levens zijn minder waard in Israël. Nee, zeggen anderen: de Joodse staat moet juist Joodse levens beschermen.

Dit is een perfecte weergave van het paradigma dat Israel de agressor is en discrimineert en Palestijnen de underdog zijn. Ze ‘vergeet’ voor het gemak even dat er zo’n 100 keer zoveel Palestijns terrorisme is als Joods terrorisme (wanneer die term wordt gebruikt mag Palestijns terrorisme opeens ook, het is dan immers niet meer stigmatiserend tegenover Palestijnen), en dat de Palestijnse verdachten zich doorgaans wat lastiger laten oppakken. De terrorist waar dit item over ging schoot in het wilde weg om zich heen; Joodse terreurverdachten doen dat doorgaans niet. Alleen op de Westbank worden huizen van Palestijnse terroristen vernield, een omstreden gebruik dat een tijdlang was verboden door het Hooggerechtshof maar sinds een paar jaar weer wordt uitgevoerd. Hoeveel is trouwens een Joods leven waard in ‘Palestina’? Een stuk minder dan een Palestijns of Arabisch in Israel, maar ja, daarop ingaan past niet in het paradigma. Ieder land in oorlog beschermt in de eerste plaats zijn eigen burgers en discrimineert in die zin, maar geen enkel ander land wordt daar op zo’n manier op afgerekend.

Door het woord ‘terrorist’ te mijden waar het geweld tegen Israelische burgers betreft (behalve wanneer men in hetzelfde item van Joods terrorisme kan spreken) laadt men de verdenking op zich juist partij te kiezen voor de Palestijnen. Zij zouden meer reden hebben om zich in Israel op te blazen of op burgers in te rijden c.q. te steken dan iemand in Egypte, Bagdad of Parijs.

Wanneer je googelt op terrorisme en Israel krijg je ruim vijf en een half miljoen resultaten, die echter voor een flink deel gaan over Joods terrorisme of andersoortig terrorisme door Israel en niet door de Palestijnen. Palestijns terrorisme geeft slechts 164.000 resultaten, Israelisch terrorisme 334.000 resultaten en Joods terrorisme 234.000. Dat klopt met mijn eigen indruk dat men vaker en makkelijker van Joods terrorisme spreekt dan van Palestijns, omdat dat te stigmatiserend zou zijn of daarmee de schijn zou worden gewekt partij te kiezen voor Israel (iets wat ten allen tijde en onder alle voorwaarden vermeden moet worden). Ter vergelijking: terrorisme Egypte geeft 864.000 resultaten en terrorisme Irak 13,5 miljoen. Wanneer Arabieren elkaar onderling afmaken en daar van beide kanten even brute methodes voor worden gebruikt vervalt de schroom om het beestje bij de naam te noemen. Er is daar ook geen paradigma hoog te houden waarin de ene partij vooral onderdrukker of dader is en de andere slachtoffer. Dat komt de onpartijdigheid sterk ten goede.

Ratna Pelle

 

donderdag 14 januari 2016

Israel start inhaalslag voor Arabieren (CIDI)

 

Een goed plan, dat hopelijk de achterstelling van Arabieren in Israel effectief zal tegengaan, en daarmee ook de radicalisering een halt zal toeroepen. Jammer dat het door zowel links als rechts wordt bekritiseerd. Beter is soms de vijand van goed.

 

RP

------------

 

Israel start inhaalslag voor Arabieren

IN ISRAEL / BY ELISE FRIEDMANN / ON 13/01/2016 AT 13:10 / TAGS: ONDERWIJS, PARLEMENT, REGERING, VOOROORDELEN

 

Israel gaat voor 15 miljard sjekel (rum 3,5 miljard euro) aan economische maatregelen nemen die een eind moeten maken aan de achterstandspositie van Arabische gemeenschappen. Arabische gemeentes ontvingen in het verleden minder budget dan Joodse. Zij kregen bijvoorbeeld maar 7% van het totale budget voor openbaar vervoer, terwijl zo’n 20% van de bevolking Arabisch is. 
De achterstanden moeten worden ingehaald door gemeenschapsgelden eerlijker te verdelen. De verantwoordelijke minister Gila Gamliel van Sociale Gelijkheid (Likoed) noemt het een stap “naar het dichten van de kloof en het bevorderen van gelijkheid in de Israelische maatschappij.”

De 3,5 miljard wordt gestoken in een vijfjarenplan dat de regering op 30 decemer goedkeurde, en wordt besteed aan verbetering van de sociale positie van en werkgelegenheid voor Israels Arabische minderheid. Het geld wordt vrijgemaakt door gemeenschapsgelden op een andere manier toe te wijzen. Er zijn 20 portefeuilles aangewezen waarop het geld eerlijker verdeeld gaat worden. Als er bijvoorbeeld geld wordt gestoken in infrastructuur, werkgelegenheid, sommige onderdelen van onderwijs en huisvesting, dan wordt er 20% (het aandeel van de Arabische bevolking) toegewezen aan de Arabische sector. 
Er worden ook maatregelen genomen om achterstelling uit het verleden in te lopen. Zo gaat minstens 25% van het budget voor de bouw van crèches naar Arabische gemeenschappen, 42,5% van het budget voor industriegebieden, en 40 procent van het budget van het ministerie voor Ontwikkeling van de Negev en groot-Galilea.

“Voor het eerst in de geschiedenis krijgen Arabische burgers een proportioneel deel van het budget’, aldus minister Gamliel. Eerdere premiers drongen al aan op de aanpak van discriminatie tussen Joodse en Arabische gemeentes; nu wordt daarmee een begin gemaakt. 
Israelische mensenrechtenorganisaties prezen het plan, maar vinden het nog niet genoeg om een eind te maken aan de geldzorgen van Arabische gemeentes. Amnon Beeri-Sulitzeanu, co-directeur van het Abraham Fonds voor gelijkheid tussen Joden en Arabieren, wil dat het wordt aangevuld met “onderwijs dat coëxistentie bevordert en beleid dat racisme tegengaat en de vertegenwoordiging van Arabische burgers in alle lagen van het publieke leven bevordert”.

De politiek reageerde verdeeld als altijd. De Verenigde Arabische Lijst zei voorzichtig dat het plan “een eerste stap kan zijn” naar het rechtzetten van sociale ongelijkheid, terwijl minister van Buitenlandse Zaken Avigdor Lieberman, partijleider van Israel Ons Huis klaagde dat “de regering het nodig vindt om de Verenigde Arabische Lijst te versterken op een moment dat IS dreigt Israel te vernietigen.” 
President Rivlin, een groot voorvechter van Joods-Arabische coëxistentie en gelijkheid, zei dat het plan “de Israelische economie zal versterken en zal bijdragen aan het opbouwen van vertrouwen tussen alle burgers van de staat Israel.”

Bron: Britain Israel Communications and Research Centre 
Foto: Rahat, de grootste Bedouinenstad in de Negev. David Shankbone via Wikicommons CC BY 3.0

 

woensdag 13 januari 2016

Monique van Hoogstraten klaagt over doodschieten Israelische terrorist

 

Monique van Hoogstraten, NOS correspondente sinds 2011, bestond het afgelopen weekend om te klagen dat een Palestijnse (eigenlijk Israelisch-Arabische) terrorist die op nieuwjaarsdag in Tel Aviv twee Joden en een Bedoeïen doodschoot en zeker zeven mensen verwondde, door politie en Shin Bet was doodgeschoten in een vuurgevecht:

 

“Weer is een Palestijnse verdachte van een terreuraanslag gedood. Joodse verdachten worden opgepakt en berecht. Huizen van Palestijnse terroristen worden met de grond gelijk gemaakt. Huizen van Joodse terroristen niet. Meten met twee maten? Ja, zeggen sommigen: Palestijnse levens zijn minder waard in Israël. Nee, zeggen anderen: de Joodse staat moet juist Joodse levens beschermen.”

 

Inderdaad schijnen Joodse terroristen en extremisten meestal levend te worden aangehouden, maar daar zijn ook minder valse redenen voor te bedenken, bijvoorbeeld dat deze meestal zelf niet op politie of leger gaan schieten. Dergelijke nuances zijn aan Monique niet besteed. De omstreden maatregel om de huizen van Palestijnse terroristen te slopen is een andere zaak; bij mijn weten wordt dit ook alleen gedaan in de bezette gebieden, en zal het huis in Arara waar deze terrorist woonde blijven staan. Dit lijkt hier dan ook een beetje off-topic van Monique...

 

Wouter

 

__________________

 

Israelische politie doodt aanslagpleger Tel Aviv

IN ISRAEL / BY MIKE DURAND / ON 08/01/2016 AT 17:08 / TAGS: TERRORISME

http://www.cidi.nl/israelische-politie-doodt-aanslagpleger-tel-aviv/

 

De aanslagpleger die op 1 januari een kogelregen afvuurde en meerdere mensen doodschoot in een café in het centrum van Tel Aviv is vandaag doodgeschoten. De 29-jarige dader Nashat Milhem werd na een klopjacht van bijna een week door de Israelische politie en veiligheidsdiensten werd hij gevonden bij een moskee in het noorden van Israel. Zijn vader zag in de media beelden van zijn zoon en gaf op 1 januari zijn identiteit door aan de Israelische autoriteiten.

Veiligheidstroepen zijn vanochtend in grote getale uitgerukt op zoek naar Milhem. Op veel plekken werden wegversperringen opgeworpen, van de zuidelijke voorstad Rishon Letzion in het zuiden tot Netanya dat ten noorden van Tel Aviv ligt, de politie had aanwijzingen dat Milhem een nieuwe aanslag wilde plegen.

De Israelische nieuwszender Channel Two bracht het nieuws dat Nashat Milhem vandaag werd gevonden bij een Moskee in zijn geboortestad Ar’ara in het noorden van Israel. Ooggetuigen gaven aan dat zij geweervuur hoorden bij de moskee waarbij de aanslagpleger werd gedood. Politie en de veiligheidsdienst Shin Bet verklaarden dat zij aanwijzingen hebben dat Milhem is bijgestaan door een handlanger.

 

zondag 10 januari 2016

NRC analyse: zelfs links Israel is pro-Israel (IMO)

 

 

http://www.israel-palestina.info/actueel/2016/01/10/nrc-analyse-zelfs-links-israel-is-pro-israel/  

= IMO Blog =

Vervolg op “Im Tirtzu’s aanval op Breaking the Silence

‘Links is uit de mode in Israël’, vervolgt NRC zijn aanklacht. Links zou ook van alle kanten onder druk staan. Gideon Levy wordt bespuugd als hij naar de Carmel markt in Tel Aviv gaat, dus dat doet hij niet meer. Niet goed natuurlijk, maar de woede is wel te begrijpen. Levy laat niet na Israel zo zwart mogelijk neer te zetten in een wekelijkse Engelstalige Haaretz column, en wordt daarom vaak om zijn mening gevraagd door buitenlandse journalisten en documentaire makers. Hij heeft daarmee veel bijgedragen aan het negatieve beeld van Israel in het buitenland, met alle gevolgen van dien. Dat hij niet geliefd is begrijp ik dus wel.

Filmmaker Rina Rosh wordt aangehaald, die geregeld filmt vanuit ‘Palestijns Oost Jeruzalem’, en van boze landgenoten de vraag krijgt waarom ze zoveel onder de Palestijnen verkeert. Goede vraag, want voor veel Joden is het er niet veilig, is het vijandelijk gebied. Dat een Joodse ervoor kiest met mensen te praten die in West Jeruzalem willekeurige Israeli’s belagen met messen of overrijden, is niet zo’n gekke vraag. Maar de NRC vindt dat men vooral bezig moet zijn met wat deze mensen bezielt, en ook waarom Israelische ‘kolonisten’ in deze Palestijnse wijken gaan wonen. Dat ze dit deel van de stad beschouwen als een plaats waar ook Joden moeten kunnen wonen en waar zij ook wortels hebben, zal de NRC (en ook Rosh) wel geen bevredigend antwoord vinden. In de vragen liggen de antwoorden, of althans de richting, al besloten. Het doet sterk denken aan de schandalig eenzijdige reportage van Monique van Hoogstraten een maand geleden, waarin een stenengooiende jongen uit Oost Jeruzalem als zielig slachtoffer werd neergezet van het wrede agressieve Israel. Geen hoor en wederhoor, geen verschillende visies, geen vragen ook, want het antwoord was duidelijk: Israels bezettingspolitiek drijft de vredelievende Palestijnen tot dit soort daden. Kritiek op dergelijke ‘journalistiek’ wordt door de NRC neergezet als eng nationalistisch.

Im Tirtzu wordt verweten dat het dicht bij regeringskringen staat, en gesuggereerd dat het samenwerkt met het Joodse Huis van Naftali Bennett. Een mensenrechtenactivist wordt geciteerd (zij worden voortdurend geciteerd, want alleen hun stemmen zijn blijkbaar relevant voor de NRC): “het is een georkestreerde campagne tegen alle onwelgevallige meningen. Ze willen ons uitschakelen.”

Feit is dat veel Israeli’s de voortdurende zeer eenzijdige kritiek op Israel, en vooral ook de steun en aandacht die deze organisaties (en journalisten, en mensenrechtenactivisten) in het buitenland krijgen, meer dan zat zijn. Hun land wordt bedreigd, zowel militair als ideologisch, het staat voortdurend in de spotlights en ter discussie op het wereldtoneel, en deze organisaties spelen daar een bedenkelijke rol in. Wanneer je je bedreigd voelt ben je boos wanneer je landgenoten de vijand lijken te helpen. Het is bekend dat alles wat felle Israel critici zeggen op de sites van pro-Palestina organisaties belandt, en in de media, en wordt gebruikt om boycots en sancties te bepleiten en sowieso door de media en veel anderen voor de naakte waarheid wordt gehouden en niet de visie van een bepaalde speler in het conflict. De invloed van deze organisaties is gigantisch, en hoewel ik denk dat die niet alleen maar negatief is, maar ook laat zien dat Israel een levendige democratie is waarin mensen het openlijk en hartgrondig met elkaar oneens zijn, wordt dat door velen wel zo gevoeld. Misschien dat wanneer het Westen eens ophoudt om deze activisten en hun organisaties op een voetstuk te plaatsen en met miljoenen per jaar te steunen, er in Israel weer wat ontspannener op ze wordt gereageerd. Wanneer wij dezelfde waarde hechten aan wat Im Tirtzu en Palestinian Media Watch zeggen en wanneer zij in onze achtergrondprogramma’s mogen uitleggen wat volgens hen de oorzaak en oplossing van het conflict is, krijgen we niet alleen een evenwichtiger beeld van het conflict maar neemt ook de woede en frustratie van veel Israeli’s af. De NRC is dus zelf mede schuldig aan het klimaat wat ze zo hekelt.

NRC vliegt volledig uit de bocht wanneer men schrijft:

Links heeft in Israël niet geheel dezelfde betekenis als in Nederland. Sociaal-economisch zijn partijen als Meretz en het Zionistische Kamp links te noemen. Maar met betrekking tot het Israëlisch-Palestijnse conflict is er maar één smaak: pro-Israël, pro-leger. Een aanhanger van Meretz vertelt dat hij Europa antisemitisch vindt. Reden: de EU heeft bepaald dat op producten uit illegale nederzettingen niet langer ‘Made in Israel’ mag staan.

Dat is pertinente onzin. Meretz denkt compleet anders over het Israelisch-Palestijns conflict en de rol die Israel moet spelen. Meretz pleit voor een tweestatenoplossing, een einde aan de bezetting en hekelt dan ook de nederzettingen en in het algemeen de nationalistischere koers van de rechtse partijen. Men is uiteraard niet tegen het leger, Meretz is een zionistische partij die er niet voor pleit dat er een einde komt aan de Joodse zelfbeschikking en Israel moet opgaan in een groot Palestina. Blijkbaar is dat genoeg reden voor de NRC om hen met rechts over een kam te scheren.

Wat mensen zowel ter linker- als rechterzijde stoort aan de etikettering is dat zo’n regel er voor geen enkel ander land en gebied is. Dat is discriminatie. Ik vraag me af of dat de enige reden is dat die ‘aanhanger van Meretz’ Europa antisemitisch vindt. In tegenstelling tot de linkse activisten wordt deze gematigde Israeli niet geciteerd. En wat is een ‘aanhanger van Meretz’? Is dat iemand die actief is voor de partij of een willekeurige burger die zegt de laatste keer op Meretz te hebben gestemd? Welke vraag werd hem gesteld? Wat zei hij er nog meer bij? Wellicht (en waarschijnlijk) vertelde hij erbij dat hij zelf ook tegen de nederzettingen is? Op grond van een zo’n anonieme uit zijn verband gehaalde uitspraak een partij een bepaald standpunt of houding toedichten is, laten we zeggen, POWned niveau en de NRC onwaardig. Ook de Zionistische Unie hekelt geregeld het regeringsbeleid en pleit voor een andere houding tegenover de Palestijnen, gericht op verzoening en compromissen. Het zal de NRC niet ver genoeg gaan want ook zij zijn, zoals de naam aangeeft, zionistisch en dat lijkt voor de NRC een vies woord te zijn.

Dat NRC Handelsblad vanuit een anti-Israel houding over het conflict schrijft is geen nieuws. Dat deed men in 2007 en de daarop volgende jaren ook al. Een mens blijft soms tegen beter weten in hopen dat zoiets minder wordt, dat de drang goed journalistiek werk af te leveren het wint van de vooroordelen tegen Israel. Vooralsnog is dat duidelijk niet het geval.

Ratna Pelle

 

Im Tirtzu's aanval op Breaking the Silence (IMO)

 

 

http://www.israel-palestina.info/actueel/2016/01/10/im-tirtzus-aanval-op-breaking-the-silence/  

= IMO Blog = 

Aan het einde van het oude jaar ontstond er weer eens ophef in Israel over de NGO Breaking the Silence, die getuigenissen van oud-soldaten verzamelt over misstanden in het leger. De rechtse organisatie Im Tirtzu had een korte video gemaakt over o.a. Breaking the Silence, en noemt hen en andere mensenrechtenactivisten infiltranten (die worden aangestuurd door EU landen): ‘Ze zijn Israeli’s die hier met ons leven, maar ze zijn agenten van Europese staten. Terwijl wij de terreur bestrijden, bestrijden zij ons.’ De infiltranten zouden terroristen helpen als ze worden ondervraagd of aangeklaagd, en ze maken de soldaten zwart die onschuldige burgers tegen terroristen beschermen; ze beschuldigen Israel van oorlogsmisdaden terwijl het zich verdedigt tegen de terreur.

Dit is zonder meer een eenzijdig verhaal, en hoewel het inderdaad soms lijkt alsof deze organisaties de terroristen helpen, houden ze de Israelische autoriteiten ook scherp. Iedere misdadiger heeft recht op een advocaat die naar beste kunnen zijn belangen behartigt. Dat is een kernpunt in de rechtsstaat. In plaats van deze advocaat zwart te maken moeten we zorgen dat er een even goede tegenover staat. Het hoort bovendien bij een rechtsstaat dat er tal van kritische organisaties zijn die wetten en besluiten uitpluizen, demonstreren, kritische stukken schrijven en wat al niet meer. Het feit dat deze organisaties in Israel bestaan, en zij niet bang hoeven te zijn dat een groep gewapende mannen zomaar hun pand binnendringt, de boel overhoop haalt en de aanwezigen meeneemt, zoals in landen als Rusland en Turkije en een aantal Arabische landen gebruikelijk is bij organisaties die de staat bekritiseren, is een groot goed. Het is dat wat democratieën onderscheidt van dictaturen en politiestaten, het is wat Israel onderscheidt van de Arabische wereld, waar het altijd nauw luistert hoe ver je kunt gaan en je altijd op je hoede moet zijn.

Im Tirtzu roept op om een petitie te tekenen tegen de buitenlandse staatsfinanciering van NGO’s. Over het filmpje is ophef ontstaan, en Haaretz plaatste het ene na het andere artikel dat Im Tirtzu zwart maakt en van antidemocratische en fascistoïde praktijken beschuldigt. Breaking the Silence (BtS) heeft ook een tegenfilmpje gemaakt, dat om een of andere reden alleen in het Ivriet is verschenen terwijl men zich normaal juist op een Engelstalig publiek richt. Ook Nederlandse media lieten van zich horen en namen het op voor BtS. De NRC schreef:

Het filmpje is de apotheose van een strijd die al langer gaande is: het zwart maken van linkse mensenrechtenorganisaties. En dit gebeurt niet alleen door Im Tirtzu, een organisatie die bekend staat om haar aanvallen op linkse ngo’s; ook het Israëlische kabinet doet eraan mee.

Daarop volgen een paar voorbeelden van voorstellen vanuit de politiek tegen deze organisaties, waarna men vervolgt:

Een van de voornaamste doelwitten is Breaking the Silence. Populair was deze beweging van oud-militairen nooit; Israëliërs horen niet graag dat hun leger, de meest gerespecteerde organisatie van het land, zou bijdragen aan de onderdrukking van een ander volk. En dat is precies de boodschap die Breaking the Silence uitdraagt door middel van – veelal anonieme – getuigenissen van oud-militairen.

Daarna mag een woordvoerder van BtS uitleggen dat een door hen gepubliceerde getuigenis nog nooit onwaar is gebleken en hoe men probeert BtS monddood te maken. Een volkomen eenzijdig verhaal dus. Want hoewel organisaties als BtS nuttig zijn en bij een rechtsstaat horen, richten ze ook wel degelijk schade aan. Het voornaamste kritiekpunt op BtS is niet dat ze hun werk niet zouden mogen doen, maar dat ze zich meer op het buitenland lijken te richten met hun kritiek dan op het proberen zaken op te lossen binnen bijvoorbeeld het leger of de politiek. De anonieme getuigenissen worden naar Engelstalige media gestuurd en men geeft rondleidingen in bijvoorbeeld Hebron waar een gids in het Engels uitlegt aan toeristen wat het leger allemaal voor rottigheid uithaalt. Waarom moeten toeristen op de hoogte worden gesteld van wat er mis is in het leger? Ik heb van geen enkel ander land gehoord dat er rondleidingen worden gegeven, gericht op toeristen, waar allerhande misstanden uit de doeken worden gedaan. Mensen die misstanden aan de kaak willen stellen tippen media in de landstaal, gaan in de clinch met de overheid of gemeenten, houden petities of proberen bepaalde info via de WOB boven tafel te krijgen. Buitenlandse media tonen doorgaans weinig interesse, evenals toeristen.

Dat buitenlandse regeringen organisaties steunen die binnenlandse problemen onderzoeken of met de overheid in de clinch liggen gebeurt alleen bij dictaturen, waar zulke organisaties continu worden tegengewerkt en alle actieve leden de gevangenis al eens van binnen hebben gezien. Het is dan ook niet zo gek dat de miljoenen die BtS, Betselem en vele andere Israelkritische organisaties jaarlijks krijgen van met name EU landen, in Israel op weerstand stuiten. Daar wordt tegenin gebracht dat ook rechtse organisaties zoals Im Tirtzu of Palestinian Media Watch geld uit het buitenland krijgen. Daarbij gaat het echter om particulieren die deze organisaties steunen, niet om regeringen of door overheden gefinancierde ontwikkelings- en kerkelijke organisaties. Een groot verschil, al zou het eveneens vreemd zijn als organisaties het geheel moeten hebben van gulle gevers uit het buitenland.

Een gezonde organisatie drijft in de eerste plaats op steun uit eigen land, heeft een achterban en sympathisanten in eigen land. Dat is ook de reden dat zij serieus wordt genomen door media en de overheid. Wanneer de overheid van Saudi-Arabië grof geld geeft aan een organisatie die tot doel heeft de islam in Nederland verder te verspreiden, zou dat bij ons ook op weerstand stuiten. Er is meermaals te doen geweest om de lange arm van Turkije en Marokko, die met name ‘hun’ burgers in Nederland in de gaten of op het ‘rechte pad’ zouden willen houden. Of denk aan de geheime Sovjetsteun indertijd voor onze vredesbeweging, ook behoorlijk dubieus.

Dat Breaking the Silence extra weerstand oproept omdat zij het leger, de meeste gerespecteerde organisatie in Israel, continu zwart maakt, klopt wel. Zonder leger zou Israel geen dag kunnen voortbestaan, daar twijfelt bijna niemand aan. Dat het leger soms vuil werk doet is bij de meeste Israeli’s wel bekend, ze hebben er immers zelf in gezeten en kennen anders wel genoeg verhalen van vrienden of familie. Maar zoals dat gaat bij een land dat in een voortdurende low scale strijd is verwikkeld, is er niet veel behoefte die kritiek breed uit te meten en heeft men vooral respect en bewondering voor de jongens en meisjes die dagelijks met vaak gevaar voor eigen leven, de veiligheid van het land bewaken. Er zijn overigens diverse films over het leger, waarin oud soldaten soms opvallend openhartig vertellen over wat ze deden en zagen.

Het is de vraag wat al die anonieme verhalen die BtS verzamelt aan dit alles precies toevoegen. Het gaat soms over dingen die jaren geleden (soms meer dan 10 jaar) plaatsvonden en niet meer te onderzoeken zijn. In november 2015 plaatst een pro-Israel groep een filmpje op Facebook van zo’n tour in Hebron met Avner Gvariyhu van BtS. Daarin vertelt hij toeristen:

Every four years, there’s a big soccer match, and the patrol… the soldiers are angry that they are walking the streets of Hebron and not going to be watching the game. So they look for a house with a satellite. They enter the house in the middle of the night, take the entire family, cover the eyes of the head of the family, lock the family in a room, and sit and watch the game.

De werkelijkheid blijkt iets anders in elkaar te zitten, aldus My Truth op facebook:

This description, which Breaking the Silence guides tell on a weekly basis in Hebron, is based on one of Breaking the Silence’s numerous anonymous testimonies. This story is dated as coming from the “Ramallah and al-Bireh area” in 2002. In other words: This is all based on an anonymous 13-year old testimony, from a place that isn’t even remotely close to Hebron! Even more disturbingly, the description that Gvaryahu gives doesn’t even match the testimony that was given to the organisation. For example, the claim that the head of the house had his eyes covered and the family was locked up in a room doesn’t appear anywhere in the original testimony.

Volgens sommigen zijn veel getuigenissen zo algemeen gemaakt of zo oud dat ze gewoon niet meer te checken zijn, en dus ook niet te weerleggen. Dat ze anoniem worden gedaan, en zelden met open vizier wordt gestreden maakt ze er niet geloofwaardiger op. Natuurlijk, je maakt je kwetsbaar als je dat doet, maar bij zulke stevige aantijgingen is het van belang dat ze onafhankelijk (dus buiten BtS) kunnen worden nagetrokken.

Ratna Pelle

Lees hier het vervolg: “NRC analyse: zelfs links Israel is pro-Israel