vrijdag 18 september 2015

Israel-discussie op brievenpagina Trouw (WAAR mediablog)

 
 
In het protestants-christelijke Trouw wordt net als in  andere Nederlandse kranten regelmatig ruimte geboden aan lezers om hun opinie te geven over het Israëlisch-Palestijns conflict. Zo werd onlangs (18 aug.) ruimte gegund aan Albert Brandsma die - in een reactie op Willem-Gert Aldershoff - betoogde dat wij in het Westen voortdurend Israël onder druk willen zetten, terwijl er nauwelijks eisen worden gesteld aan de tegenpartij. Niet Israëls vijanden in de regio maar wij zijn eigenlijk de grootste vijanden van de Joodse staat, aldus Brandsma. Want Israël wordt gedemoniseerd, geboycot en geïsoleerd. Citaat: “De Palestijnen zien rustig toe hoe wij, de nazaten van de uitvoerders van de Holocaust en van degenen die te weinig deden om hun Joden te redden, Israël ondermijnen en murw beuken.”


Brandsma vervolgt verder met de vraag: “Zijn we daarmee antisemieten?” Om te antwoorden met: “Welnee! We gedenken jaarlijks Auschwitz, Ravensbrück en Bergen Belsen.” En hij noemt nog meer voorbeelden waaruit blijkt dat we dol zijn op dode Joden, maar “enig begrip en empathie voor de levende nakomelingen van de slachtoffers van de Holocaust kunnen we, zeventig jaren na de oorlog, niet meer opbrengen.”







Zelf scherm ik niet graag met de Sjoa als het gaat om het legitimeren van de historische rechten van Joden op Israël, wetend dat Joden een lange periode grotendeels weg waren uit dat gebied na de verwoesting van de Tweede Tempel door de Romeinen. Maar er hebben eigenlijk altijd Joden gewoond in dat gebied en er zijn ook steeds kleine groepjes Joden terug gekeerd naar het oude thuisland. Driemaal daags hebben Joden gebeden om terugkeer waarbij vertrouwd op de komst van de Masjiach (Messias) om hen voor te gaan. Toen die maar niet kwam en Joden na de gelijkberechtiging als uitvloeisel van de Franse Revolutie maar moeizaam burgerrechten kregen in Europa, en het antisemitisme gelijktijdig weer de kop opstak, namen de Europese Joden het heft in eigen hand en begon het politiek zionisme. De zionistische leiders hebben steeds via formele weg hun rechten bepleit, landaankopen gedaan en hebben zich aldus gevestigd in het oude thuisland dat door hen in ontwikkeling werd gebracht. Voor de heden ten dage steeds meer geldende gedachte dat Joden land hebben afgepakt van Palestijnen (“de oorspronkelijke bewoners”) bestaat eigenlijk geen grond. Er was nu eenmaal geen Palestijnse staat, het gebied was een Turks protectoraat en later Engelse mandaatgebied. Kom daar tegenwoordig maar eens om, Joden en in ieder geval Israëli’s worden weg gezet als dieven en zelfs moordenaars.


Het is moeilijk opboksen tegen dit soort ideeën die worden gevoed door het pro-Palestijnse kamp, ook door foute figuren uit Joodse kring.


Ik was dan ook benieuwd hoe zou worden gereageerd op het pro-Israëlische verhaal van Brandsma. De tweede antireactie was doortrapt van aard. Jan van der Kolk uit Voorburg (Trouw 20 aug.) stelde dat van Arabische en Palestijnse zijde bij voortduring vredesvoorstellen waren gelanceerd maar dat de wereld al jaren wacht op een vergelijkbaar gebaar van Israël. (Iemand met diezelfde naam is nauw betrokken bij de Kaïrosgroep, Palestijnse christenen die fel anti-Israël zijn en op de keeper beschouwd ook anti-Joods, want ze stellen o.a. dat Joden niet meer Gods volk zijn, omdat christenen die plaats hebben ingenomen en Joden/Israëli’s daden verrichten die een gruwel zijn in Gods ogen.)





Dat zette me aan tot het schrijven van een kort ingezonden stuk waarin werd betoogd dat tal van Israëlische leiders verregaande vredesvoorstellen hebben gedaan, zoals Barak, Sharon en zelfs Netanyahu. Olmert ging misschien nog wel het verst door een deling van Jeruzalem aan te bieden naast de gebieden die Israël in bezit kreeg na de zesdaagse oorlog met grenscorrecties.


Trouw heeft mijn stukje niet geplaatst, terwijl het verhaal van Van der Kolk bol stond van onwaarheden. In plaats daarvan koos men voor meer algemene reacties in de trant van: wordt het niet tijd om minder te focussen op het Israëlisch-Palestijnse conflict want er zijn toch ergere conflicten in de wereld? Waarna een reactie kwam die neerkwam op: men wil geen onevenredige aandacht voor Israël om critici de mond te snoeren. De laatste in die reeks betoogde dat de  druk op Palestijnen naast druk op Israël weinig zin heeft, omdat Hamas zijn eigen gang gaat en de Palestijnse Autoriteit weinig in te brengen heeft.


Redacties hebben het niet makkelijk met de stroom van pro-Palestijnse en pro-Israëlische bijdragen, maar één ding hoort steeds voorop te staan: als ingezonden stukken pertinente onjuistheden bevatten, zoals het stuk van Van der Kolk uit Voorburg dan moet ruimte worden gegeven aan tegenreacties. Dat dit niet gebeurt, wijst op een zeker onvermogen om de reacties naar inhoud te beoordelen. Journalistiek is geen makkelijk vak.




Mijn niet geplaatste brief:

Jan van der Kolk (Opinie 20 augustus jl.) verwijt Albert Brandsma die eerder een opiniestuk over Joden en Israël instuurde dat hij geen kranten leest. Vervolgens geeft Van der Kolk voorbeelden van Arabische vredesvoorstellen en stelt dat er geen vergelijkbaar gebaar van Israël is geweest. Wat krijgen we nou? Van der Kolk is kennelijk niet verder gekomen dan de krantenkoppen want anders had hij geweten dat van Israëlische zijde talloze malen, al vanaf 1948, verregaande voorstellen zijn gedaan om tot vrede te komen. O.a. Barak, Olmert, Sharon en zelfs Netanyahu hebben allerlei belangrijke vredesvoorstellen gedaan. Maar het loopt elke keer stuk op  de eis om Palestijnen uit het buitenland massaal toe te laten tot de staat Israël, wat het demografisch einde betekent van Israël als Joodse staat. De Arabische en Palestijnse initiatieven waar Van der Kolk hoog over opgeeft zijn om die reden door Israël niet opgepakt.


Harry Polak  Amsterdam
 
 

donderdag 17 september 2015

NRC ontmaskert Israelisch complot tegen Betselem (IMO)

 

 

http://www.israel-palestina.info/actueel/2015/09/17/nrc-ontmaskert-israelisch-complot-tegen-betselem/  

= IMO Blog = 

Bij NRC Handelsblad hebben ze nog tijd voor echte onderzoeksjournalistiek. Redacteuren speuren daar nog ouderwets naar misstanden en nemen politici en machthebbers onder de loep. Zo ontrafelt men de sinistere machtsstructuren en lobbies die via sluwe manipulaties het leven van de gewone burgers beheersen. Een geliefd doelwit van de NRC is de oppermachtige en zeer goed geoliede zionistische lobby. De macht en tentakels van deze lobby zijn een goed bewaard geheim, omdat de Wijzen een zeer gesloten bolwerk vormen waar buitenstaanders nauwelijks in kunnen doordringen. Je moet je dan ook tot onorthodoxe methodes wenden om haar werkwijzen en macht bloot te leggen.

Gelukkig staan de onderzoeksjournalisten van de NRC er niet alleen voor, maar kunnen ze rekenen op de steun van een leger aan moedige en gemotiveerde vrijwilligers, die deze lobby graag helpen ontmaskeren. Deze vrijwilligers hebben tal van organisaties opgericht met soms prachtige namen, zoals DocP, het Nederlands Palestina Komitee, United Civilians for Peace, The Rights Forum, Palestine Link, Een Ander Joods Geluid, Gate48, Kairos, Stop de Bezetting, en tal van lokale Palestina Platforms. In al die organisaties gaat heel wat geld om, deels van ontwikkelingsorganisaties zoals Oxfam-Novib of ICCO, soms direct van de overheid (voor bepaalde projecten) en vaak van tal van donateurs die immers graag de goede zaak steunen.

Met dat geld heeft men professionele organisaties opgericht, met kantoren waar betaalde krachten lokale initiatieven ondersteunen met geld, middelen en advies. Zo popten er een paar maanden geleden ineens in talloze plaatsen zogenaamde ‘inspectieteams’ op die supermarkten gingen ‘inspecteren’ op zoek naar door de zionistische lobby geïnfecteerde producten. Alles wat ook maar iets met Israel te maken heeft is ‘verdacht’. De supermarkten kregen een keurig opgestelde brief, het publiek werd geïnformeerd en de lokale media benaderd.

Maar interessanter is misschien wel wat er achter de schermen gebeurt. Hoe kan het dat bedrijven als Royal Haskoning, Vitens, Veolia en PGGM opeens hun aandelen of activiteiten in Israel afstoten, en die uit veel grovere mensenrechtenschenders zoals China, Rusland, Saudi-Arabie etc. wel behouden? Wat zit daarachter? En hoe kan het dat de voorgenomen stedenband van Amsterdam met Tel Aviv zoveel weerstand oproept, en de stedenbanden die Amsterdam al tijden heeft met Hanoi (waar de minderheidsgroepering de Cham worden onderdrukt en het in het algemeen met de mensenrechten niet best is gesteld), Peking (de hoofdstad van een land dat vierduizend doodstraffen per jaar voltrekt en Tibet bezet houdt), Sisli in Turkije (het land waar de meeste journalisten ter wereld gevangen zitten) en Casablanca in Marokko (dat de Westelijke Sahara bezet houdt), nauwelijks protest oproepen? Wat zit daarachter? En hoe kan het dat tal van organisaties en media die voor een heel ander doel zijn opgericht, zoals de AbvaKabo, vredesgroepen, Kerk in Actie, opiniesite Joop, zich zo voor het karretje van de pro-Palestina scene laten spannen? Hoe krijgt men dat voor elkaar? Hoe zit deze anti-Israellobby eigenlijk in elkaar, wat zijn haar doelen, en hoe gaat zij te werk?

Maar wacht even, daar hadden we het niet over. Het ging over het zeer moedige en zwaar onder vuur liggende onderzoekswerk van enkele journalisten bij de NRC. Met gevaar zelf op de zwarte lijst te komen staan van de meedogenloos te werk gaande Israel lobby, heeft men het volgende weten te onthullen:

Rechtse Israëliërs saboteren de internetstemming voor een mensenrechtenprijs van het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken. Dit blijkt uit Facebookposts, waarin onder anderen een politicus van de ultrarechtse partij Het Joodse Huis oproept om de linkse Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem buiten de topdrie te houden.

Zoals gezegd chapeau voor dit staaltje onderzoeksjournalistiek! Goed dat de NRC haar functie van waakhond zo goed vervult en de facebookactiviteiten van Israelische politici in de gaten houdt. Het gaat om deze post van Ronen Shoval, Knessetlid voor Yisrael Beiteinu. NRC noemt dit ook direct maar even een ‘ultrarechtse partij’ want dat klinkt zo lekker akelig, je ziet de bruinhemden als het ware al voor je.

Uiteraard riep Betselem zelf, en haar sympathisanten, op om juist wel op deze organisatie te stemmen. Je goed recht als je meedoet aan een stemming, maar ik ben wel een beetje verbaasd om naast voor mij onbekende eenlingen die in landen waar je voor het minste of geringste jaren in de bak kunt belanden, een dergelijke bekende en ook goed gesubsidieerde organisatie aan te treffen. Een organisatie die legaal is in het land waar zij opereert, ook al strijdt ze fel tegen het regeringsbeleid, en volgens velen ook tegen de staat zelf. Leden van Betselem hoeven niet te vrezen zomaar te worden opgepakt en te worden gemarteld in de gevangenis, ze kunnen openlijk hun doelen bepleiten en zij wordt door buitenlandse donors waaronder de EU royaal van middelen voorzien. Je kunt je dan ook afvragen of juist zij in aanmerking moet komen voor de mensenrechtentulp, een prijs waaraan 100.000 Euro is verbonden (!).

De actie van Shoval komt misschien onsympathiek over, maar is natuurlijk volkomen legaal. Het is geen actie van ‘de regering’, maar van een individu die zich stoort aan de overmatige aandacht voor en bewieroking van de strijd tegen de bezetting van de Westelijke Jordaanoever. NRC Handelsblad draagt haar steentje bij aan die kritiekloze houding:

B’Tselem, dat misstanden in bezet Palestijns gebied documenteert, zegt dat het “een genot zal zijn om mensen die voor de bezetting zijn, te zien stemmen op genomineerden die de waarden bevorderen die zij verachten”.

Betselem is een politieke belangenorganisatie die vooral ten doel heeft de Israelische aanwezigheid op de Westbank te beëindigen. Zelf ben ik ook geen voorstander van deze aanwezigheid, maar ik denk dat er wel duidelijke voorwaarden mogen worden gesteld aan Israels vertrek en het ontmantelen van nederzettingen. Israelische concessies zonder duidelijke tegenconcessies leiden helaas niet tot vrede, zo is al vaker gebleken. Betselem gaat behoorlijk eenzijdig te werk bij het ‘documenteren’ van misstanden. Palestijns geweld wordt vaak over het hoofd gezien, wat Palestijnse getuigen zeggen klakkeloos aangenomen en Palestijnse slachtoffers als burgers aangemerkt ook als later overduidelijk blijkt dat ze dat niet zijn (op het weblog van Elder of Ziyon zijn daarvan diverse voorbeelden te vinden). Er staan overigens nog twee pro-Palestijnse organisaties op de lijst, die beide ook al buitenlandse subsidie krijgen. Je kunt je afvragen waarom het nodig is op een lijst van 30 kandidaten liefst drie organisaties te plaatsen die de Palestijnen helpen? Palestijnse organisaties ontvangen daarbij al meer internationaal hulpgeld dan wie dan ook.

Niet alleen mensen die ‘voor de bezetting zijn’ stemden op een andere kandidaat dan Betselem. Veel mensen zijn de overdreven aandacht voor eenzijdige Israelkritische organisaties zat en vinden dat een organisatie als Betselem niet echt thuishoort op deze lijst. Ze gunnen de prijs aan iemand die vecht voor vrije journalistiek en de rechten van minderheden in Iran, of een studentenleider uit Birma die voor de tweede keer in de gevangenis zit en tot 9 jaar is veroordeeld voor het leiden van vreedzame demonstraties voor meer toegankelijk onderwijs, of een mensenrechtenactivist in Bangladesh, die door de regering wordt vervolgd. Je kunt het natuurlijk prima oneens zijn met het werk van Betselem, maar wel dat van mensenrechtenactivisten of studentenleiders of bloggers elders steunen. De suggestie van Betselem, overgenomen door NRC, dat de waarden van mensen die ‘voor de bezetting zijn’ haaks staan op die van de genomineerden op deze lijst, is te zot voor woorden. Alsof de bezetting het morele ijkpunt is waarop kan worden getoetst of iemand überhaupt wel enige moraal en een geweten heeft. Het is duidelijk dat steeds meer mensen (en media) dat wel zo zien, waarbij je dus automatisch aan de verkeerde kant van de morele streep belandt als je niet eenduidig tegen de bezetting bent en vraagtekens zet bij de doorgeslagen Israel kritiek.

Als deze actie iets laat zien is het vooral het arbitraire karakter van internetstemmingen, waaraan ook nog eens burgers van over de hele wereld kunnen deelnemen. Organisaties die goed georganiseerd zijn maken meer kans dan individuen zonder enige middelen. Via sociale media zijn snel grote groepen mensen te mobiliseren die verder weinig feeling met de zaak hebben. Chinezen, Turken of Arabieren kunnen massaal ergens voor of tegen gaan stemmen, moslims zijn makkelijk te mobiliseren tegen vermeende vijanden van hun geloof, etc. Zelfs als de stemming tot Nederland zou worden beperkt (hoe doe je dat?) hou je dit probleem in zekere mate. En hoe kan iemand op grond van de summiere beschrijvingen zich überhaupt een goed beeld vormen van wie het meest vernieuwend bezig is en met het geld echt iets voor de mensenrechten kan doen? Het lijkt me beter dat een paar deskundigen de prijs uitreiken aan een persoon of organisatie zonder middelen maar met veel potentie om veranderingen af te dwingen in een repressief land. Maar dat trekt natuurlijk minder aandacht dan een publieke stemming.

Ratna Pelle

 

Themakatern voor VWO onderwijs geeft vertekend beeld van ontstaan Israël (IPI)

 

 

http://www.israel-palestina.info/actueel/2015/09/16/themakatern-voor-vwo-onderwijs-geeft-vertekend-beeld-van-ontstaan-israel/  

– Door Tjalling. –  

ThiemeMeulenhoff, een uitgever van leermiddelen in Nederland, heeft onlangs de aandacht getrokken vanwege ontstane ophef over het themakatern `Het Midden Oosten’, wat bestemd is voor het vak geschiedenis voor scholieren op het VWO. Van een uitgever van leermiddelen mag worden verwacht dat die van te voren zorgvuldig afgewogen en kritisch kijkt naar wat hij zoal aan leerstof uitgeeft. Echter bij de uitgave van dit katern is dit zeker niet gebeurd. Het katern zet volgens critici aan tot antisemitisme, wat wettelijk niet is toegestaan.

Volgens het CIDI bevat het katern met betrekking tot Israël onjuistheden en ook tendentieus taalgebruik. Naar aanleiding van dit katern en ook van het al eerder verschenen schoolboek “Geschiedeniswerkplaats” voor 4 VMBO – waarover ook op IMO is gepubliceerd – roept het CIDI in een brief aan de staatssecretaris van Onderwijs op, om kwaliteitscriteria in te stellen voor schoolboeken.

Niet alleen het CIDI, ook Likoed Nederland heeft actie ondernomen tegen het misleidende katern. In een uitgebreide lijst benoemt Likoed maar liefst 41 punten, waarvan drie beweringen antisemitisch, die een feitelijk onjuist beeld zouden scheppen over Israël. Het voert te ver om hier bij alle 41 punten stil te staan, vandaar dat ik slechts de eerste drie noem die tegelijk ook antisemitisch zijn, om daarmee de heel negatieve teneur jegens het ontstaan en de geschiedenis van Israël te illustreren. (Onder dit artikel staat ook een link naar een artikel op de site van Likoed Nederland waarin alle 41 punten uitvoerig worden toegelicht.)

1: Volgens de auteurs van het katern, Jan van Oudheusden en Robert Boonstra, kon Israël gesticht worden `omdat Joodse bankiers (tijdens WW1, Tj.T) de Britten zouden chanteren met het verstrekken van geldleningen’. Hier stuiten we natuurlijk op de Balfourverklaring uit 1917. Aan die verklaring gingen twaalf maanden van intensieve onderhandelingen vooraf tussen vertegenwoordigers van de zionistische beweging in Engeland en functionarissen van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Verschillende belangrijke betrokkenen in de hoogste Britse kringen hadden naast politieke overwegingen overigens ook religieuze motieven om behulpzaam te zijn bij een terugkeer van Joden naar het Bijbelse Palestina.

Als je de Balfourverklaring dan toch héél kritisch, of politiek correct net zo je het wil noemen, verder wilt toelichten, dan kan worden gesteld dat `de Engelsen toen bezig waren hun koloniale belangen veilig te stellen in het Midden-Oosten’. Zij zochten ook steun bij Joodse organisaties (dus niet expliciet bankiers) in de oorlog tegen de Duitsers en het Ottomaanse Rijk. Natuurlijk kunnen onjuistheden niet worden goedgepraat, maar desondanks is het op z’n minst te begrijpen dat een land in oorlog zijn -strategische- belangen veilig wil stellen. De Balfourverklaring is gericht aan Lionel Walter Rothschild, een voormalig Joods Brits parlementslid en actief zionist, die zich inzette voor een Joodse staat in Palestina. Hoe dan ook, niets duidt erop dat de Britten zouden zijn gechanteerd door Joodse bankiers. Bovendien is er volgens Likoed Nederland ook niets bekend over een lijst van Joodse bankiershuizen, die de geallieerde oorlogsinspanning alleen maar zouden hebben willen financieren na de Balfourverklaring en met welke bedragen zij er daarna pas toe over gingen.

2: Volgens de auteurs zou Israël gegrondvest zijn op onrecht. Waarom steeds weer een dergelijke opmerking maken als het om Israël gaat? Bij elke stichting van welke staat dan ook treden er immers ernstige fouten op. Een voorbeeld hiervan is Amerika. De Indianen waren de oorspronkelijke inwoners van dit continent. Echter dit terzijde. Terugkomend op het z.g. onrecht waarop Israël zou zijn gegrondvest: In 1947 was er Resolutie 181 van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, beter bekend als het verdelingsplan van Palestina, dat poogde de tegenstrijdige belangen en wensen van beide partijen zo evenwichtig mogelijk tegemoet te komen. Die resolutie werd aangenomen. Dit betekent dat naar aanleiding van een resolutie, die door de meerderheid van de lidstaten van de VN werd aangenomen, Israël definitief kon worden gesticht. Makkelijk was het stichten van de Joodse staat overigens niet. De Arabieren verwierpen het verdelingsplan en de Joden die al in het gebied woonden wat hen werd toegewezen, werden meteen daarna door Arabische groeperingen aangevallen. Op basis van deze feiten kan dus niet worden gesteld dat Israël zou zijn gegrondvest op onrecht. Als je dat wel doet, dan wordt zo het recht op zelfbeschikking voor Joden ter discussie gesteld. Waarom de auteurs wel beweren dat Israël is gegrondvest op onrecht zal misschien liggen aan het feit dat de Arabieren zich tekort gedaan voelen door de ontwikkelingen tijdens de vorige eeuw. Dit hebben ze dan ook duidelijk laten weten tot op de dag van vandaag toe, met alle onrecht die daarmee gepaard gaat jegens Israël. Aan dit laatste wordt echter geen aandacht besteed in het katern.

3: Volgens de auteurs zouden de Arabieren in Israël wettelijk gediscrimineerd worden. Deze bewering is de facto onjuist. Volgens de Israëlische wet heeft elke burger van Israël, Joods, Arabisch en anderszins gelijke rechten. Natuurlijk is er ook in de Israëlische samenleving sprake van discriminatie, maar die valt eerder te vergelijken met de discriminatie die er bijvoorbeeld ook in ons land is. Wettelijk gezien is er in Israël beslist geen sprake van Apartheid.

 

Het is een heel bedenkelijke zaak dat zo’n katern kan verschijnen. ThiemeMeulenhoff distantieert zich echter verregaand van de kritiek van Likoed: “Wij zijn van mening dat we met de gehele tekst een feitelijke en eerlijke weergave van de werkelijkheid geven die gebaseerd is op wetenschappelijk historische studies en bronnen. We schetsen dus geen eenzijdig en foutief beeld zoals aangegeven”, aldus de uitgeverij.

Een feitelijke en eerlijke weergave van de werkelijkheid zoals de uitgever stelt? Dat is zeer de vraag! Na lang zoeken kon ik nergens informatie vinden over Joodse bankiers die de Britten tijdens WW1 zouden hebben gechanteerd. Het begrip `eerlijk’ is aan subjectieve interpretatie onderhevig en wordt daarom heel verschillend aangevoeld en uitgelegd. Voor de auteurs van het katern geldt dit ook. Wat zij als eerlijk beschouwen, komt in elk geval niet overeen met de feiten. ThiemeMeulenhoff bleek uiteindelijk toch enigszins tegemoet te komen aan de kritiek van Likoed. De uitgever gaf aan bereid te zijn om de tekst op 4 punten te wijzigen en ook om een onafhankelijke meelezer in te schakelen, die deze maand nog zijn bevindingen zal terugkoppelen naar de uitgever. ThiemeMeulenhoff: “Mochten de beoordeling en conclusie van de onafhankelijke meelezer aanleiding geven tot aanpassing van de inhoud dan zullen wij dat bij de eerstvolgende mogelijkheid realiseren.”

Deze tegemoetkoming is voor Likoed echter onvoldoende. Het inschakelen van een onafhankelijke meelezer is door Likoed om inhoudelijke en procedurele redenen afgewezen. Men heeft geen vertrouwen meer in ThiemeMeulenhoff, omdat deze niet bereid bleek om `zelfs de onzinnige klassieke antisemitische aantijgingen over Joodse bankiers en Joodse wereldheerschappij te schrappen’.

ThiemeMeulenhoff schrijft dat de uitgever en ook de auteurs zich de kritiek van Likoed zeer hebben aangetrokken, maar lijkt onwillig daar consequenties aan te verbinden. Reactie ThiemeMeulenhoff: “De chantage van de Joodse bankiershuizen is inderdaad niet waar. Er bestond helemaal geen joodse wereldmacht of complot! Maar de Joodse macht werd destijds door sommigen wel overschat, dus misschien waren er mensen destijds die dachten dat het wel waar was. Tekst wordt niet aangepast.”

Neemt de uitgever de kritiek niet serieus genoeg? Het lijkt er sterk op. Echter, het laatste woord is hierover nog niet gezegd en bovendien is de reactie van de staatssecretaris op de brief van het CIDI op dit moment nog niet bekend. Het is te hopen dat dit gewraakte katern zal worden teruggenomen of grondig wordt aangepast. Het ontstaan en de geschiedenis van Israël wordt daarin op dit moment zeer onjuist gebracht en dat zet de scholieren op een vals spoor.


Externe links:

·         http://likud.nl/2015/09/antisemitisch-schoolboek-in-nederlands-onderwijs/

·         https://www.thiememeulenhoff.nl/navigatie-over-thiememeulenhoff/actueel/reactie-katern-het-midden-oosten

·         https://www.eo.nl/geloven/nieuws/item/likoed-antisemitische-teksten-in-nederlands-schoolboek/

·         http://historiek.net/balfour-verklaring-1917/5601/