ISBN: 9789035137172 | € 19.95
Bindwijze | Paperback |
Omvang | 192 p. |
ISBN | 9789035137172 |
Prijs | € 19.95 |
Eerste druk | 22-09-11 |
Fonds | Nederlandse non-fictie |
Dit boek is te koop bij de boekhandel of via bol.com |
Journalisten dragen een grote verantwoordelijkheid. Zij moeten de werkelijkheid die ze waarnemen zo duidelijk en eerlijk mogelijk weergeven opdat de lezer, luisteraar of kijker zich een gefundeerd oordeel kan vormen. Die verantwoordelijke taak rust vooral op de journalisten die verbonden zijn aan de 'kwaliteitsmedia'.
In Hoe de nuance verdween uit een kwaliteitskrant wil Hans Moll, oud-redacteur van nrc Handelsblad, aantonen dat deze krant vooringenomen is wat betreft de weergave van het Midden-Oostenconflict en bovendien weinig oog heeft voor het groeiend antisemitisme in de Arabisch-islamitische wereld. Hij stuit na een grondige analyse van citaten uit de krant op aanvechtbare omissies, eenzijdige benaderingen en een structureel partijdige berichtgeving in het nadeel van Israël.
Hans Moll was van 1987 tot 2010 redacteur bij nrc Handelsblad waar hij werkte voor verschillende redacties.
Hans Moll: "NRC is een te opzichtig linkse krant geworden."
Geplaatst door Joost Niemoller op 22 september, 2011 - 10:14 in Frontpage
http://www.dagelijksestandaard.nl/2011/09/hans-moll-nrc-is-een-te-opzichtig-linkse-krant-geworden
Hans Moll was 23 jaar redacteur bij NRC handelsblad. Nu komt hij naar buiten met een boek over het politiek correcte klimaat en de leugens en pesterijen. Deel 1 van een interview.
Tot hij met de VUT ging was Hans Moll redacteur bij NRC handelsblad. Hij was opgelucht toen hij er weg was. Een politiek correct klimaat waarin de enkeling die anders dacht, zoals hij, het slachtoffer werd van aanhoudende pesterijtjes. Hans Moll voerde vanaf 9-11 een vergeefse strijd om stukjes waarheid terug in de krant te krijgen. Met name als het ging om de islam, Marokkanen en Israël. Het boek dat hij erover schreef is vandaag verschenen: Hoe de nuance verdween uit een kwaliteitskrant.
Hier een interview met Hans Moll.
-U heeft 23 jaar gewerkt als redacteur bij de NRC. Nu schrijft u een terugblik over die periode, en het onderwerp is Israël. Waarom juist dat onderwerp?
HM: "Dat is volstrekt toevallig. Het is begonnen na 9-11 bij mij. Vanuit nieuwsgierigheid over de islam. Na 9-11 viel het me op dat bij de boekenbijlage de boeken die kritisch waren over de islam besmet bleken te zijn. Die belandden in de zogeheten weggeefkast.'
-Wat is dat?
HM: 'Er komen stapels boeken binnen op de boekenredactie. De eerste vangst waarover NRC recensies wil schrijven, is vaak duidelijk. Dat zijn de actuele boeken. En dan blijf je met een heleboel boeken zitten: buitenlandse paperbacks, waarvan de gebonden versies al zijn besproken, of vertalingen bijvoorbeeld. Dat komt dan in de weggeefkast. Iedereen op de redactie kan die meenemen. En het kan zijn dat als je daar iets vandaan haalt, je daar alsnog over mag schrijven. In de weggeefkast stonden dus erg veel islamkritische boeken. Ik stond een keer met zo'n boek van de weggeefkast bij het koffieapparaat, een collega zag dat en die riep: 'Hé, Neocon!'. Achteraf gezien was dat een belangrijk moment voor mij. Ik dacht: Waar hebben ze het toch over? Neocon, dat staat voor neo- conservatief, en dat is een scheldwoord op de NRC redactie.'
-Welk boek was dat?
HM: 'Dat weet ik niet meer precies. Het kan een boek geweest zijn van islamcritici als Robert Spencer, of Daniel Pipes, of misschien wel van Samuel Huntington. Eerst was dat boek in mijn handen nog 'neoncon', maar daarna werd ik zelf op de redactie steeds vaker 'neoncon' genoemd. Ik vond dat vreemd. Ik heb niks aan de kaak gesteld, alleen maar vragen gesteld. In het begin had ik nog het idee: Ik ga schrijven over de boeken die niet gerecenseerd worden. Over de ideeën die de krantenlezer mist. En dan kom je erachter dat er een hele cultuur bestaat binnen de krant van het wegzetten van meningen. Heel langzaam wordt het je duidelijk dat het te maken heeft met hoe je in de multiculturele samenleving staat. Bij vragen die ik stelde, ook aan de binnenlandredactie, als het ging over Marokkanen in Nederland, of bij de buitenlandredactie, als het ging over Israël. Ik kwam er steeds meer achter dat er een heleboel niet in de krant stond. En dat haal je alleen van internet, als je heel goed leest wat er over hetzelfde onderwerp wordt gezegd. Soms dacht ik: dit grenst bijna aan misleiding. En zo is Israël steeds meer in the picture gekomen.'
-U had dus net zo goed de multiculturele samenleving als onderwerp kunnen nemen om aan te tonen dat het NRC een heel specifiek, politiek correct filter op de wereld doorgeeft.
HM: 'Nou, ik heb dit boek erg ingekort, met name waarin het gaat over de Marokkanen. Ik dacht namelijk: Dan ga je via dit boek over het NRC eigenlijk Marokkanen bashen. Maar het is natuurlijk weldegelijk een item in verband met het NRC. Verleden jaar heb je bijvoorbeeld een aantal incidenten gehad bij ziekenhuizen, onder andere het Radboud ziekenhuis, waar Marokkanen totaal door het lint gingen en de boel bedreigden. Dat is maar heel voorzichtig bij ons in de krant gekomen. Typerend. Maar het lastige van dat onderwerp was dat ik met het onderwerp multiculturaliteit ook andere kranten had moeten analyseren. Dan was het veel breder geworden dan alleen het NRC.'
-Israël lijkt steeds meer een ijkpunt geworden in de media.
HM: 'Ik had geen speciale belangstelling voor Israël, maar als het over Israël gaat, dan komen een heleboel dingen bij elkaar. Ik had een interview met een bestuurlijk hooggeplaatste Marokkaan. Helaas kan ik je zijn naam hier niet noemen. Ik vertelde hem dat ik op straat heel veel Marokkaanse jongens had gehoord die 9-11 gebruikten om de meest antisemitische opmerkingen te maken. Daar was ik totaal door overvallen. Toen zei hij twee interessante dingen, die bezijden het interview waren, dus ik heb ze niet opgenomen. Ten eerste: 'Jullie in Nederland weten niet hoezeer Israël als item leeft in Marokko. Het nieuws begint daar steevast met een item over Palestina. De Marokkanen identificeren zich totaal met de Palestijnen.' En de tweede eyeopener was dat hij zei: 'Met mijn vrienden die ook gestudeerd hebben kunnen we het er rustig over hebben dat Israël bestaansrecht heeft, maar daar kunnen we nooit meer naar buiten komen, want dan zijn we onze achterban kwijt.' Krankzinnig. Vanuit een Westerse optiek denk je: je hebt een mening, en die moet je uitdragen. Maar bij Marokkanen hangt je mening vast aan je achterban.'
-Wat steeds terugkomt in uw boek: het onderwerp 'antisemitisme onder moslims' is een absoluut taboe in het NRC.
HM: 'Daar lijkt het op ja. Iemand schreef een recensie over twee boeken over Hamas. Ik zei toen: interessant, maar wat ik zelf over Hamas heb gelezen, is dat het puur antisemitisme is. Daar zou ik toch wel een verwijzing naar willen zien. Ja, daar kom ik wel op terug, zei ze. Nooit op teruggekomen. En zo zijn er meer van die gevallen. Op een gegeven moment wordt iemand in Engeland opgepakt en in de gevangenis gezet. De krant schreef over die aanhouding dat het niet duidelijk was waarom dat was gebeurd. Dan ga je googelen en dan blijkt de goede man afschuwelijke antisemitische uitlatingen te hebben gedaan. Ja, dat moet de correspondent ook geweten hebben die dat stuk schreef. Ik vind dat heel wonderlijk.'
-Hoe verklaart u zo'n fenomeen?
HM: 'De journalistiek houdt zich voor een belangrijk deel bezig met conflicten. In die conflicten wil je als lezer alle facetten zien om je er een oordeel over te kunnen vormen. Maar je hebt bij een heleboel conflicten ook dat journalisten er al een eigen mening over hebben. Vind ik best. Maar laat het niet merken in de krant. Ik heb het idee dat in dit geval gedacht wordt door deze journalisten: als je de Palestijnen of de Arabieren of de Iraniërs serieus neemt op hun woorden, dan is dat zo beschadigend voor die mensen die het toch al zo moeilijk hebben, vermeld het dan maar niet. Dus als je ze alleen al zou citeren, zou het al natrappen zijn. Zoiets. Die mensen worden gezien als underdog en die ga je niet nog eens belasten.'
-Het NRC afficheert zich als een krant die pretendeert niet partijdig te zijn. Is het dan niet beter dat je in zo'n geval dan openlijk partijdig bent?
HM: 'Natuurlijk. Intern, in de wandelgangen van de krant, is NRC wel eens het partijorgaan van de PvdA genoemd. Ik bedoel er bestaat bij veel mensen weldegelijk het idee: deze krant gaat de verkeerde kant uit. Een te opzichtig linkse kant. Inderdaad, noem jezelf dan gewoon een linkse krant en niet de krant die de nuance zoekt. Een krant die pretendeert liberaal te zijn en alle meningen aan het woord te laten. Want dat doet het NRC namelijk niet. Het is vooral tegen die pretentie in dat ik dit boek heb geschreven.'
-U bent vooral erg feitelijk in uw boek.
HM: 'Ik denk met name dat ze dat heel vervelend vinden, dat ik meen op de kwaliteit van de berichtgeving iets te kunnen afdingen.'
- Zo stond er in 2002 in een bericht in het NRC dat joodse kolonisten zich zouden laten bewaken met ingehuurde Filippijnen die in het zwart gekleed, en zwaar bewapend zouden rondrijden. U checkt dit, en dan blijkt er helemaal geen sprake te zijn van Filippijnen, maar van mensen uit het Indiase Manipur, die volgens sommige Thora exegeten zouden behoren tot een verloren 'tiende stam.' Wel donker dus, maar ook joods, en het ging dus zeker niet om Filippijnse huurlingen. U probeert dit recht te zetten, maar de correspondent houdt voet bij stuk.
HM: 'Dat had heel makkelijk rechtgezet kunnen worden. Gewoon toegeven: 'Het ging om donkere mensen, ik dacht dat het Filippijnen waren.'
-In uw boek heeft u het er ook over dat er in 2010 een artikel verschijnt in NRC Handelsblad, door Guus Valk, waarin een eenzijdige voorstelling van zaken wordt gegeven over het vertrek van de Palestijnen uit Israël, vlak na de oprichting van het land. Er werd in dit stuk gesteld dat de Palestijnen moesten vluchten voor 'Joodse strijdtroepen'. En dat de officiële Israëlische lezing was dat de Palestijnen [bedoeld is: de Joden? WB] zich moest verdedigen. In het stuk staat dan: 'Overigens door historici van links tot rechts ontkracht'. In dit stuk in het NRC werd niet vermeld dat de Joden waren aangevallen door de omliggende Arabische landen, waarna het conflict met de Palestijnen in Israël ontstond. De Israëlische ambassadeur, Harry Kney-Tal. schreef daarop een brief naar NRC Handelsblad, waarin hij wees op deze eenzijdige voorstelling van zaken. Hij schreef in die brief onder andere: 'Er wordt met geen woord gerept over de andere historische interpretaties, behalve dan dat de Israëlische versie bij voorbaat wordt verworpen.' Maar NRC Handelsblad weigerde deze rechtszetting van de feiten door de ambassadeur af te drukken. Werd het niet relevant geacht door de redactie?
HM: 'Dat weet je niet. Misschien gebeurt dat vaker, dat weet de hoofdredactie, maar dat weten wij niet.'
-In uw boek hebt u mailtjes afgedrukt met discussies tussen u en andere redacteuren waarbij u ze attendeert op fouten. Opvallend waren de korzelige reacties. Soms werd er helemaal niet op gereageerd. Maar ik dacht ook: Hoezo mailtjes? Jullie zitten toch met elkaar op een redactie? Wordt er over dat soort kwesties als fouten in de berichtgeving niet gewoon gepraat?
HM: 'Iedere keer gaat het om iets kleins. Over die kleine dingen heb ik met allerlei mensen wel gesproken. En dan krijg je al gauw het verwijt: je bent een neocon, je staat achter Israël. Terwijl dat niet het geval is. Maar je kunt je daar niet tegen verdedigen.'
-Er zullen toch ook wel eens grote redactievergaderingen geweest zijn over de koers van de krant?
HM: 'Nauwelijks. Ik herinner me een State of the union aan het begin van het jaar, en dan kwam de hoofdredacteur met wat opmerkingen over de richting. Ik herinner me wel een keer toen Birgit Jonker nog hoofdredacteur was. Die zei: 'Wij willen als krant niet neutraal zijn.' Dat was een thema van haar. Maar het werd niet gekoppeld aan onderwerpen. 'We willen evenwichtig zijn, maar niet neutraal. We willen best zeggen dat iets niet deugt.' Maar zo'n grote vergadering is niet het moment om de discussie te zoeken. Pas later beginnen die momenten op te vallen waarop de krant kennelijk willens en wetens niet neutraal wilde zijn.'
-Op zich is het natuurlijk juist: Neutraliteit bestaat ook niet in de journalistiek.
HM: 'Je kunt er wel naar streven. U en ik hebben als journalist een eigen mening over iets, maar we kunnen wel proberen die mening zoveel mogelijk opzij te drukken om te proberen iets weer te geven. En zelfs zo dat mensen van een afstand niet weten hoe wij erover denken. Neutraliteit en objectiviteit zijn begrippen die niet meer worden gebruikt, maar er bestaat nog wel zoiets.'
Deel 2 volgt morgen.
Hans Moll: Hoe de nuance verdween uit een kwaliteitskrant. NRC Handelsblad neemt stelling tegen Israël. Uitgeverij Bert Bakker.
Waar kan ik je boek "Hoe de nuance verdween uit een kwaliteitskrant NRC Handelsblad neemt stelling tegen Israël" uit 20&& met ISBNnr.: 9789035137172 kopen of vinden ?
BeantwoordenVerwijderen