Schurkenstaat tussen louter vreedzame naties
Trouw, 10 juni 2010 - Elma Drayer
Net als anderhalf jaar geleden leidde de propagandaslag rond Israëls recente legeractie weer tot diep gepeins.
Een wijdverbreide mythe wil dat het land ongelooflijk sluw is in het bespelen van de internationale opinie. Sterker, achter de schermen hebben de Joden eigenlijk alle touwtjes in handen. Als dat klopt, dan was daar de afgelopen tijd verrassend weinig van te merken. Door negen vredesactivisten te doden, wist het land de hele wereld tegen zich in het harnas jagen.
Geheel naar verwachting waren de organen der Verenigde Naties er als de kippen bij om Israël krachtig op de vingers te tikken. Mensenrechtenschendingen in zeg Tibet, Noord-Korea, Zimbabwe of Iran ze trekken de Human Rights Council zelden uit zijn lethargie. Maar zodra de zionistische entiteit zich vergaloppeert, ontwaakt het gezelschap uit een diepe sluimer.
Interessant was ook hoe de VN-Veiligheidsraad éérst Israëls wangedrag veroordeelde, om daarna op hoge toon een grondig onderzoek te eisen naar het incident. Het omgekeerde, zou je denken, had misschien meer voor de hand gelegen. Maar nee.
En dan was er nog dat dagboek van Henning Mankell, de beroemde Zweedse thrillerschrijver die meevoer op het konvooi. Een concurrerend ochtendblad mocht het zaterdag publiceren 'exclusief' meldde het trots.
Over tien kolommen ventileerde de auteur (let wel, niet op de opiniepagina's, maar in het nieuwskatern) zijn weerzin tegen land en volk. Mensen die niets gedaan hebben, worden als dieren bijeengedreven", schreef hij. Welk woord moet ik gebruiken? Walgelijk? Onmenselijk?" En: Ik denk ineens dat ik ze dit nooit zal vergeven. Op dit moment kan ik niet anders denken dan varkens en smeerlappen."
Intrigerende observaties, zonder meer. Nog intrigerender was het zinnetje dat in een bijgevoegd kader stond: Het honorarium voor dit artikel schenkt Mankell aan Ship to Gaza." De Volkskrant, kortom, ziet er geen been in om indirect activisme te financieren. Journalistiek engagement in een hedendaagse jas, zullen we maar zeggen.
De dagboekaantekeningen van de thrillerschrijver voedden het beeld dat toch al domineerde. De vlootgangers golden van meet af aan als onschuldige bloemenkinderen. Heel sereen hadden ze gereageerd op het geweld van die akelige commando's. De Nederlandse deelneemster Anne de Jong zei na aankomst op Schiphol dat alle schepen gecontroleerd waren op wapentuig. En dat daar geen sprake van was.
Toch dook er dit weekend in Turkije fotomateriaal op dat een ander verhaal vertelde (en dat, eerlijk is eerlijk, ook de Volkskrant haalde). Je zag actievoerders met stalen pijpen en messen in de hand, Israëlische militairen die badend in het bloed op de vloer lagen.
Maar de vredesactivisten kunnen gerust zijn: ook deze beelden zullen niet baten. Israël is en blijft de enige schurkenstaat, te midden van louter vreedzame naties.
De enkeling die het desondanks nog waagt op de Israëlische kant van de zaak te wijzen móét volgens deze logica ofwel Joods zijn, ofwel lijden aan een aandoening uit het filosemitische spectrum.
Grappig toch, dat sympathisanten van pakweg de Tibetaanse zaak nooit zo'n soort verdenking op zich laden. Die krijgen bij mijn weten zelden het verwijt dat ze vast boeddhistisch zijn. Of zonder het te weten lijden aan filoboeddhisme.
Ik peins nog even door.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten