Na Zweden wordt België wellicht het tweede Westeuropese land dat Palestina als staat erkend. De parlementen van Spanje, Groot-Brittannië en Frankrijk hebben ook al voor erkenning gestemd, maar die moties werden niet door de regeringen overgenomen.
__________________
‘Palestina’ toch niet erkend
http://www.niw.nl/palestinanieterkend8495/
Door Jaron Beekes
Deze week stemde de Tweede Kamer tegen een voorstel van PvdA-Kamerlid Michiel Servaes om als Nederlandse regering een Palestijnse staat te erkennen. „Het is nu niet aan de orde,” aldus minister Koenders.
De timing was nogal ongelukkig. Op de morgen van woensdag 18 november vond een brute moordaanslag plaats in een synagoge in Jeruzalem, de bloedigste aanslag sinds jaren in de stad. Diezelfde dag stelde Michiel Servaes tijdens de begrotingsbehandeling van het ministerie van Buitenlandse Zaken voor dat de Nederlandse regering, in navolging van de Zweedse op 30 oktober, een Palestijnse staat zou erkennen. Servaes, Tweede Kamerlid en buitenlandwoordvoerder namens de PvdA, noemde daar twee argumenten voor. Ten eerste, „de feitelijke vaststelling dat er een territorium, een volk en een regering zijn. Daarmee wordt aan de criteria van het internationaal recht voldaan om erkend te kunnen worden als staat.”
Buitenspel
Servaes refereerde daarmee aan de Montevideo Convention uit 1933, toen deze criteria voor het erkennen van een staat werden vastgelegd. Directeur van het CIDI, Esther Voet, vindt echter niet dat de Palestijnen daaraan voldoen. „Vastgestelde grenzen zijn er niet. De Groene Lijn van 1967 is slechts een bestandslijn en bij een tweestatenoplossing zal die worden aangepast. Wie denkt dat Israël een territorium zal toestaan waarbij de Klaagmuur buiten de grenzen valt, is naïef. Al bij Camp David 2 en de besprekingen in Taba is duidelijk gesproken over landswops, het uitruilen van land. Daarbij is er geen homogene regering. De eenheidsregering die er nu is, is puur voor de bühne. Bovendien is Hamas daar een groot onderdeel van. Erkenning van een Palestijnse staat zou het belonen van terrorisme inhouden. Bovendien zet je Israël op die manier volledig buitenspel. Erkenning prima, maar pas nadat er onderhandelingen zijn geweest en er een akkoord ligt.”
Als tweede argument voor de erkenning noemde Servaes juist het stagneren van die onderhandelingen: „Meer dan twintig jaar na de Oslo-akkoorden lijkt een oplossing verder weg dan ooit. Kernpunt is wat mij betreft het asymmetrische karakter van het conflict, dat alleen opgeheven kan worden als we Palestina op gelijker niveau brengen met Israël. Een Palestijnse staat kan volwaardig lid zijn van internationale organisaties, met alle rechten en plichten die daarbij horen. Daarmee wordt dus een positieve bijdrage geleverd aan het vredesproces.”
„Dat is een drogreden,” vindt Esther Voet. „Er zijn weinig onderhandelingen waarbij de partijen gelijkwaardig zijn. Kijk bijvoorbeeld naar wat er nu gebeurt met de P5+1, de wereldmachten die met Iran over hun nucleaire plannen praten. Daar komt bij dat het niet zozeer een Israëlisch-Palestijns conflict is, als wel een Israëlisch-Arabisch conflict. Er liggen totaal andere verhoudingen. Je kunt pas vrede sluiten als de Arabische landen akkoord gaan.” Servaes werd door het NIW benaderd voor een verdere toelichting op zijn voorstel, maar was daarvoor niet beschikbaar.
Geen verrassing
Servaes oogstte met zijn pleidooi verbazing in de Kamer. Na de stemming werd het voorstel van Michiel Servaes niet aangenomen. PvdA, D66, SP en GroenLinks stemden voor; VVD, PVV, CDA, ChristenUnie en SGP tegen. Kersverse minister van Buitenlandse Zaken Bert Koenders (PvdA) volgt, zoals van hem wordt verwacht, het regeerakkoord met de VVD en is ook tegen. Voet: „Koenders is voorlopig tegen, maar hij staat er wel anders in dan zijn voorganger, Frans Timmermans. Die was voor erkenning, maar pas na onderhandelingen, als er een akkoord ligt. Koenders noemde de erkenning ‘nu niet opportuun’, maar de voorwaarden van Timmermans gelden blijkbaar niet meer. Onder welke voorwaarden hij wel akkoord zou gaan, daar is hij niet op ingegaan.”
Bert Koenders stond als Kamerlid en als minister van Ontwikkelingssamenwerking bekend als kritisch ten opzichte van het Israëlisch regeringsbeleid. Dat Servaes nu met het voorstel naar buiten kwam, heeft er volgens Esther Voet indirect mee te maken dat Koenders onlangs Timmermans heeft opgevolgd. „Maar Servaes streeft al veel langer naar Nederlandse erkenning van de Palestijnse staat. Wat dat betreft kwam dit niet als verrassing.”
Kamerlid Bram van Ojik van GroenLinks herinnerde de PvdA-woordvoerder eraan dat de PvdA in november 2012 nog besloot zich te onthouden van stemmen, bij een debat over opwaardering van de status van de Palestijnse Autoriteit binnen de VN. Toenmalig minister Timmermans zag stemming destijds als belemmering van het vredesproces. Van Ojik vroeg zich bij de vergadering vorige week af of de PvdA sindsdien van mening is veranderd. Nee, zei Servaes, de onthouding van stemmen over opwaardering van de diplomatieke status destijds was uit strategisch oogpunt, ‘maar dat we daarvoor waren én zijn, dat is klip en klaar’.
Discussie aanzwengelen
Hoe dan ook was de timing van het Kamervoorstel wrang, met de oplaaiende onrusten in Israël en zelfs dezelfde dag nog een Palestijnse aanslag in een synagoge in Jeruzalem, aldus merkte Kees van der Staaij (SGP) op, na het betoog van Servaes in de Tweede Kamer. In reactie daarop verklaarde die: „Het probleem van dit conflict is natuurlijk dat we continu geweld zien (…) Het is dus ook niet iets wat wij hier vanavond vanuit de Tweede Kamer kunnen oplossen. Die illusie moeten we nooit hebben. Wel wil ik een discussie aanzwengelen, en dat doe ik vanavond.”
„De schaamteloosheid is nauwelijks te bevatten,” schreef Elsevier-columnist Afshin Ellian kort daarop. „Als Servaes een Nederlander met wijsheid en historisch besef zou zijn, had hij gezegd dat alle Palestijnen, als zij nog steeds naar een Palestijnse staat verlangen, een intifada moeten organiseren tegen de terroristen. Anders is de Palestijnse staat de grootste fantasie aller tijden.” Ellians vriend en collega Leon de Winter twitterde: „PvdA wil land erkennen vol homohaat, vrouwenhaat, eerwraak, corruptie, tribalisme, jodenhaat, censuur: Palestina”. Tegelijkertijd kreeg Servaes steun voor zijn voorstel van Jaap Hamburger van Een Ander Joods Geluid, die in NRC-Handelsblad schreef: „Koenders en Kamer, besef: het strategische moment is aangebroken. Erken Palestina nu.”
Ondanks alle kritiek is Michiel Servaes vastbesloten door te gaan medestanders te vinden voor zijn plan. Zelfs nu er in de Kamer tegen is gestemd en zijn eigen minister het voorstel ‘niet aan de orde’ noemde. Hoe waarschijnlijk is het dat het uiteindelijk toch doorgang vindt?
Esther Voet: „Traditioneel zijn de linkse partijen vóór erkenning en de rechtse tegen. Een sleutelrol is nu weggelegd voor het CDA. Er lijkt een schisma op te treden binnen die partij tussen, kort gezegd, de club van Van Agt en mensen met een meer realistische kijk.” Ook binnen de Protestantse Kerk Nederland (PKN) gaan steeds meer stemmen op die het Israëlische beleid bekritiseren, met name wanneer het over de nederzettingen gaat.
Esther Voet merkt daarover op: „De politiek en de pers hebben het steeds over ‘de’ nederzettingen, maar dat is te ongenuanceerd. Een bevolkingskern in Oost-Jeruzalem is totaal iets anders dan een gemeenschap diep in de West Bank. Ook wordt er niet gekeken of het grondgebied wordt uitgebreid of dat er binnen de grenzen van zo’n nederzetting wordt gebouwd. Het is allemaal ontzettend ingewikkeld en men kijkt vaak niet verder dan zijn neus lang is.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten