Volgende week bezoekt Israëls president Shimon Peres Nederland. Een kleine geschiedenis van het oudste staatshoofd ter wereld.
In november 1959 verwierf Shimon Peres een zetel in de Knesset. Buiten een pauze van drie maanden in 2006 zat hij zonder onderbreking in het Israëlische parlement tot hij in 2007 de negende president van het land werd. Hij was twee keer minister-president, één keer waarnemend minister-president en was bewindspersoon in twaalf kabinetten in een politieke carrière die meer dan 66 jaar en de hele geschiedenis van de staat Israël omspant. In 1994 won hij de Nobelprijs voor de Vrede, hij is de eerste voormalig premier die tot president werd gekozen en met zijn, sinds 2 augustus jongstleden, 90 jaar het oudste staatshoofd ter wereld. En, oh ja, hij is een volle neef van Lauren Bacall. Komende week komt hij naar Nederland voor een driedaags bezoek. Op het programma staan een bijeenkomst in de Portugese Synagoge in Amsterdam, opnamen voor het televisieprogramma College Tour, een diner met de nieuwe koning en koningin, lunch met de minister-president en een toespraak voor de leden van de Eerste en Tweede Kamer.
Orthodox
Peres, geboren in 1923 in het Poolse Wiszniew (dat nu in Wit-Rusland ligt), groeide op in een gezin waar Hebreeuws, Jiddisj en Russisch werd gesproken. Pools leerde hij op school. Zijn grootvader speelde een belangrijke rol in zijn jeugd en leerde hem Talmoed. In een interview zei Peres eens: 'Mijn ouders waren niet orthodox, maar ik was charedi. Op een keer hoorde ik mijn ouders op sjabbat naar de radio luisteren. Toen heb ik de radio kapotgeslagen.' Een eerste uiting van iemand die zonder aarzelen voor zijn idealen gaat? In 1934 verhuisde Shimon met zijn moeder naar Palestina, waar vader al in 1932 heen getrokken was. Het gezin vestigde zich in Tel Aviv, waar Shimon naar de lagere en de middelbare school ging. Daarna verhuisde hij naar Ben Sjemen, waar hij een landbouwopleiding volgde en een paar jaar op kibboets Geva woonde. Hij was een van de oprichters van kibboets Aloemot en in 1941 werd hij gekozen tot secretaris van Hanoar Haoveed, een socialistische jeugdbeweging. Later zou nog vaak geschreven en gezegd worden dat dit de enige verkiezingen waren die hij ooit won. In 1947 sloot hij zich aan bij Haganah, de voorloper van het Israëlische leger. David Ben-Goerion maakte hem verantwoordelijk voor personeelszaken en het inkopen van de wapens. Hij maakte er een carrière van: dankzij Peres verwierf Israël het geavanceerde Dassault Mirage-gevechtsvliegtuig, werd de kernreactor in Dimona gebouwd en sloot het een pact met Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, waarmee de machtsbalans in de regio omsloeg naar de kant van Israël. Met zijn 29 jaar was hij in 1953 de jongste secretaris- generaal die het ministerie van Defensie ooit kende.
Loser
Hij maakt politieke carrière bij verschillende verschijningsvormen van de arbeiderspartij (Mapai, Rafi, Maärach en Avoda) en werd in 1974 minister van Buitenlandse Zaken in de regering Rabin. Jitschak Rabin en Peres waren niet alleen elkaars rivalen voor het premierschap geweest, maar ook voor het voorzitterschap van Maärach, een strijd die Peres verloor tot Rabin in 1977 moest aftreden vanwege een schandaal met buitenlandse valuta waar zijn vrouw bij betrokken was. Onder leiding van Peres beleefde Maärach zijn eerste verkiezingsnederlaag ooit. In 1981 verloor de partij weer, zij het met een kleinere marge, en ook in 1988 wist Peres zijn partij niet te laten winnen. Voor de tweede keer ging hij een coalitie aan met de rechtse Likoedpartij, een regering waarvan Shamir de premier werd. In 1992 werd hij als voorzitter van de nieuwe arbeiderspartij Avoda van de troon gestoten door aartsrivaal Jitschak Rabin, die hij vijftien jaar eerder had vervangen. Na de verkiezingen van 1992 werd Rabin wederom premier en Peres zijn minister van Buitenlandse Zaken.
Oslo
Vrede met de Palestijnen en de omringende landen is altijd Peres grootste ambitie geweest. Hoewel in de jaren 70 en 80 nog een fel tegenstander van onderhandelingen met de PLO, was hij in de vroege jaren 90 nauw betrokken bij de totstandkoming van de Olso-akkoorden. Eerder had hij zich al uitgesproken tegen kolonisten die zich op de Westelijke Jordaanoever vestigden en sprak hij over de 'noodzaak tot territoriale compromissen' met betrekking tot de Westelijke Jordaanoever en Gaza. Eind jaren 80 had hij geprobeerd om koning Hoessein van Jordanië naar voren te schuiven als gesprekspartner voor het vredesproces, liever dan Yasser Arafat. Hij ontmoette de koning in het geheim in Londen in 1987, maar toenmalig minister-president Shamir stak hier een stokje voor. Na het uitbreken van de Eerste Intifada was de hoop dat Koning Hoessein een rol kon vervullen bij vredesonderhandelingen vervlogen. Peres neeg er steeds meer toe om toch met de PLO en Arafat te praten. En zo geschiedde. Op 13 september werden de handtekeningen onder de Oslo-akkoorden gezet en vond de iconisch geworden handdruk plaats tussen Jitschak Rabin en Yasser Arafat onder welwillend en toeziend oog van Bill Clinton. Ondanks het uitbreken van een Tweede Intifada in 2000, bleef Peres een fel voorstander van de Oslo-akkoorden. In 1994 kregen hij, Rabin en Arafat de Nobelprijs voor de Vrede voor hun inspanningen voor een vrede die er nooit kwam.
4 november
Op 4 november 1995 neemt de geschiedenis een onverwachte wending wanneer Jitschak Rabin na afloop van een vredesdemonstratie vermoord wordt. Niet door een Palestijnse terrorist, maar door een jonge Israëli. Het land verloor in één klap zijn onschuld. Israël was niet langer het kleine landje waar iedereen elkaar kende en vertrouwde, en men samen de strijd aanbond tegen de grote, boze Arabische buren. Peres nam het premierschap op zich, probeerde de vaart in het vredesproces te houden en
leidde Avoda naar alweer een, overigens volkomen onverwachte, verkiezingsnederlaag. Op die nacht, 29 mei 1996, gingen Israëli's 'naar bed met Peres, en werden wakker met Netanyahu'. 'Bibi' won de verkiezingen met 29.475 stemmen, minder dan 1 procent van het totale aantal, en veel minder dan het aantal ongeldige stemmen. Het was Peres' vierde en laatste verkiezingsnederlaag, en Peres' plaats als leider van Avoda werd ingenomen door Ehud Barak. In de daaropvolgende jaren maakte Peres nog een keer een comeback als Avoda-voorman, en deed hij een gooi naar het presidentschap. Hij kreeg veel kritiek, vooral van links, omdat hij coûte que coûte zou willen vasthouden aan het pluche, en deel uitmaakte van een regering die het vredesproces niet bepaald serieus nam. In 2005 sloot Peres zich aan bij Kadima, de nieuwe partij van voormalig Likoedminister Ariel Sharon. Kadima won de verkiezingen en Peres werd vicepresident, met daarbij een post die als troostprijs beschouwd kon worden: minister voor de Ontwikkeling van de Negev, de Galil en de Regionale Economie.
Slecht politicus, groot staatsman
In 2007 wordt Peres eindelijk president van Israël. Hij geeft zijn zetel in de Knesset, die hij dan 48 jaar bezet, onmiddellijk op. Als president is hij volgens vriend en vijand het beste op zijn plek. In die functie kan hij rekenen op een populariteit die hij in al zijn decennia als politicus niet verwierf. Binnen Israël heeft hij in deze rol de afgelopen jaren de stabiliteit weten te bewaren in de bij tijd en wijle chaotische regeringen van Olmert en Netanyahu. Hij is geliefd en wordt gerespecteerd door internationale leiders, wetenschappers en artiesten en probeert onvermoeibaar het imago van Israël als vredelievend land en voorloper op het gebied van wetenschap en kunst aan de man te brengen, ook in tijden dat de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken niet bepaald een graag geziene gast was in de rest van de wereld.
Naïef
Amos Oz zegt in de biografie van Peres: 'Er zijn twee soorten volwassenen. De een draagt in zich een overleden kind, het kind dat hij ooit was. De ander is een zeldzaam soort, die draagt een levend kind in zich, nieuwsgierig, met een honger naar liefde, naar kennis. Dat is Shimon.' Behalve eeuwig aanwezig op het Israëlische politieke toneel, is Peres mogelijk ook de politicus die eindeloos belachelijk is gemaakt en veel kritiek heeft gekregen. Door velen wordt hij beschouwd als de eeuwige verliezer, een dromer die zijn politieke carrière heeft geschaad door zijn eigen zelfingenomenheid, ijdelheid en gebrek aan politiek gevoel. Die zichzelf ondanks alles als optimist omschrijft; volgens de één zijn idealen heeft verkwanseld door in zee te gaan met rechtse politici en volgens de ander hopeloos naïef is in zijn queeste naar vrede in een regio die gekenmerkt wordt door geweld. Het feit dat Peres tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog niet vocht maar zich bezighield met de aankoop van wapens zelfs zijn vrouw vocht vrijwillig in die oorlog, waarin niet alleen de staat Israël werd geboren, maar volgens velen ook 'Israëli's' is hem vaak nagedragen. In zijn biografie zegt Peres daarover dat hij het idee had dat hij het land op een betere manier kon dienen. Zelfs zijn vriend en biograaf Michael Bar-Zohar geeft toe dat dit een van de grootste fouten is die Peres in zijn leven maakte. In die vrede, daar gelooft hij nog steeds in. Nog maar drie maanden geleden zei hij in een interview in de Telegraph dat de realiteit in het Midden-Oosten geen ander alternatief biedt dan een vredesovereenkomst tussen Israël en de Palestijnen. Peres wordt over het algemeen gezien als menselijk en benaderbaar. Hij is niet te beroerd om een oranje keppeltje op te zetten als hij de Nederlandse equipe bezoekt tijdens de Maccabiade, zich te laten fotograferen met wie dan ook, en ook aan enig gevoel voor humor en zelfrelativering ontbreekt het hem niet. Journalist Steven Erlanger vroeg Peres ooit of het niet tijd werd om af te treden. 'Hoe kan ik nou met pensioen gaan?' vroeg Peres, 'ik ben een narcist!'
Geen opmerkingen:
Een reactie posten