Jordanië heeft een ingewikkelde sociale structuur. Volgens onafhankelijke waarnemers vormen anno 2012 Palestijnen een absolute meerderheid in het Hasjemitische koninkrijk terwijl de oorspronkelijke bedoeïenenstammen een minderheid zijn geworden. Deze stammen stonden bekend om hun onvoorwaardelijke steun aan de Jordaanse monarchie, maar er zijn veel signalen dat deze loyaliteit tanende is. Terwijl de Palestijnse meerderheid, waarvan een groot deel in uiterst armoedige vluchtelingenkampen rondom de hoofdstad Amman leeft, zich in alle opzichten gediscrimineerd en achtergesteld voelt.
Beide ingrediënten vormen een explosieve cocktail, die als een tijdbom onder de fundamenten van de Jordaanse staat tikt. De Jordaanse vorst Abdullah zei vorig jaar tijdens een interview met het Israëlische Channel 2 dat „Israël geen duidelijke toekomst heeft, gezien de demografische uitdaging in het land”, waarmee hij de 1,5 miljoen Palestijnen in Israël bedoelde. Deze demografische uitdaging lijkt echter in Jordanië zelf veel groter te zijn, waar bedoeïenenstammen in toenemende mate vrezen voor wat zij de „Jordaanse identiteit” van het land noemen.
Iedereen heeft het altijd over de discriminatie van Palestijnen door Israel, en het feit dat Israel zijn Joodse meerderheid wil behouden en het daarom bijvoorbeeld voor Palestijnen die met een Israeli zijn getrouwd lastig is om in Israel te mogen wonen. Maar dit demografische probleem speelt ook in Jordanië en Libanon, waar Palestijnen geen staatsburger zijn omdat dan de balans tussen christenen, shi’ieten en soennieten verstoord zou worden. Daar hoor je Meulenbelt, Von der Dunk, Van Agt en de andere usual suspects echter nooit over. In Jordanië zijn ze wel staatsburger, maar worden evengoed achtergesteld en kunnen ze die makkelijker verliezen dan niet-Palestijnse Jordanieërs.
RP
---------
Jordanië worstelt om niet in chaos ten onder te gaan
http://www.refdag.nl/nieuws/buitenland/jordanie_worstelt_om_niet_in_chaos_ten_onder_te_gaan_1_618744
27-01-2012 20:36 | gewijzigd 27-01-2012 20:41 | Van onze correspondent | 0
AMMAN – De onheilspellende ontwikkelingen in Syrië overschaduwen de berichtgeving over Jordanië, dat wanhopig worstelt om niet in chaos en wanorde ten onder te gaan.
Begin oktober 2011 was er een vreemd schouwspel te zien in de Jordaanse hoofdstad Amman. Een overmacht aan veiligheidsagenten had de centrale bank omsingeld om de directeur, de 41-jarige Sharaf, de toegang te beletten. Het was een alternatieve manier om Sharaf te laten weten dat hij ontslagen was.
De sociale onrust van de Arabische revolutie kreeg ook het kleine Jordanië in zijn greep, waar de regering op een volgens economen onverantwoordelijke wijze was begonnen om de salarissen van ambtenaren en subsidies op voedsel en energie drastisch te verhogen, in een poging de woede van vooral de minderbedeelden in het land in te dammen.
Sharaf had als hoofd van de Jordaanse centrale bank de regering herhaaldelijk gewaarschuwd dat deze politiek de problemen van de Jordaanse samenleving niet oploste, maar op de lange baan schoof – met als schadelijk neveneffect een onacceptabele stijging van het begrotingstekort. Kritiek die hem in oktober zijn baan kostte, wat leidde tot twijfels over de onafhankelijkheid van de Jordaanse banksector.
Jordanië heeft een ingewikkelde sociale structuur. Volgens onafhankelijke waarnemers vormen anno 2012 Palestijnen een absolute meerderheid in het Hasjemitische koninkrijk terwijl de oorspronkelijke bedoeïenenstammen een minderheid zijn geworden. Deze stammen stonden bekend om hun onvoorwaardelijke steun aan de Jordaanse monarchie, maar er zijn veel signalen dat deze loyaliteit tanende is. Terwijl de Palestijnse meerderheid, waarvan een groot deel in uiterst armoedige vluchtelingenkampen rondom de hoofdstad Amman leeft, zich in alle opzichten gediscrimineerd en achtergesteld voelt.
Beide ingrediënten vormen een explosieve cocktail, die als een tijdbom onder de fundamenten van de Jordaanse staat tikt. De Jordaanse vorst Abdullah zei vorig jaar tijdens een interview met het Israëlische Channel 2 dat „Israël geen duidelijke toekomst heeft, gezien de demografische uitdaging in het land”, waarmee hij de 1,5 miljoen Palestijnen in Israël bedoelde. Deze demografische uitdaging lijkt echter in Jordanië zelf veel groter te zijn, waar bedoeïenenstammen in toenemende mate vrezen voor wat zij de „Jordaanse identiteit” van het land noemen.
De vaak zwaarbewapende bedoeïenenstammen uiten steeds openlijker kritiek op de Jordaanse vorst, die zij in toenemende mate associëren met corruptie. Deze stammen zouden het Jordaanse vorstenhuis, dat juist afhankelijk is van de steun van deze stammen, omver kunnen werpen. Om deze bedoeïenen tegenmoet te komen, zou koning Abdullah feitelijk een nog hardere politieke lijn moeten volgen tegen de toch al verbitterde Palestijnse meerderheid in het land, die op basis van haar demografische sterkte eveneens een directe bedreiging zou kunnen vormen voor de monarchie.
De machtsverschuivingen in de Arabische regio laten overal de opkomst zien van de moslimbroeders en er zijn steeds meer aanwijzingen dat koning Abdullah in hen een oplossing ziet waarmee hij zijn troon veilig kan stellen.
Afgelopen week maakte de Jordaanse regering plotseling bekend dat Hamasleider Khalid Meshal dit weekend een officieel bezoek zal brengen aan Jordanië. Een opmerkelijke mededeling, omdat Khalid Meshal in 1999 gedwongen werd Jordanië te verlaten. Bovendien staat Hamas op een Jordaanse zwarte lijst van verboden organisaties.
De Jordaanse premier Khasawneh zei hierbij veelbetekenend dat de verbanning van Meshal, die een Jordaans paspoort bezit, „een juridische en constitutionele fout was die we dienen te corrigeren.” Het voedde de geruchtenstroom dat het leiderschap van Hamas, dat zich steeds ongemakkelijker voelt in Damascus, wellicht in de nabije toekomst de Jordaanse hoofdstad Amman zal kiezen als alternatief.
Door dit alles rijzen er twijfels over het imago dat de Jordaanse vorst Abdullah in het Westen heeft opgebouwd als een modern en seculier heerser.
De positie van de moslimbroeders in Jordanië was én is echter fundamenteel anders dan in de omringende buurlanden. Terwijl de moslimbroeders van Tunesië tot Syrië verboden werden, mochten ze zich in Jordanië politiek organiseren in het Islamic Action Front, deelnemen aan verkiezingen en zitting nemen in parlement en regering. Ze werden de afgelopen decennia gesteund door het Jordaanse vorstenhuis – wat nu zijn vruchten lijkt af te werpen.
Vanwege het aanstaande bezoek van Meshal aan Amman zijn er grote vraagtekens te zetten bij de toekomst van het vredesverdrag tussen Jordanië en Israël.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten