Tweede onderzoek berichtgeving Israel door NOS Journaal
IMO Blog, 2010
Onlangs brachten de Stichting WAAR en Israel Facts een tweede rapport uit over de berichtgeving van het NOS Journaal over het Israelisch-Palestijns conflict. Na een eerste rapport tijdens de Gaza Oorlog van vorig jaar, is nu een rustige periode onderzocht, zonder grote zaken en heftige strijd. In de periode van 23 oktober tot het einde van het jaar telden zij 11 berichten over Israel en het conflict, waarvan 9 reportages met een verslag van correspondent Sander van Hoorn. Al deze reportages bleken gekleurd te zijn, geen context te geven, eenzijdige of misleidende informatie te geven en soms zelfs ronduit onjuiste informatie.
Ook kwamen vooral Palestijnen aan het woord en stond hun perspectief centraal, en in geen enkele reportage werd Israëls kant getoond. In één reportage kwamen een paar kolonisten kort aan het woord, maar dit betrof slechts enkele leuzen, terwijl het commentaar daarbij duidelijk negatief van toon was. Hieronder geef ik een paar fragmenten uit het onderzoek. Over een enkele reportage heb ik zelf al eerder geblogd, zoals over het zogenaamde Al Quds Underground Festival in Jeruzalem, een Arabisch festival dat Jeruzalem als Arabische hoofdstad op de kaart moest zetten en daarom door Israel verboden was. Volgens het NOS Journaal had dit festival echter niks met politiek te maken, maar draaide het om verdraagzaamheid en een dialoog tussen culturen. Bovendien werd verzwegen dat Joodse bezoekers van het festival werden geweerd, iets dat op gespannen voet staat met de in de NOS reportage beleden culturele verdraagzaamheid van de organisatoren ervan.
Het onderzoek concludeert:
Van de elf uitzendingen over Israël en de Palestijnse gebieden konden er slechts twee de kwalificatie neutraal dan wel objectief krijgen. De overige negen waren onder de maat en voldeden met name door het commentaar absoluut niet aan de eigen journalistieke code van de NOS. Die negen reportages waren volledig eenzijdig doordat enerzijds voornamelijk Palestijnen aan het woord kwamen en dus alleen de Palestijnse visie werd vermeld en anderzijds de Israëlische kant zo goed als altijd ontbrak. Objectieve Israëlische gegevens zoals de cijfers uit het recente Israëlische water-rapport werden niet genoemd. Gegevens uit IMFA-net voor informatie voor buitenlandse reporters werd nooit betrokken.
De reportages waren daarnaast gekleurd en suggestief door woordgebruik, beeld en montage en te vaak voorzien van onjuiste of onvolledige informatie. Er werd nauwelijks context gegeven of deze werd alleen van Palestijnse zijde gegeven. Doordat de context ontbrak bleef de werkelijke situatie voor de kijker onduidelijk, ook al omdat er geen scheiding was van feiten en meningen en hiermee de vorming van een eigen mening ondoenlijk was. Bovendien werd er al een mening opgedrongen, namelijk door de suggestieve woordkeus of zelfs door de uitgesproken mening van Van Hoorn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten