vrijdag 12 oktober 2007

Palestijns vluchtelingenkamp in Libanon: Geen huis staat meer overeind

Waarom roept niemand 'war crimes', en is Libanon niet fel veroordeeld door Amnesty, Human Rights Watch, de Arabische Liga en de linkse politieke partijen? Waarom organiseren GroenLinks en de SP geen demonstratie, samen met United Civilians for Peace en Novib, tegen de Libanese oorlogsmisdaden? Waarom wordt niet tot een boycot van Libanon opgeroepen?
 
Omdat de meeste mensen wel begrijpen dat het Libanese Leger de extremisten van Fatah al Islam moest verslaan, die zich in het kamp hadden verschanst. Men had, net als het Israëlische leger in Libanon vorige zomer, de bewoners opgeroepen het kamp te verlaten, maar niet iedereen kon ergens heen. Men had, net als het Israëlische leger vorig jaar, te maken met 'strijders' die zich tussen de burgerbevolking verschansten.
 
"Vier maanden lang bombardeerden de Libanese militairen het kamp vanuit de lucht om de jihadisten letterlijk uit te roken. Met succes, maar in Nahr al-Bared is bijna geen pand onbeschadigd gebleven."
 
 
Ratna
 
 
Eerder bericht hierover (in het Engels): Libanon: Fatah-al-Islam eindelijk verslagen - Palestijns kamp in puin (4-9-2007)
_________________________________________________________
 
Libanon Terug naar vluchtelingenkamp Nahr al-Bared

Geen huis staat meer overeind

Door: Eva Ludemann
Gepubliceerd: woensdag 10 oktober 2007 21:44
Update: woensdag 10 oktober 2007 21:52

Na bijna vijf maanden mochten inwoners van het Palestijnse vluchtelingenkamp Nahr al-Bared in Noord-Libanon gisteren weer naar huis. 'Ze hebben alles verwoest.'

'Mijn handen zijn helemaal zwart, ik kan ze niet wassen.' Directeur Abdallah van Beit Atfal Assomoud, een welzijnsorganisatie in Nahr al-Bared, rommelt hoorbaar door de puinhopen, op zoek naar nog enigszins bruikbare spullen. Op de achtergrond schreeuwt een man. Een vrouw en een kind huilen. 'De mensen zijn in shock, ze weten niet wat ze zien. Alles is kapot, alle huizen zijn volledig uitgebrand. Ik probeer ze een beetje op te vangen.'

Het Libanese leger laat vanaf gisteren elke dag honderd gezinnen terugkeren naar Nahr al-Bared. De ongeveer 30.000 inwoners van het kamp nabij Tripoli ontvluchtten eind mei hun huizen, toen zware gevechten uitbraken tussen het Libanese leger en de door Al-Qaida geïnspireerde beweging Fatah al-Islam. Naar schatting ruim honderd strijders van die organisatie hadden zich verschanst in het dichtstbevolkte deel van het kamp. Volgens een overeenkomst tussen de PLO en de Libanese overheid mag het Libanese leger de vluchtelingenkampen in Libanon niet betreden. Vier maanden lang bombardeerden de Libanese militairen het kamp vanuit de lucht om de jihadisten letterlijk uit te roken. Met succes, maar in Nahr al-Bared is bijna geen pand onbeschadigd gebleven.

'Mijn vrouw en vier kleine kinderen blijven voorlopig nog in Beddawikamp, hier vlakbij', vertelt Abdallah. 'Ik wil niet dat ze de verwoestingen zien. Ze hebben de afgelopen maanden al genoeg meegemaakt, ik moet eerst ons huis weer opbouwen.' Van dat huis is zo weinig over dat Abdallah het eerst niet kon terugvinden. 'Ik herkende onze straat bijna niet, het is een oorlogszone geworden. Er staat geen huis meer overeind en alle puin is zwart geblakerd. Ze zijn hier hard te keer gegaan.'

Hoewel het leven in Nahr al-Bared vrijwel onmogelijk is geworden, keren de gevluchte inwoners zodra zij mogen massaal terug, ook omdat ze bang zijn hun vluchtelingenstatus kwijt te raken als ze elders in Libanon gaan wonen. De VN-organisatie voor Palestijnse vluchtelingen UNRWA heeft de afgelopen dagen vastgesteld welke panden nog veilig te betreden zijn en vangt daar de mensen op met directe noodhulp: matrassen, voedselpakketten, mobiele watertanks en klinieken. Sinds de gevechten uitbraken heeft de UNRWA een kleine dertien miljoen dollar aan hulpgelden ontvangen voor Nahr al-Bared. 'Dat is veel te weinig', zegt Mohammed Addellal, hoofd van het UNRWA-team in het kamp. 'We hebben alleen al 54 miljoen dollar nodig om de mensen de komende tijd uit de brand te kunnen helpen. Ingenieurs bepalen de komende weken wat de totale schade is en hoeveel geld we nodig hebben om dit kamp weer bewoonbaar te maken.' Drie internationale organisaties zijn gisteren begonnen met kleinschalige reparaties aan huizen die nog veilig zijn. Daar zullen zoveel mogelijk dakloze gezinnen verblijven tot ze een nieuwe woning krijgen toegewezen.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten