zondag 1 november 2015

De Grootmoefti, een Arabische held (IMO)

 

 

http://www.israel-palestina.info/actueel/2015/11/01/de-grootmoefti-een-arabische-held/  

= IMO Blog =

Zoals ik schreef, wordt de grootmoefti van Jeruzalem nog steeds geëerd en als voorbeeld gezien onder Palestijnen, en een paar jaar geleden nog door Abbas geprezen.

Puur bloed

Dezelfde Abbas die in 1982 een dissertatie schreef, waarin hij de zionisten verantwoordelijk stelde voor de Holocaust en het aantal van zes miljoen doden in twijfel trok (het waren er hooguit een miljoen, zo beweerde hij). In de Westerse wereld noemen we dit Holocaust ontkenning of negationisme, en is dit in een aantal landen strafbaar. Zulke mensen worden doorgaans als extreem en racistisch gezien en krijgen geen podium in de media of politiek. Maar voor Abbas wordt een uitzondering gemaakt. Het is al zolang geleden, hij zou het hebben teruggenomen (wat niet waar is, hij heeft slechts gezegd dat hij wat hij toen schreef nu zo niet meer zou zeggen omdat dat in de huidige situatie niet handig of opportuun zou zijn). En hij is de Gematigde en Redelijke president van de Palestijnen, een rol die hij nooit meer kwijt zal raken, wat hij ook zegt of doet of wat er ook over hem naar boven komt. Hij kan prima zeggen: “Wij verwelkomen elke druppel bloed die valt in Jeruzalem. Dit is puur bloed, schoon bloed, bloed onderweg naar Allah, elke martelaar komt in het paradijs en elke gewonde krijgt zijn beloning”, of (bij het 42 jarige bestaan van Fatah): “Broeders neerschieten, is verboden. Onze wapens oppakken tegen de bezetting is ons legitieme recht, maar onze wapens op elkaar richten is verboden. We moeten onze interne conflicten opzij zetten en onze wapens alleen richten op de Israëlische bezetting.” En ondanks het feit dat politici, ook ter linkerzijde hem verwijten het recente geweld niet te hebben veroordeeld, wil niemand aan het hulpgeld van zo’n 70 miljoen voor de Palestijnen tornen of scherpere eisen stellen aan de besteding ervan.

Maar dit punt is door de media niet opgepikt, Trouw besluit zelfs met een zwaar verwijt:

Met zijn verdraaiingen plaatst Netanyahu zich eigenlijk in het kamp van de Holocaustontkenners, stelde historicus Moshe Zimmerman van de Jeruzalemse Hebrew University woensdag op Israël Radio. “Hij legt de verantwoordelijkheid voor de Holocaust en de uitroeiing van Joden bij de moefti en bij de Arabische wereld. Hij besmet de Arabieren vandaag met de Arabische smetten uit het verleden.”

Netanyahu verklaarde later dat het zo allemaal niet bedoeld was, en dat geloof ik ook wel. Zelfs als de moefti met het idee kwam de Joden te verbranden, wat aantoonbaar onjuist is, dan nog ligt de uitvoering en daarmee de verantwoordelijkheid bij de nazi’s. Dit een vorm van Holocaustontkenning te noemen lijkt dus wat gezocht. En die smetten uit het verleden, die lijken niet zo passé als Zimmerman hier doet voorkomen, want Mein Kampf is nog steeds een bestseller in veel Arabische landen (Arabisch is ook de eerste taal waarin het is vertaald) en aan de nazi’s ontleende antisemitische stereotypen zijn er aan de orde van de dag.

Korte golf

En daar heeft de moefti actief aan meegewerkt, door propaganda-uitzendingen voor de nazi’s op de radio te verzorgen, die via de korte golf over het hele Midden-Oosten te ontvangen waren. Zo kwam het nazi gedachtengoed, dat werd vermengd met islamitisch gefundeerd antisemitisme de Arabische wereld binnen. Al Husseini zag de Joden als vijanden van de profeet Mohammed en de islam en verwees daarvoor naar de bekende hadith waarin tot de dood van de Joden wordt opgeroepen voordat het ‘Einde der Tijden’ kan aanbreken. In juli 1942 werden de Arabieren op de Duitse propagandazender radio Zeesen door de moefti opgeroepen “de Joden te doden voor ze het vuur op je openen. De Joden zijn van plan jullie vrouwen te verkrachten, je kinderen te doden en jullie te vernietigen. Doodt de Joden, verbrandt hun bezit, maak hun winkels kapot, vernietig deze ondersteuners van het Britse imperialisme. Jullie enige hoop op verlossing bestaat uit de vernietiging van de Joden voordat ze jou vernietigen”.

In november 1943 zei hij dat “Duitsland ook strijdt tegen de gemeenschappelijke vijand, die de Arabieren en moslims in hun verschillende landen onderdrukte. Het heeft de Joden goed herkend en besloten, voor het Joodse gevaar een definitieve oplossing te vinden, die een eind zal maken aan hun onheil in de wereld.”

De moefti wist op dat moment waaruit die ‘oplossing’ voor het ‘Joodse gevaar’ bestond, want in de zomer van 1943 had Himmler hem dat persoonlijk uitgelegd en medegedeeld dat er op dat moment zo’n 3 miljoen Joden vermoord waren. Volgens zijn memoires had hij geregeld kontakt met Himmler, alsook met zijn ‘hulp’ Adolf Eichmann, die hem in 1942 in zijn zogenaamde ‘Kartenzimmer’ de ‘oplossing van het Europese Jodenprobleem’ al had uitgelegd. In deze ruimte had hij alle statistieken van de Joodse bevolking in verschillende Europese landen verzameld. De moefti zou daarvan erg onder de indruk zijn geweest. In de tweede helft van 1943 bracht de moefti een bezoek aan Auschwitz. ‘Die kwam kijken hoe de Duitsers de joden zich lieten doodwerken, zodat hij dat ook in Palestina met al die joden kon doen die daar woonden’, aldus overlevende Ernst Verduin tegenover het CIDI.

De moefti heeft het concept van de Holocaust niet verzonnen, maar heeft er wel actief aan meegewerkt dat de vluchtroute naar Palestina voor Joden werd afgesloten. Niet alleen in Palestina zelf, door er bij de Britten op aan te dringen de vrije immigratie aan banden te leggen, wat met het White Paper in 1939 uiteindelijk gebeurde (na drie jaar van gewelddadige rellen, het vermoorden van Joden en een groot deel van het gematigde Palestijnse leiderschap), maar ook in Europa. Hij lobbyde door heel Europa tegen het laten emigreren van Joden, en pleitte er bv. in 1943 nog bij de Hongaren voor om ze naar kampen in Polen te sturen. Ook wist de moefti een uitwisseling van Joden uit Bulgarije, Hongarije en Roemenië met Duitse krijgsgevangenen te voorkomen door hiertegen bij Himmler te protesteren. Hij verzocht hem voortaan dergelijke voorstellen te blokkeren en dat gebeurde ook.

De moefti leefde van 1941 tot het einde van de oorlog in Berlijn, waar hij een villa tot zijn beschikking had en een suite in hotel Adlon. Hij kreeg bovendien 50.000 Reichsmark per maand uitgekeerd. Naast het verzorgen van Arabische propaganda-uitzendingen adviseerde hij het ministerie van Propaganda. Ook hielp hij bij het recruteren van moslims in de Balkan, waar een speciale SS divisie bestaande uit 20.000 moslims werd opgezet. Deze divisie, de Handschar, pleegde ernstige oorlogsmisdaden en heeft tal van Joden en partizanen gedood.

Na de capitulatie van Duitsland werd Husseini door de Fransen gearresteerd en in de buurt van Parijs onder huisarrest geplaatst. Zowel Joegoslavië als Groot-Brittannië vroegen om zijn uitlevering, wat door Frankrijk werd geweigerd. De Fransen behandelden hem meer als een gast dan als een oorlogsmisdadiger, en dachten via de moefti hun positie in het Midden-Oosten te kunnen verstevigen. In 1946 ontkwam Husseini naar Egypte en kreeg daar politiek asiel.

Heel Palestina

Toen in november 1947 het VN delingsplan werd aangenomen, organiseerde de moefti vanuit Cairo een ‘Leger van de Heilige Oorlog’ dat in de Palestijnse burgeroorlog tegen de Joden vocht, en ook in de daaropvolgende Arabisch-Israelische oorlog nog een kleine rol speelde. Husseini werd toen president van de Heel Palestina Regering, die door Egypte in 1948 in Gaza werd opgezet en alleen door een aantal Arabische landen werd erkend. De Palestijnse regering van Husseini had nooit enige daadwerkelijke zeggenschap, werd al snel naar Cairo verplaatst en ging in 1959 op in de Verenigde Arabische Republiek van Egypte en Syrië. Transjordanië erkende de Heel Palestina Regering niet, benoemde in 1948 een nieuwe moefti van Jeruzalem en annexeerde in 1950 de Westoever. De politieke rol van Husseini was daarmee vrijwel uitgespeeld, maar voor het Palestijnse verzet en islamitisch extremisme zou hij een voorbeeld en inspiratie blijven.

In Egypte was de moefti in 1946 enthousiast ontvangen, vooral door de moslimbroederschap en haar leider Hassan al Banna. In een rede verklaarde deze:

Oh Amin! What a great, stubborn, terrific, wonderful man you are! All these years of exile did not affect your fighting spirit. Hitler’s and Mussolini’s defeat did not frighten you. … Yes, this hero who challenged an empire and fought Zionism, with the help of Hitler and Germany. Germany and Hitler are gone, but Amin Al-Husseini will continue the struggle.

De moefti had daarnaast ook een ideologische impact op Hamas, Islamitische Jihad en Hezbollah. Hij zou betrokken zijn geweest bij de planning van de moord in 1951 op koning Abdullah van Jordanië, die heimelijk met Israel over vrede onderhandelde. Husseini hielp bij het opzetten van de PLO en ontmoette in Egypte Yasser Arafat, die zijn protegé werd. Arafat was op zijn begrafenis in 1974 en verklaarde in 1985 dat de PLO voortging op de weg van Husseini. In 2002 noemde hij Husseini ‘onze held’.

Ratna Pelle

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten