donderdag 17 september 2009

Nederlandse Vertaling - Israels reactie op het Goldstone Gaza rapport

 

Het Nederlands laat soms wat te wensen over, maar het zeker de moeite van het lezen waard, vooral omdat deze punten in de media volledig ontbreken. Zo blijkt dat het rapport eigenlijk helemaal geen juridische status heeft, en Goldstone dit zelf letterlijk zo heeft gezegd, en er bijna continu Hamas leden aanwezig waren tijdens de gesprekken met Palestijnse getuigen, waardoor je bij de objectiviteit daarvan ernstige twijfels kunt hebben. Het rapport negeert het feit dat Hamas vanuit burgergebied opereert en wapens in civiele gebouwen werden opgeslagen. Het rapport noemt de raketaanvallen van Hamas bovendien 'represailles' voor Israelisch geweld en zet Israel zo als de enige echt verantwoordelijke voor het geweld neer.

 

RP

---------------

 

Jeruzalem, 15 september 2009

Israel's eerste reactie op het rapport

van de Goldstone Fact Finding Mission

(zoals gecommuniceerd door de woordvoerder van het Ministerie van Buitenlandse Zaken)

Israël voelde dat het niet mogelijk was om samen te werken met de Fact Finding Mission omdat het mandaat van de missie duidelijk eenzijdig was en de duizenden raketaanvallen van Hamas op burgers in het zuiden van Israel, die de operatie in Gaza nodig maakten, werden genegeerd. Zowel het mandaat van de missie, als de resolutie die de missie opzette, bepaalden al vantevoren de uitkomst van het onderzoek, schonk legitimiteit aan de terroristische Hamas-organisatie en hield geen rekening met de bewust toegepaste Hamas-strategie Palestijnse burgers als dekmantel te gebruiken voor het plegen van terroristische aanslagen.

Het ongebalanceerde karakter van de resolutie die de missie opzette was de reden dat zoveel staten in de Raad, inclusief alle lidstaten van de Europese Unie, Zwitserland, Canada, Korea en Japan het niet steunden, en de reden dat veel prominente individuen, zoals de vroegere Hoog Commissaris voor de Mensenrechten Mary Robinson, uitnodigingen om de missie te leiden weigerden.

Ongeacht haar reserveringen zal Israël het rapport met zorg lezen – zoals het dat doet met alle rapporten die worden voorbereid door internationale en nationale organisaties. Israël is eraan toegewijd zich volledig in overeenstemming met het internationaal recht te gedragen en alle aantijgingen van overtredingen door haar eigen troepenmachten te onderzoeken. Tot nu toe heeft de IDF onderzoeken geopend naar meer dan 100 aantijgingen aangaande het optreden van haar troepen tijdens de operatie in Gaza. Hoewel de meeste van deze onderzoeken werden gesloten, omdat de aantijgingen ongefundeerd bleken, lopen er nog 23 strafrechtelijke onderzoeken.

 

Israël's analyse en commentaar op het

GAZA FACT FINDING COMMISSIE RAPPORT

Algemeen :

  • Israël is geschokt en teleurgesteld over het rapport dat op 15 september 2009 werd gepubliceerd door de 'Gaza Fact Finding Mission'. Het rapport negeert Israël's recht op zelfverdediging, maakt ongegronde claims over achterliggende bedoelingen en daagt Israël's democratische waarden en rechtsspraak aan.
  • Tegelijkertijd negeert het rapport Hamas' opzettelijke strategie om vanbinnen en vanachter de burgerbevolking te opereren en om dichtbevolkte gebieden in een gevechtsgebied te veranderen. Het door de vingers zien van zulke tactieken moedigt Hamas alleen maar aan.
  • Het rapport verhult nauwelijks zijn doel, namelijk, om een politieke campagne tegen Israël te beginnen, en in zijn aanbevelingen roept het rapport de VN Veiligheidsraad, de Algemene Vergadering, het Internationaal Strafhof, de VN Mensenrechtenraad en de gehele internationale gemeenschap op om aan deze campagne deel te nemen.

Het mandaat van de missie:

  • Het eenzijdige mandaat van de Gaza Fact Finding Mission, en de resolutie die de missie opzette, gaf serieuze redenen tot bezorgdheid zowel bij Israël als bij de vele staten in de Raad die weigerden de missie te steunen – inclusief de lidstaten van de Europese Unie, Zwitserland, Canada, Korea en Japan.

      ·  Het verontrustte ook vele prominente individuen, zoals de vroegere Hoog Commissaris voor de Mensenrechten Mary Robinson, die uitnodigingen om de missie te leiden weigerden en toegaven dat het « niet door mensenrechten, maar door politiek werd geleid ».

De manier van optreden van de missie :

  • Deze bezorgdheid werd verergerd door de manier van optreden van de missie zelf, inclusief berichten in de Palestijnse media dat, tijdens hun bezoeken aan Gaza, de missie voortdurend werd vergezeld door Hamas-functionarissen. Eén van de missieleden stuurde een brief naar de Sunday Times waarin stond dat de acties van Israël tegen Hamas acties uit "aggressie, niet uit zelfverdediging" waren gepleegd, waardoor de uitkomsten al duidelijk waren nog voordat het onderzoek zelfs maar was begonnen.
  • Ook de ongekende telecast-verhoren gaven reden tot bezorgdheid. Het feit dat alle getuigen vantevoren werden gescreend en geselecteerd, en het feit dat geen van hen vragen werd gesteld over enige Palestijnse terroristische activiteiten of de locatie van wapens en terroristen in burgerwijken, vergroot nog de verontrusting dat zij onderdeel waren van een georchestreerde politieke campagne.

Een "niet-juridisch" document

  • Rechter Goldstone, het hoofd van de missie, stond er herhaaldelijk op dat de missie geen gerechtelijk onderzoek was en dus "geen gerechtelijke conclusies kon trekken". Op deze basis verantwoordde hij de betrokkenheid van partijdige missieleden, waarvan werd toegegeven dat hun contributie "niet gepast zou zijn voor een gerechtelijk onderzoek". Het rapport is echter in hoge mate gerechtelijk van aard, met pertinent gerechtelijke bepalingen over schuld en met 'gedetailleerde wettelijke bevindingen' zelfs in absentie van gevoelige inlichtingen die Israël voor haar gevoel niet kon leveren. Deze conclusies zijn getrokken ongeacht de bekentenis van het rapport dat het "niet pretendeert de bewijsstandaard van gerechtelijke processen te hebben".  

Elementen die genegeerd werden in het rapport

  • Het rapport negeert bijna compleet de terroristische strategie te opereren in het hart van dichtbevolkte gebieden, wat de locatie van het gevecht afdwong. Zelfs ondanks dat de Hamas-terroristen zich mengden onder burgers, weigert het rapport aan te nemen dat de intentie er was om de burgerbevolking in gevaar te brengen.
  • Gezien het frequent internationaal gerapporteerde misbruik van burgerfaciliteiten door terroristische groepen en Hamas-leiders' huldigingen van vrouwen en kinderen die dienden als menselijk schild, is het wonderbaarlijk dat het rapport herhaaldelijk stelt dat het geen bewijs kon vinden van zulke activiteiten. Dit zelfs ondanks de bekentenis dat de geinterviewden die 'niet wilden spreken over de aanwezigheid of het gedrag van de Palestijnse gewapende groepen'.
  • Het rapport negeert ook Israël's uitvoerige inspanningen, zelfs ten midden van gevechten, om vast te houden aan humanitaire maatstaven. Terwijl het  Israël's 'significante inspanningen' om aanvallen vantevoren aan te kondigen wel schoorvoetend erkent, vindt het geen van deze inspanningen effectief.
  • Terwijl het rapport een ordeel velt over Israël aangaande haast elke beschuldiging, pleit het Hamas vrij van haast elke misdaad. Het woord 'terrorist' is haast compleet afwezig. Soldaat Gilad Shalit, nu incommunicado gevangen gehouden voor meer dan drie jaar, werd 'gevangen genomen tijdens een vijandige penetratie' en de Hamas-leden met wie de missie sprak in Gaza worden bedankt als zijnde de 'Gaza autoriteiten' voor het verlenen van hun volledige medewerking en steun aan de missie.
  • De duizenden raketaanvallen, gericht tegen Israëliers, die de Gaza Operatie nodig maakten worden vluchtig aangehaald en het rapport beschuldigt Israël indirect zelfs hiervan door de aanvallen 'represailles' te noemen.

Afwijzing van democratische waarden

  • In een rapport dat zo zwaar leunt op Israëlische mensenrechtenorganisaties en dat ook Israël's Hooggerechtshof dagvaardigt aangaande gevoelige veiligheidskwesties, wordt aanzienlijke aandacht gewijd aan 'repressie van protest in Israël'. Het baseert deze bewering voornamelijk op de wijdverspreide steun voor de militaire operatie onder de Israëlische bevolking, aannemende dat Israël een 'politiek klimaat heeft gecreëerd waarin protest niet is toegestaan.' Het idee dat de meerderheid van de Israeliërs echt actie ondersteunde als reactie op jaren van continue raketaanvallen jegens Israëlische burgers lijkt niet te zijn opgekomen bij de leden van de missie.
  • Het rapport is ook kritisch jegens Israëlische interne onderzoeken, zelfs als deze goed afsteken tegen onderzoeken naar beschuldigingen in de meeste westerse landen, en deze regelmatig hebben geleid tot gerechtelijke onderzoeken en vonnissen.

Aanbevelingen

  • De aanbevelingen in het rapport zijn net zo eenzijdig als de bevindingen. Het probeert de Mensenrechtenraad, de Veiligheidsraad, het kantoor van de Hoog Commissaris voor de Mensenrechten en het International Criminal Court te winnen voor een vijandige politieke campagne.
  • Ondanks symbolische aanbevelingen gericht aan de Palestijnse zijde is alle internationale druk exclusief gericht op Israël.
  • De ware test voor een dergelijk rapport kan alleen zijn dat het in een toekomstig conflict zorgt voor meer of minder naleving van de wet. Het is jammer dat een eenzijdig rapport als dit, dat de pretentie heeft internationaal recht te representeren, alleen de reputatie van internationaal recht kan verzwakken in toekomstige conflicten. Tegelijkertijd zal het een diep zorgwekkende boodschap overbrengen aan terroristische groepen waar ook ter wereld: dat cynische tactieken om het lijden van burgers te exploiteren voor politieke doeleinden eigenlijk gunstig is.
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten